Filosofie – hoofdstuk 2 Wijsgerige Ethiek
Ethiek houd zich bezig met de vraag hoe de mens behoort te zijn, hoe hij behoort te leven. We baseren of iemand
goed of slecht is op wat iemand doet en wat zijn daden zijn een goed mens is iemand die goed handelt. In de
wijsgerige ethiek gaat het om het onderscheid tussen goed en slecht. Goed heeft meestal iets met kwaliteiten te
maken (cijfer, antwoord, voelen) maar in wijsgerige ethiek gaat het niet om ‘goed’ maar een goed mens wat is
precies deze betekenis van het woord goed. Een daad lijkt goed is als je daarmee een ander gelukkig maakt. Dat kan
ook onbedoeld, zonder de intentie te hebben en dat het toeval is, uit egoïstische motieven iemand gelukkig maken
ben je dan een goed mens, en doe je een goede daad? Of zijn het de intenties die tellen of gewoon je plicht doen
ongeacht de ander?
Paragraaf 1 – het moreel goede.
Goed speelt een belangrijke rol, het is het meest algemene woord om iets aan te bevelen of in positieve zin te
beschrijven. We maken onderscheid in kwalitatief-goed (zoals cijfer 8) en moreel-goed (zoals een goed mens).
Moreel is bijvoeglijk naamwoord van moraal (gewoontes). Heeft te maken met beoordeling van menselijk gedrag in
termen goed/slecht, voor een bepaalde groep gelden bepaalde opvattingen over goed/slecht is, het is de moraal
van die groep. Wijsgerige ethiek is de systematische en kritische bestudering van moraal.
1.1 Het goede leven ( in de 1e plaats een gelukkig leven: veel gelukkige momenten veel ervaringen van vreugde en
genot). Een goed leven is leven is gelukkig zijn; Legitiem verlangen: iedereen wil gelukkig zijn, maar heeft nog niks
met moraal te maken. Geluk is psychische toestand waarin mensen tevredenheid (afwezigheid van onbevredigende
verlangens) en vreugde (ervaring in evenwicht: het is tevredenheid én aanwezige verlangens bevredigd worden;
genot) ervaren. Onder genot verstaan we zintuigelijke ervaringen (seks, eten): lichamelijke/dierlijke genietingen
waar weinig moete voor gedaan hoeft te worden, krachtige ervaring van korte duur. Vreugde kan ook (in
tegenstelling tot genot) komen als je er wel moeite voor hebt gedaan (muziek maken, sport prestatie), dit is vaak
duurzamer dan zintuigelijk genot. Bij geluk denken we aan het goede leven: het is op een niet-morele manier goed,
maar het idee van het goede leven is belangrijk voor de moraal. De moraal van de samenleving bestaat uit
ongeschreven regels; gaat om belangen van andere mensen (mensen die deel uit maken van de wereld waar jij ook
toebehoort). De belangen van die mensen behoren we te respecteren. Zorg voor anderen is belangrijk kenmerk van
moraal (‘moreel volwassen als je geleerd hebt je eigen belangen te relativeren ten gunste van de ander’). Geluk is
niet-morele waarde en het goede leven is moreel neutraal. Pas als we om het geluk van anderen bekommeren
betreden we domein van moraal. Moraal ervoor inzetten; jou goede leven ook door anderen geleid kan worden.
Moraal heeft te maken met de belangen van anderen (vooral mensen, maar ook dieren of natuur). Een daad die
belangen van anderen schaadt is moreel slecht, een daad die belangen behartigt is moreel goed we moeten de
belangen van anderen weten, het ultieme belang van elk mens is gelukkig zijn; het goede leven leiden.
1.2 Normen en waarden (normen zin afgeleid van waarden, worden vaak als 1 gezien). waarde: waardevol of
belangrijk voor mensen. Het goede leven bestaat uit een som van waarden (goede baan), dit is een niet-morele
waarde want het gaat om ons geluk. Morele waarden zijn waarden waarbij geluk van anderen centraal staat (zoals
eerlijkheid, zorg voor zwakkeren). Het verschil tussen moreel en niet-moreel hangt samen met de reikwijdte van de
kring van mensen van wie je belangen behartigd. Normen: zijn afgeleid van waarden, een norm is op te vatten als
een regel waarin bepaald gedrag wordt voorgeschreven ‘je moet…’, ‘je mag niet…’. Van 1 waarde kunnen
verschillende normen worden afgeleid. Of het moreel of niet-moreel is hangt ook samen met reikwijdte. Je mag niet
stelen is een norm afgeleid van eerlijkheid: morele waarde, sportschoenen dragen is een norm afgeleid van erbij
horen of niet: niet-morele waarde waarden en normen zijn meningen. Feit: bepaalde stand van zaken in de
werkelijkheid. Feitlelijke uitspraken zijn waar of onwaar; aarde draait om de zon. Waarde uitspraken hebben niks
meer te maken met waar/onwaar omdat er een mening wordt verteld: alleen eens/oneens. Waarde uitspraken
moeten een waardeterm bevatten (mooi, slecht). Je kunt dus zeggen dat dat iets aanprijst of afkeurt. Ook normen
kunnen/ zijn altijd waarde-uitspraken.
1.4 kenmerken van moraal (kenmerk is dat morele regels voorrang hebben boven andere gedragsregels zoals
verkeersregels). Zorg voor anderen is dus een kenmerk van moraal kenmerk (km1), een ander is dat zij een
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudieLeutje. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.