Internationale aspecten
Onderwerpen
Wat is internationaal belastingrecht?
o Belastingheffing in grensoverschrijdende situaties
o Nationale aanknopingspunten (woonplaats, nationaliteit, bron)
o Belastingverdragen: voorkoming van dubbele (niet-)belastingheffing
Hoe wordt de winst van een multinational belast?
o Seperate entity-benadering
o Aanknopingspunten
o Rol van belastingverdragen
Zakelijkheidsbeginsel
Internationale oplossingen
o Aanscherping verrekenprijsrichtlijnen
o AEoI belastingrulings
o (P)CBCR
Verdergaande oplossingen?
o Pillar 1
o Pillar 2
o CCCTB/BEFIT
Wetsartikelen
Art. 2.1, art. 2.2(2), art. 7.1, art. 7.2, art. 7.5, art. 7.7 Wet IB 2001.
Art. art. 2, art. 3, art. 8, art. 8b, art. 8bb, art. 13, art. 15e, art. 17, art. 18 Wet Vpb 1969.
Art. 4 Algemene wet inzake rijksbelastingen.
art. 1, art. 5, art. 6, art. 8, art. 9, art. 19, art. 22, art. 23 Besluit voorkoming dubbele
belastingheffing 2001 (Bvdb 2001).
art. 1, art. 2, art. 3, art. 4, art. 5, art. 7, art. 9, art. 10, art. 11, art. 12, art. 15, art. 23a/art.
23b. OESO-Modelverdrag.
Literatuur
I.J.J. Burgers (red.), Belastingrecht in Hoofdlijnen, Kluwer, Deventer, 2023, hoofdstuk 2,
par. 2.3 t/m 2.3.3, hoofdstuk 4, par. 4.2 t/m 4.2.3 en hoofdstuk 9.
J.L. van de Streek, Inleiding tot de belastingheffing van multinationals, Universiteit
Leiden, 2023 (zie Brightspace).
Open vraag
Aan de top van Nantando, een multinational in computerspellen, staat de in Japan gevestigde
vennootschap A. Vennootschap A houdt alle aandelen in de in Nederland gevestigde
vennootschap B en de in Nederland gevestigde vennootschap C. In vennootschap B zijn de
productieactiviteiten ondergebracht en in vennootschap C zijn de distributieactiviteiten
ondergebracht. De multinational heeft een wereldwinst van 1.600, waarvan 400 is behaald
door vennootschap A, 800 door vennootschap B en 400 door vennootschap C.
De multinational kan als volgt worden afgebeeld:
1
, Neem aan: het winstbelastingtarief bedraagt in Japan 30%, in Ierland 12.5% en in Nederland
25%.
Vragen
a. Hoeveel winstbelasting is Nantando in totaal verschuldigd?
b. Wat is het gemiddelde wereldwijde belastingtarief van Nantando?
Vervolg van de open vraag.
Het bovenstaande feitencomplex gaat ervan uit dat vennootschap A aan vennootschap B een
geldlening heeft verstrekt van 1.000 tegen een rente van 1%. Een bank zou echter, onder
dezelfde omstandigheden, een rente hebben gevraagd van 11%.
Vragen
c. Wat is de verrekenprijscorrectie die ter zake in aanmerking moet worden genomen bij
vennootschap A op basis van het arm’s length beginsel?
d. Wat is de verrekenprijscorrectie die ter zake in aanmerking moet worden genomen bij
vennootschap B op basis van het arm’s length beginsel?
e. Wat is het antwoord op vraag a en b na de verrekenprijscorrecties?
Meerkeuzevragen
Opgave 1
Welk(e) van de volgende beweringen is (zijn) juist?
I. Het woonplaatsbeginsel en het nationaliteitsbeginsel knopen voor belastingheffing aan bij
de persoon van de belastingplichtige. Het bronbeginsel sluit aan bij het object waarover
belasting wordt geheven.
II. Een land kan niet én belasting heffen op basis van het nationaliteitsbeginsel, én belasting
heffen op basis van het woonplaatsbeginsel, én belasting heffen op basis van het
bronbeginsel.
III. De samenloop van belastingheffing door twee landen op basis van woonplaats en bron zal
typisch resulteren in juridisch dubbele belastingheffing.
a. Alle drie de beweringen zijn juist.
b. Beweringen I en II zijn juist, bewering III is onjuist.
c. Beweringen I en III zijn juist, bewering II is onjuist.
a. Beweringen III is juist, beweringen I en III zijn onjuist.
2