wikipedia zegt: ‘verwijzen naar het feit dat iets recent of nieuw is’
woordenboeken: positief
is moderniteit nu positief en het omgekeerde negatief?
‘The term modern ... refers to the historical evolution of societies and cultures that may be
said to have had the greatest influence in shaping the modern world – a phase of human history that
began to develop about five or six centuries ago and is now evolving more rapidly in more places
than ever before’ (Palmer et al., A History of the Modern World, 2006, p. xxviii).
Periodisering, de evolutie is sneller op verschillende plaatsen
‘Moderniteit impliceert verandering op politiek vlak …, op sociaal-economisch vlak … en op cultureel
vlak (culturele homogenisering als resultaat van een nationaal onderwijsnet en pers…, de identiteit
steunt niet meer op de loyauteit tegenover de vorst of een leidende elite maar op de door de
volksgemeenschap gedragen waarden)’ (Gerard, 2018, p. 67).
Impliceert verandering op politiek en sociaal vlak
• Moderniteit (Gerard)
o Gecentraliseerde staat
o Industriële samenleving
o Homogene cultuur
o Volkssoevereiniteit : niet meer god die de wetten bepaald ( in alle religies)
≈ Moderniseringstheorie: in Jaren 60 in de VS kwam die opgang, door de belangrijke golf van
dekolonisering: ‘we moeten aan modernisering doen’
‘Shils defined modernity as social leveling to minimize class distinctions; state-guided industrialism;
an exaltation of rationalism, science and expertise as the guide for democratic institutions; and
convergence on a consensual model of social organization based on progressive taxation and state
provision of social benefits’ (Gilman, Mandarins of the Future, 2003).
De moderniteit zorgt voor meer sociale gelijkheid, steeds minder klassenverschil,
staatsinterventie (niet allleen lokale overheden), de REDE (verlichting) staat centraal, democratisch
,3.2. Moderniteit = Verlichtingsproject?
• Vrijheid
• Vooruitgang
• Democratie
• Gelijkheid
• (V)Rede
Wordt echt voorgesteld als iets super geod
Moderniteit heeft ook wel echt veel goeds gedaan: meer geletterdheid, vrije tijd, gezondheid
Langs de andere kant: enorme uitbuiting, kolonisering, dictatoriale figuren (hitler enzo zijn
ook producten van de moderniteit), door wetenschap dikke bomme
Idee dat moderniteit helemaal positief is is nie cho
3.3 Complexe definitie
• Verschillende vormen
• Verschillende visies
Olympe de Gouges, Toussaint L’Ouverture, Napoleon, Marx, Bakunin, Nietzsche, Emma Goldman,
Lenin, Trotsky, Mao, Che Guevara, Jawarharlal Nehru…
• Inherente tegenstellingen
3.4. Et alors, bruikbaar of niet?
• Moderniseringstheorie
o = ideaal liberale denkers (filosofisch)
o ≠ realiteit
o zelfperceptie (‘modernization is a state of mind’, Jean Monnet)
• Bruikbaarheid term ‘moderniteit’
o razendsnelle verandering
breuk met Ancien règime
4. Kenmerken moderne wereld
Moderniteit begon wanneer mensen zich zelf modern begonnen te noemen
• ‘Great domestication’
o sedentarisme (c. 1650)
o voordien veel meer migratie (gewoon opzoek naar betere levensomstandigheden)
• ‘Industrious revolutions’
, o vraag exotische goederen: kolonialisme
o strakke tijdsindeling: dag strakker indelen, nu werk dan rust ( de rede dat in elk dorp
een klok staat)
• Het lichaam
o klok, kledij, voeding, ziektes: lichaam begint zelfde ritme te krijgen als al de rest
o uniformisering: is niet gelijk aan gelijkheid, iedereen begint een klein beetje
hetzelfde eruit te zien
• Globale communicatie: veel meer weten over wat er op andere plaatsten gebeurt
4.1. Moderniteit in de westerse wereld
4.1.1. Secularisering en individualisering
• Renaissance & humanisme : mens central: de pest : ‘wtf god’, ‘maar wij kunnen wel iets’
o late middeleeuwen – vroeg moderne periode: verandering in het mensbeeld
• Verlichting (17e – 18e eeuw)
Lange processen die zorgde voor Culturele & wetenschappelijke revoluties
Invloeden kwamen van overal (verschillende filosofische denkers van overal op de wereld, niet
