Deel 1 : Event essentials
1. DNA-structuur van een evenement
1.1 Acht DNA-elementen:
Direct zichtbare elementen:
1) Entertainment
Show en performers
Services: eten, drinken, veiligheid
2) Plaats
3) Tijd
4) Naam
Storytelling naam: Naam zegt niet meteen waar je naartoe gaat.
o Vb. Tomorrowland
DNA-naam: Naam zegt waar je naartoe gaat.
o Vb. Rock Werchter
5) Publiek/doelgroep
Voeg waarde toe voor je publiek.
Entertainment, plaats & tijd = doorslaggevend in de beslissingsflow v/d eventbelever. Ze zijn
de eerste 3 key DNA-elementen die zullen bepalen of de eventbelever zal komen of niet.
Verborgen elementen:
6) Management
Leiding, iemand moet het event organiseren
7) Eventdoel
Er moet nadien een resultaat zijn.
8) Klasse
Soort evenement: betalend, privé, zakelijk, muziekfestival, cinema,…
Deze 3 elementen hebben minder invloed op de beslissing van de eventbelever.
➔ Deze 8 elementen tonen de basis en concept van een evenement.
➔ DNA-structuur = geldig voor elk evenement + zorgt ervoor dat je gelijk welk event kan
organiseren of analyseren.
❖ Conceptuoloog: Taak = alle elementen en subelementen zo waardevol mogelijk invullen om
uiteindelijk een onderscheidend concept te krijgen.
1
,2. Why, why, why en nog eens why
Bij bepalen van je DNA-waarden van je event is er 1 vraag fundamenteel: WHY-vraag.
WHY-vraag: Waarom moet ik naar jouw evenement komen? Wat is de meerwaarde? Hoe
kunnen we een extra waarde geven voor de eventbelever?
Je moet conceptuele waarde toevoegen aan je strategie en aan je concept.
Hoe meer waarde je toevoegt, hoe groter de kans dat men deelneemt aan je evenement, hoe
unieker dat event wordt voor je gasten, hoe meer ze willen komen → Heeft invloed op de
beslissingsflow v/d eventbelever.
3. Twee waardevolle events
De eventwaarde kan op 2 manieren beleefd worden door de eventbelever:
het realtime-event + het conversatie-event (=customer experience).
o Waarom nu 2: door opkomst SM.
Realtime-event en conversati- event zijn even waardevol
o Vroeger waren enkel de realtime-eventbelevers waardevol, degene die er niet zijn niet
❖ Realtime-event: Het echte event dat je beleeft.
Geen interactie mogelijk tussen de marketeer en eventbelever en tussen belevers onderling.
o Marketeer zend boodschappen uit in de vorm van affiches, flyers, radiospots,…
o Gemeenschappelijk kenmerk: Je kan er geen directe feedback op geven.
Eventbeleving vormt zich door beleving van fysieke realtime-event. Zo bouwde eventbelever
zijn subjectieve waarde op.
o Subjectieve waarde hangt vooral af van het event op zich
Er is een Top-down conversatie: marketeer naar belever, omgekeerd niets.
Nog steeds belangrijkste waardebron voor eventbelever.
Deze beleving start al bij bestellen of kopen van ticket en eindigt als je thuis bent.
o Bevat ook: aanschuiven, vriendelijke security,…
❖ Conversatie-event: Wat je grotendeels online beleeft + je beslist zelf om er aan deel te nemen.
Ander woord = café WWW
Online conversatie verandert constant afhankelijk van waarin de mensen interesse hebben
(FB, Flickr, Whatsapp,…).
o Alle eventbelevers zijn aan het converseren met elkaar en ook met de marketeer.
Eventmanager kan online conversatie managen, maar mensen kiezen zelf waar ze naar kijken.
Acties van anderen online kunnen de subjectieve waarde van de belevers beïnvloeden.
Liken, sharen, reageren op het event, foto’s posten,…
Geslaagde conversatie-event = voorbode v/e geslaagd realtime-event
Hier wordt gepraat over de waarde die we aan het realtime-event hebben toegevoegd.
Als organisator kan je hierin alle negatieve signalen oppikken en kijken hoe je die positief kan
ombuigen.
