Samenvatting van de historische context "China" op VWO niveau. Beknopt geschreven met de belangrijkste informatie voor je school- en eindexamen. Onder andere met deze samenvatting heb ik een 8 gehaald voor mijn eindexamen.
Paragraaf 3.1: China en het modern imperialisme
Waardoor verloor China zijn positie als regionale grootmacht?
De Qing-dynastie kwam van oorsprong uit Mantsjoerije, maar nam veel over van de Chinese
cultuur en rituelen. Keizers regeerden de gecentraliseerde staat absoluut en hadden het Hemels
mandaat. Het keizerlijke gezag was gebaseerd op confucianisme. Confucianisme is de leer van de
filosoof Confucius. Hij wilde dat er orde en harmonie in de maatschappij kwam. Dat kon
gebeuren als iedereen zijn plaats in de maatschappij kende en als iedereen zich hield aan
bestaande rituelen en omgangsvormen. Hierdoor waren er veel hiërarchische verhoudingen in
de samenleving, maar dus ook in het bestuur.
Omdat het oppervlak van het Chinese keizerrijk zo groot was, waren betrouwbare ambtenaren
nodig. Om hiervoor te zorgen kwam er een heel streng ambtenarenexamen. Dit vond 1 keer in de
3 jaar plaats, grote kennis over de Chinese cultuur was nodig en maar 1% slaagde. Vanwege dit
examenstelsel vormden mandarijnen een bevoorrechte klasse met veel aanzien.
Meer dan 90% van de Chinese bevolking was boer en had nauwelijks rechten. Ze betaalden wel
het grootste deel van de belasting, produceerden voedsel en dienden in het leger.
De Chinese keizers konden rekenen op een gezagsgetrouwe bevolking, door de gedragsleer van
Confucius. Maar ondanks dat verzwakte deze gedragsleer in de 19 e eeuw. Keizers kregen te
maken met economische en politieke problemen. Door bevolkingsgroei brak er hongersnood uit.
Aan het hof heerste corruptie. Mandarijnen maakten zich schuldig aan diefstal en afpersing. Al
deze mislukkingen waren voor sommigen een teken dat de Qing-dynastie haar Mandaat van de
Hemel dreigde te verliezen. Naast de interne onrust ontstond de extreme bedreiging voor de
keizerlijke macht: het modern imperialisme.
Het modern imperialisme kwam op. Economische doel was om grondstoffen en afzetgebieden te
verkrijgen, maar het draaide ook om het versterken van de machtspolitiek: hoe meer koloniaal
gebied, hoe meer status. Westerse mogendheden probeerden zo hun positie in China te
versterken. Dat ging moeilijk. Alleen de havenstad Kanton was beperkt opengesteld. China
toonde nauwelijks interesse in de westerse producten, door een sterk Chinees
superioriteitsgevoel: sinocentrisme. Westerlingen werden als barbaren gezien.
Omstreeks 1820 vonden de Britten toch een product
waarmee ze de Chinese markt konden betreden:
opium. Miljoenen Chinezen werden door deze handel
verslaafd gemaakt. De Chinese overheid stelde een
opiumverbod in, maar dat had weinig effect. De illegale
opiumhandel was voor Groot-Brittannië zeer
winstgevend. Door de massale verslaafdheid raakte de
Chinese samenleving ontwricht. In 1839 werden
20.000 kisten opium in beslag genomen en vernietigd.
, Als reactie hierop stuurden de Britten oorlogsschepen naar de Chinese kust. De Eerste
Opiumoorlog was een feit.
De Eerste Opiumoorlog eindigde in 1842 met een nederlaag voor China. De Britten stelden een
vernietigend vredesverdrag op, waarin de Chinezen verplicht werden een flinke
schadevergoeding te betalen. Hongkong werd een Britse kroonkolonie en er werden 5 havens
volledig opengesteld voor de Britten. Dit verdrag van Nanking kan worden beschouwd als een
van de eerste Ongelijke verdragen.
Ook Frankrijk, de VS en Rusland probeerden hun invloed op China te vergroten. In veel steden in
China nam de westerse aanwezigheid toe. De Chinese regering verloor steeds meer zeggenschap
over haar eigen grondgebied. Doordat steeds meer Europeanen, Japanners en Amerikanen zich
in Chinese steden vestigden verloren de Chinezen inkomsten: dit zorgde voor veel onvrede. In
1856 brak de Tweede Opiumoorlog uit. China werd wederom verslagen en kreeg nog een
vernederend verdrag opgelegd.
Tussen China en Japan verslechterden de betrekkingen ook. In 1894 brak er oorlog uit, omdat
Japan zijn macht naar Korea probeerde uit te breiden. China beschouwde Korea als haar
invloedssfeer. De Chinese vloot kon niet op tegen de moderne Japanse vloot.
Door deze ongelijke verdragen hadden buitenlandse mogendheden hun machtspositie in China
aanzienlijk versterkt. Overheidstaken waren door hen overgenomen. De macht van de keizer
werd daardoor ernstig ondermijnd. Binnenlands verzet tegen het falende centrale gezag nam
toe. De Chinese overheid werd geconfronteerd met twee grote volksopstanden:
- Taipingopstand ---> in het zuiden van China had Hong, die er niet in geslaagd was om
mandarijn te worden, grote groepen ontevreden boeren gemobiliseerd. Een revolutie
tegen de keizer was het doel. Hij zette zich in voor gelijkheid, gemeenschappelijk
eigendom en sociale hervormingen. De Taipingrebellen kregen een groot deel van China
in handen. Werd uiteindelijk, met veel moeite, neergeslagen met behulp van het westen.
- Nian-opstand ---> overstromingen van de Gele rivier zorgden in het noorden van China
voor grote problemen. Boeren zagen hun landerijen overstromen en de overheid deed
hier niks aan. De opstand die daardoor uitbrak richtte zich vooral tegen de
grootgrondbezitters en ambtenaren. Werd ook met veel moeite neergeslagen.
De ontevredenheid onder de bevolking en de opmars van imperialistische mogendheden deed
sommige Chinezen beseffen dat moderniseringen noodzakelijk waren. In 1861 startte in China
de Zelfversterkingsbeweging. De aanhangers wilden belangrijke stappen zetten op het gebied
van modernisering.
Onder invloed van hervormingsgezinde mandarijnen en de
Zelfversterkingsbeweging besloot de keizer enkele aspecten
van het bestuur te moderniseren. Hoewel velen deze
hervormingen toejuichten, waren er ook tegenstanders. Een
groep conservatieven waardeerde de moderniseringspoging
niet: Cixi, keizerin-weduwe, steunde hen. De meeste
hervormingen draaide zij dan ook direct terug. De
Bokseropstand laat de onvrede ook zien. Aan het einde van
de 19e eeuw ontstond in Noord-China een beweging die
ervan overtuigd was dat ze bovennatuurlijke krachten
hadden. Zij noemde zichzelf het Genootschap der Vuisten van
de Gerechtvaardigde Eensgezindheid. Anderen noemden hen
de boksers, omdat ze alleen met hun vuisten vochtten. De
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jillgrimbergen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.39. You're not tied to anything after your purchase.