gewoon westen)
Bv. Griekse filosofen, chinese filosofe, denkers van de islam
Eerste universiteiten ontstonden in afrika (in 9 e eeuw al)
Zera Yacob: ‘we kunnen de werkelijkheid vatten doormiddel van kennis/onderzoek’
Pleitte voor de gelijkheid tussen mensen (man en vrouw en racial)
,Nieuwe mindset => Maakbaarheid van de wereld
4.1.2. Economische reorganisatie en expansie
• Engeland – eind 17e eeuw
• Agrarische & industriële revoluties
• Voorwaarden die er voor zorgden dat de hervorming plaats kon vinden:
o uitgebreide markt (kolonies)
o bevolkingsgroei (veel jong volk)
o nieuwe productiemethoden (nieuwe tools voor efficiëntere productie)
o kapitaalaccumulatie (engelse kolonialisme zorgde ervoor dat veel elites voordeel
zagen in de koloniale handel en investeerden massaal)
o beschikbare arbeidskrachten:
• er werden meer machines ingezet in landbouw=> minder mensen als boer=>
gaan in de fabriek werken
,‘Great divergence’ : hoe india en china een hogere economische groei hebben tot 1830, dan europa
whoppa in de lcuht, de kloof die groeit tussen europa en de rest van de wereld: europa domineert
4.1.3. Staatsvorming
• Liberale theorieën (Locke, Smith, Kant…) overheersten in die periode
o Staatsrecht: hoe kunnen wij ervoor zorgen dat de staat efficienter wordt ( zoeken
inspo bij china)
o laissez-faire, vrije handel: eco zorgt voor zichzelf, staat moeit zich niet
• Impact veranderingen: in realiteit hebben de veranderingen een enorme impact op de
gewone mensen, veel onrust
Interventie/regulering nodig: staatsinterventie om problemen te vookromen
Zorgen over veiligheid
Moderne legers & bureaucratie
• Privé milities modernisering: nationalisering van deze legers (ze gaan voor de hele staat
werken)
• Bevolkingsgroei nood aan controle over individuele gegevens => controle systeem
Controlesystemen
• Firenze – 15e eeuw
o model van China
o registers: namen, adressen
o Belastingscontrole: inkomen voor de staat
• Na Franse revolutie
o Code civil
o bevolkingsregisters
, Disciplinering (meer volk, hard nodig)
• Onderwijs: niet alleen dingen leren, als ze niet werken moeten ze toch wel iets doen (anders
doen ze iets fout)
• Regulering vrije tijd: willen weten wat kinderen doen (jeugdbeweging)
• Medicalisering: god is niemeer het belangrijkste wezen, dokter en psychologen (psychos
hebben de priesters vervangen)
• Criminalisering afwijkend gedrag: alles moet in hokjes passen in de moderne tijd
Uniformisering (≠ gelijkheid)
Conclusie?
Verleden & moderniteit = complex verhaal
Historicus geen rechter
Historicus analyseert die complexiteit
LES 2: 22/02
,De verlichting, haar critici en
haar erfgenamen
1. De Verlichting (+/- 18e eeuw)
Klassiek beeld van de verlichting: salons
Waar denkers zaten (vrouwen namen ook deel)
Min of meer 18e eeuw: het was een proces (krijgt vorm na humanisme, loopt ook beetje door in 19 e
eeuw)
1.1. Verlichtingsidealen
Tegen standenmaatschappij
De adel, de kerk en de derde stand
Eerste twee waren de elite minderheid
Derde stand gigantische groep die heel gevarieerd was (ambachtslieden, boeren, handelaars)
Was niet per definitie ‘arm’, ze hadden toch nie zelfde privileges van elite
Verlichte denkers zijn hiertegen (deze denkers maken zelf ook deel van 3 e stand, bv slimme
veel lezende ambachtslieden)
Individuele vrijheid
Elite moest stoppen met alles voor 3e stand te bepalen
Vooruitgang
Richting iets beter
Nadruk op heden en toekomst
Het woord ‘toekomst’ ontstaat in deze periode
Maakbaarheid van de wereld
bv. Als je niks hebt kun je nie aan u pensioen denken
gepriviligeerd
mensen die niks hebben zijn bezig wa ga ik vandaag eten
Focus op heden en toekomst
1.2. Algemene kenmerken
REDE: Kennis en clacifiseren (encyclopedien: alle kennis bundelen)
, Diderot en D’alembert
Het denkend individu staat centraal
WETENSCHAP: invloeden van Bacon en Descartes: ONDERZOEK moet centraal staan (niet god)