Vb. Aftermovie TML, app voor Graspop
2
,3.1 Je betaalt voor wat je het subjectief waard vindt
Customer experience doet een eventwaarde ontstaan. De pos. of neg. invulling van deze
waarden zijn persoonlijk/subjectief.
o Persoonlijke waarde = afhankelijk van persoonlijke behoeften, verlangens en
verwachtingen.
▪ Als eventmanager moet je ervoor zorgen dat die bevredigd worden.
▪ Gevolg: Eventbelever zal meer geld willen neerleggen voor RT-event.
Dubbele activatie: Zorg ervoor dat je RT-event en CV-event managet naar een maximum
aantal belevers en maximum aan positieve ervaringen. Dan stijgt de subjectieve waarde en
stijgt dus ook de prijs die een belever wil neertellen voor een event.
o Subjectieve waarde = RealtimeWaarde + ConversatieWaarde
Zolang de subjectieve waarde v/e deelnemer groter is dan de objectieve waarde (prijs), zal de
deelnemer komen.
o LET OP : de waarden kunnen ook DALEN doordat bv een artiest op een festival afzegt
(FooFighters op RW).
3.2 Opmerkingen over eventwaarde als som van RT-event en CV-event
1. Flyers, affiches, radio- en televisiespots. Weg ermee?
Zijn top-downdragers die nog altijd werken, maar zijn niet efficiënt omdat ze niet kunnen
worden gedeeld.
o Het zijn single objects: Worden maar 1x gebruikt en ontvangen door 1 persoon
o Ze moeten ook worden gedeeld zoals een event via FB. Zo worden ze ook social
objects.
Blijven nodig, ook al gebeurt bijna alles online. Blijf top-down werken.
Blijf alleen niet hangen in het RT-event, maar speel door naar het CV-event (vb. QR-code
waarbij eventbelever ook in FB-groep zit).
Zorg dat je single objects de mensen leiden naar café www en dat die objects
conversatiestarters worden. Doel is om de eventbelevers van het RT-event ook naar het CV-
event te leiden.
2. Belever kan deelnemen aan slechts één v/d twee events en toch waardevol zijn!
iedere like, share en comment kan ervoor zorgen dat bij een andere CV-eventbelever de
waarde stijgt. Zelfs zodanig dat hij beslist deel te nemen aan het RT-event.
o Beslissingsflow eventbelever kan dus pos. en neg. beïnvloed worden door acties van
andere deelnemers.
3
, 3. Beide events versterken elkaar
CV-event vindt plaats tijdens RT-event.
Apps van je event laten beide events vloeiender in elkaar overlopen.
Eventbelever gebruikt het CV-event om zijn RT-event waardevoller te maken.
Content die wordt gedeeld vanuit het RT-event versterkt het CV-event.
CV-event versterkt RT-event doordat eventmanager instaat voor bijv. beheren van app.
Ook sponsors willen online aanwezig zijn, niet enkel op het RT-event.
4. Brengt conversatie-event meer op dan realtime-event?
CV-event blijft een noodzakelijk kwaad voor veel bedrijven. RT-event blijft voor hun het
belangrijkste.
o Facebooken, Twitteren,… zien ze als iets vluchtigs.
Goed voorbeeld van succesvol CV-event: League of legend (betalende online toernooien)
4. De eventmanagement-cirkel
Onderaan: customer experience (eventbeleving) +
realtime-event en conversatie-event.
Bovenaan: Company experience → alle fasen die
de belever niet ziet (concept, strategie en
productiefase)
Blauwe pijlen: Versterkende wisselwerking tussen
RT-event en CV-event + tussen deze beide events
en strategie en concept.
o Komst SM maakte deze wisselwerking
mogelijk
Customer-experience: zichtbaar en voelbaar
Company experience: is intern en enkel te zien en voelen voor de medewerker.
4.1 De 8 fasen van het ontwikkelen van een event (cirkel)
1) Strategie
2) Concept
3) Budget
4) Wetgeving
5) Planning
6) Productie van het CV-event
7) Productie van het RT-event
8) Evaluatie
➔ De fasen drukken 4 versch. acties uit: denken, checken, produceren en evalueren.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brittdemeulemeester. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.31. You're not tied to anything after your purchase.