Kinderopvang werd opgericht (1875). De cultuurhistorische context eind 19 e eeuw:
- Armoede
Voornamelijk wonen op het platteland maar trokken naar de steden om meer te
gaan verdienen en een beter leven te kunnen krijgen.
- Urbanisatie (verstedelijking) en industrialisatie
- Hoge kindersterfte
door slechte leefomstandigheden. Moeders kregen de schuld van het hoge aantal
kindersterfte.
- Zorgen om volksopstand
- Filantropische initiatieven
Je bekommert je (de rijke mensen) om een ander, er ontstonden crèches, zodat
moeders konden gaan werken en hun kind werd opgevangen.
1875: de eerste bewaarschool (kinderopvang) door rijke vrouwen:
- Na twee weken na de bevalling al naar de kinderopvang
- Alleen voor noodzakelijke werkende ‘zedelijke’ (nette) moeders. Ze gingen op
huisbezoek om te kijken of het klopt of ze echt arm waren.
- De kinderen werden afgegeven door een luik naar binnen. Kleding van de opvang.
- Hygiëne en voeding
- Ambivalente houding van de overheid
Tegenstrijdig over de oprichting, ze wisten niet of het echt zo moest lopen.
- Noodzakelijk kwaad
De cultuurhistorische context 1950-1980
- Toegenomen welvaart
- Ontstaan verzorgingsstaat
Verzekeringen, kinderbijslag, ouderschapsverlof
- Vrouwenemancipatie
Een grotere morele vrijheid, hier wilden de jongeren voor zorgen.
- Hechtingstheorie
Bowlby en Spitz nieuwe inzichten
Veilige hechting tussen moeder en kind
Kinderopvang werd hierdoor niet populairder
Kinderopvang:
- Jaren ’50 – ’60: neemt vraag kinderopvang af (door noodzakelijk kwaad)
- Jaren ’70 – ’80: neemt vraag kinderopvang toe
- Kresj (ouders gingen de kinderopvang bewerkstelligen, ontzuiling) als middel tot
maatschappelijke verandering
, - Aandacht voor emotionele welzijn kinderen (hechtingstheorie)
Er werd antiautoritair opgevoed.
- Aandacht voor de pedagogische relatie PM’er en kinderen
Cultuurhistorische context 1980-2000
- Jaren ’80: Economische crisis
Massale werkloosheid, onderwijstekorten en geen nieuwe opvangplekken
- Vanaf ’90: Neoliberalisme, marktdenken (=winstmaximalisatie)
Kinderopvang
- Arbeidsmarktinstrument
(zorgen dat mensen aan het werk kunnen gaan)
- Vanaf jaren ’90: overheidsbeleid uitbreiding aanbod
o Tripartiete financiering
(werkgevers, overheid en ouders worden samenwerkingspartners en betalen
allemaal 1/3 kosten van de kinderopvang, financieringssysteem)
- Vooral hoger opgeleiden maken gebruik van kinderopvang
- Langzaam aan steeds meer aandacht voor kwaliteit
o 1995: overheid legt kwaliteit regels vast voor de kinderopvang
Peuterspeelzalen
1960-1990:
- In 1965 eerste peuterspeelzaal opgezet door groepen hoogopgeleide moeders
- Idee om de kinderen voor te bereiden op de basisschool door kleinere gezinnen,
zodat ze wel in aanraking kwamen met andere kinderen
- 2 a 3 dagdelen met leeftijdsgenootjes spelen
- Werd uiteindelijk buurtvoorziening voor alle kinderen
Vanaf jaren ’90:
- Peuterspeelzalen worden ingezet door de overheid (beleid) om taalachterstanden
bestrijden: VVE programma
(Voor en Vroegschoolse Educatie)
- Ook VVE in kinderopvang & groep 1 en 2 basisschool
- Per 1 jan 2022 verplichte VVE-coach op locatie
- Vooral voorziening voor peuters in achterstandswijken
Kinderopvang in de 21e eeuw
Vanaf 2000-nu: meer aandacht voor pedagogische kwaliteit
2005: Eerste wet op de kinderopvang (niet de peuterspeelzaal)
o Ouders krijgen hierdoor meer inspraak door overleg met de branche
o De overheid heeft hier geen inspraak in, inspectie heeft alleen invloed
2010: Wet ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie (OKE)
2018: Wet harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk
o Doel: afstemming tussen alle organisaties te verbeteren
2019-2023: Wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang (IKK)
o De regels moeten voor 2023 uitgevoerd zijn
, Hoorcollege 2: Verbeteren van de kwaliteit van de kinderopvang
Marianne Risken-Walraven
‘Kwaliteit van de kinderopvang bepaalt het welbevinden en de ontwikkeling van kinderen.
Vooral kinderen die thuis opgroeien onder weinig stimulerende omstandigheden, die
profiteren het meeste van een goede kwaliteit van de opvang maar zijn ook het grootste
slachtoffer als de kwaliteit in de kinderopvang slecht is’. ‘Kinderopvang is een plek waar
kinderen voor het eerst in contact komen met andere kinderen die ‘anders’ zijn’.
Vier wettelijke basisdoelen voor de kinderopvang
1. Het bieden van een gevoel van veiligheid
het meest belangrijkste doel omdat een kind met een onveilig gevoel zich minder
ontwikkelt dan een kind met een veilig gevoel.
2. Het bevorderen van de persoonlijke competentie
Ontwikkelen van bredere persoonskenmerken, zoals flexibiliteit, zelfvertrouwen,
veerkracht en zelfstandigheid. Ook op verschillende ontwikkelingsgebieden.
3. Het bevorderen van de sociale competentie
Hoe ga je met anderen om en hoe ga je de relatie aan met andere kinderen.
4. Socialisatie; aanbieden van regels, normen en waarden
Om goed te kunnen functioneren in de samenleving, het inleiden in betekenissen,
hoe werkt de wereld?
Indicatoren van pedagogische kwaliteit
1. Uitkomstmaat: welbevinden en de ontwikkeling van kinderen
= geen betrouwbare indicator voor het meten van de kinderopvang omdat de
omgeving er ook voor zorgt hoe het kind zich voelt en zich uit.
2. Proceskwaliteit (proximale (nabijheid) processen): Feitelijke ervaringen die kinderen
opdoen in hun interacties met de sociale en de materiële omgeving
3. Structurele kwaliteit (distale processen) : Kenmerken van de opvoeders en de
opvoedingssetting
* Proximale factoren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller paulienschaap178. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.31. You're not tied to anything after your purchase.