HET IDEE EUROPEES ‘EXCEPTIONALISM’: het idee dat europa uitzonderlijk/anders is dan de rest van
de wereld
Verlichte denkers beginnen te vergelijken: europa is echt speciaal want veel vooruitgangzegge ze,
gaat gepaard met eco evoluties
1.3. Politieke gevolgen
Zeer tastbare politieke gevolgen:
• Glorious Revolution (1688-89)
• In engeland
• Adel verliest aan macht, het parlement krijgt het voor het zeggen
• Oppermacht van vorst (koning) krijgt minder macht
• ‘het volk’ (wil niet zeggen dat ze tegen monarchie zijn)
• Constitutionele monarchie
• Koning krijgt regels (die worden in grondwet gegooid)
• Belgie is bv constit monarchie
• Parlement zegt ofwel regels ofwel wordt koning buitengesmeten
• Verlicht despotisme
• Bv catharina de grote (besties met voltaire)
• Voltaire mocht vaak op bezoek bij koningshuizen
• Niet democratisch, de verlichtingsdenkers vonden monarchie cho
• Koningen werkten samen met de verlichte denkers
1.3.1. Amerikaanse revolutie (1775-83)
Revolte tegen gevestigde orde
Aamerikaanse colonies (deel van engeland)
Zeer belangrijk voor de engelse
Revolte begon niet omdat ze de koning weg wilden
Maar omdat ze veel belasting moeten betalen (ze wilden niet engeland rijker maken
zonder zelf vertegenwoordigd de worden) zie quote
, Dan britte bleven koppig dus dan komt er een gewapend conflict
1776 onafhankelijkheids-verklaring
1783 Britse erkenning
Waarom? Omdat fransen de amerikanen beginnen te steunen
Waarom steunen fransen hun? Puur uit interesse want in die tijd waren
grootmachten engeland en Frankrijk, dus voor frankrijk cho als engeland zwak was
Verliezen van amerikaanse colonie is enorma klap voor engeland
1.3.2. Impact Amerikaanse revolutie
Radicale hervorming
Monarchie => republiek
Speciaal! Koningshuizen stonden daar al eeuwen
Voor het eerst durft een groep te zeggen wij hebben geen koning nodig
Heel belangrijke stap richting democratie van vandaag
Federaal systeem
Onder invloed van verlichte denkers systeem ontwikkelen waarmee de macht verdeeld
wordt, niet één centrale figuur of instituut heeft de macht
Macht verdeeld onder verschillende staten
Maar niet iedereen had stemrecht
Toch er komen voor het eerst VRIJE VERKIEZINGEN
Vrije verkiezingen
Scheiding der machten (Locke, Montesquieu)
Uitvoerende macht moet onafhankelijk zijn van wetgevende macht
En kerk en staat apart
Bescherming burgerlijke rechten
Wie is een burger?
Vandaag de dag allemaal burger
Maar toen moest je aan bepaalde voorwaarden voldoen om burger te zijn
1.3.3. Franse revolutie (1789-99)
Eind ancien régime
De standenmaatschappij volledig weg
, Rijke mense van de 3e stand vormen de Bourgoisie en gaan de revolutie steunen, en armen
steunen ook
Waarom armen steunen? Ze hadden honger, elite had veel meer dan hun
Zagen dus een voordeel in omverwerping van systeem
Frankrijk wordt Republiek
Déclaration des droits de l’homme et du citoyen
cf. Declaration of Independence (VS) als model
zeer gelijkaardig
wortels van wat we mensenrechten gaan noemen
in frans ‘de l’homme’
Invloed op kolonies
Enerzijds beweging waarbij een groep zich als verlicht/superieur gaat afschilderen
tenopzichte van andere groepen
Koloniegroepen werden als inferieur beschouwd bv. Haiti
1.3.4. Haïtiaanse revolutie (1791-1804)
Wordt vaak vergeten
Slavenopstand
Eerste revolutie die slavenopstand is
Eerst zwart onafhankelijk land
Wortels worden gelegd, Zeer belangrijke rol, nu nog BLM
Slaven zeggen: cho verlichting wnat de verlichtingsdenkers willen vrijheid, dus slaven zeggen
wij willen ook
Ma ja heel veel verlichtingsdenkers vonden de slaven inferieur
1.3.5. De wereld vóór en na 1789
Eind 17e eeuw: pogingen tot hervorming
Niet alles plotseling
Franse revolutie:
Hoogtepunt én start nieuwe periode
Culminatie van een proces dat ongeveer eind 17 e eeuw begon
Begin nieuwe periode
Waarom is napoleon wereldwijd bekend?
Principes (≠ realiteit):
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannedegeetere. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.