24.1 Het product.
Een product is het geheel van materiële en immateriële eigenschappen van een goed of een dienst.
De materiële eigenschappen van een product zijn de eigenschappen die zelf aanwezig zijn in het
product en de eigenschappen die de producent heeft toegevoegd. Immateriële eigenschappen zijn de
eigenschappen die de consument aan het product verbindt.
Bij een product onderscheiden we de volgende aspecten: kwaliteit, vormgeving, verpakking en
garantie en service.
Kwaliteit zijn eigenschappen van een product waaraan de gebruiker waarde hecht.
De vormgeving gaat over hoe het product eruitziet. De verpakking kan een noodzaak zijn om het
product te verpakken vanuit beschermingsoogpunt (technisch aspect) en/of om de aandacht van het
publiek te trekken (commercieel aspect). Bij garantie moet de leverancier instaan voor de kwaliteit
van zijn geleverde producten. Service bestaat onder andere uit voorlichting, bezorgen, installeren en
hulp bij problemen.
24.2 Merk.
Een merk is een naam, een symbool of een teken waarmee een producent zich onderscheidt van
andere producenten.
Bij de merken is de volgende indeling aan te brengen:
Fabrikantenmerk: A-merk, B-merk en paraplumerk.
Private label
Huismerk
Een A-merk is een bekend merk met een goede reputatie, landelijke reclame en op veel plaatsen te
koop. Een B-merk is wat minder bekend, goedkoper en op minder plaatsen te koop. Bij
een paraplumerk brengt de leverancier al zijn producten onder één naam op de markt. Een private
label is een product dat gezien vanaf het standpunt van de fabrikant, in opdracht van een derde
wordt gemaakt. Producten met een huismerk zijn producten die onder de eigen naam van de
detaillist worden aangeboden.
24.3 Levenscyclus.
De levenscyclus van een product bestaat uit: introductiefase, groeifase, rijpheidsfase,
verzadigingsfase en neergangsfase.
De duur van de levenscyclus wordt bepaald door: de snelheid van de technische ontwikkelingen; de
concurrentie; de mate waarin het product door de afnemers wordt geaccepteerd.
24.5 Prijsbepaling.
Bij een kostengeoriënteerde prijsbepaling neemt de organisatie de kosten als basis voor de bepaling
van de verkoopprijs.
Bij een concurrentiegeoriënteerde prijsbepaling zijn er zoveel concurrenten in een branche dat een
onderneming de prijs wel ‘moet’ afstemmen op die van de concurrentie.
Bij een vraaggeoriënteerde prijsbepaling neemt de organisatie de prijs die de consument wil betalen
als uitgangspunt. Mogelijkheden bij vraaggeoriënteerde prijsbepaling zijn: penetratiepolitiek,
afroompolitiek, psychologische prijzen en prijskortingen.
Bij de penetratiepolitiek wordt de prijs van een nieuw product zo laag vastgesteld, dat daardoor in
korte tijd een groot gedeelte van de markt wordt voorzien van een nieuw product.
Bij de afroompolitiek begint de onderneming met een hoge prijs en verlaagt deze in stappen.
Psychologische prijzen zijn de prijzen die net onder een geheel getal zitten, voorbeelden zijn € 99,95,
€ 89 en € 9,90.
, Via prijskortingen wordt de korting rechtstreeks gegeven op de prijs of door het aanbieden van een
groter aantal producten voor een lagere prijs.
25.1 Plaats.
Plaats kun je op twee manieren zien:
vestigingsplaats van een onderneming,
plaats waar de producten van een onderneming zich bevinden: van het aan te leveren
product tot en met het product bij de afnemer.
25.2 Logistiek en distributie.
Logistiek houdt zich bezig met de wijze waarop de goederen worden voortgestuwd op weg naar de
consument.
De bedrijfskolom bestaat uit de ondernemingen die het product brengen van oerproducent naar
consument.
De groothandel levert aan andere groothandelaren (grossiers) en kleinhandel (detaillisten), terwijl de
kleinhandel aan de consument levert.
De groothandel vervult voor de kleinhandel de volgende taken: het houden van voorraad; het
leveren van artikelen met korting; het op de hoogte houden wat betreft nieuwe producten en het
verstrekken van krediet.
Bij directe distributie gaan de producten rechtstreeks van de producent naar de consument.
Bij indirecte productie worden de artikelen van de producent via één of meer tussenschakels naar de
consument gebracht.
Producenten proberen de kleinhandel te verleiden hun producten in het assortiment op te nemen
door: kredietverlening, bijzondere aanbiedingen en snelle levering.
Bij pushdistributie wordt de detaillist bewerkt om het product in zijn assortiment op te nemen.
Bij pulldistributie wordt de consument bewerkt, zodat deze bij de detaillist om het product gaat
vragen.
25.3 Logistiek en voorraad.
Het logistiek proces begint voor een onderneming bij de inkoop en duurt tot het moment dat de
goederen bij de afnemer zijn afgeleverd. Het logistiek proces bestaat
uit informatiestromen en goederenstromen.
Andere kenmerken van de logistiek zijn: houdt rekening met afnemers en leveranciers, vindt ook in
een onderneming plaats en verzorgt zowel het inkopen als het afleveren van de goederen.
Bij het JIT-principe maken ondernemingen afspraken met de leveranciers over het precieze tijdstip
waarop onderdelen en grondstoffen beschikbaar moeten komen, teneinde de voorraden zo klein
mogelijk te houden.
Afval ontstaat doordat grondstof en onderdelen tijdens het productieproces verloren gaan.
Uitval ontstaat doordat een gereed product niet aan de gestelde eisen voldoet en wordt afgekeurd.
Met recycling gebruiken we het afval en uitval voor hergebruik. Het terughalen/verwerken van de
afgedankte spullen en de verwerking van afval, afgekeurde producten en emballage noemen
we reverse logistics.
25.4 Promotie.
Bij persoonlijke verkoop is er persoonlijk contact tussen aanbieder en afnemer. Als persoonlijke
verkoop voorkomt bij bedrijven onderling spreken we van business-to-businessmarketing.
Voordelen persoonlijke verkoop boven massacommunicatie:
Men kan op iedere klant persoonlijk inspelen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sannerijlaarsdam. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.63. You're not tied to anything after your purchase.