100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
economie samenvatting - hoofdstuk 6 $4.38
Add to cart

Summary

economie samenvatting - hoofdstuk 6

 4 views  1 purchase
  • Course
  • Level

Deze samenvatting gaat over economie hoofdstuk 6 - meer over de markt. In deze samenvatting staan duidelijke aantekeningen en belangrijke begrippen die zeker nodig zijn voordat je de toetsweek in gaat! Ik haal gemiddeld een 7,5 /8 met mijn samenvattingen door bijv. de belangrijkste hoofdvragen te ...

[Show more]

Preview 3 out of 23  pages

  • June 25, 2023
  • 23
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 3
avatar-seller
Hoofdstuk 6.1
Nederland zou graag spullen aan de Arabische landen willen verkopen. Deze verkoop is een
voorbeeld van Nederlandse export.
Andersom is een optreden van Harry Styles in Amsterdam en de aankoop van Spaanse
sinaasappels voorbeelden van Nederlandse import.
 Export -> Nederland verdient geld. Als Nederland zijn producten in Duitsland
verkoopt, verdient Nederland het geld.
 Import -> het buitenland verdient geld. Als Harry Styles een concert geeft in
Nederland, verdient hij dus het buitenland geld.

Het exporteren van goederen en diensten heeft verschillende voordelen:
 Het levert werkgelegenheid en inkomen op in Nederland.
 Als goederen en diensten naar niet-eurolanden worden uitgevoerd, levert de export
buitenlandse geld op. Bijvoorbeeld Amerikaanse dollars, Engelse ponden en Turkse
lira's.
Deze buitenlandse geld/ valuta kan Nederland gebruiken om goederen en diensten te
importeren (brengen) uit niet-eurolanden.
We gebruiken meestal import omdat we sommige producten niet zelf kunnen produceren
(zoals sinaasappels) en/of omdat het produceren erg duur is.


3 voordelen voor een consument (wij) door te importeren:
1. Keuze uit meer en verschillende producten; door te importeren uit Turkije
bijvoorbeeld, ligt er in de supermarkten zoals AH niet alleen kaas, maar ook sucuk en
pasta vanuit Italie. Hierdoor hebben de consumenten meer keuzemogelijkheden uit
producten.
2. Import kan leiden tot lagere prijzen voor consumenten. Door producten uit andere
landen te importeren, ontstaat er meer concurrentie op de markt. Waardoor bedrijven
'gedwongen' worden om hun prijzen te verlagen.
3. Betere productkwaliteit; producten doen hun best voor om Nederlandse producten
beter/lekkerder te produceren dan pasta uit bijvoorbeeld Italie.

Export Verkoop van goederen en diensten aan het
buitenland, waarmee Nederland er geld aan
verdient.
Import Inkoop van goederen en diensten in het
buitenland, waarmee het buitenland geld
aan verdiend.


 Het bruto binnenlandse product (bbp) = De waarde van alle geproduceerde
goederen en diensten in een land binnen een jaar.
Een groot deel van de Nederlandse productie wordt geëxporteerd naar het buitenland.
Andersom importeert Nederland ook veel goederen en diensten. Nederland heeft dus een
open economie en is erg afhankelijk van de handel met het buitenland.
 Een open economie hebben = een economie waarin je veel handel met het
buitenland drijft.
 Een gesloten economie hebben = als je weinig tot geen handeldrijft met het
buitenland.

,Hoe open of gesloten je economie is bereken je met de exportquote en de importquote:
 Exportquote: percentage van de export ten opzichte van het bbp. Hoe hoger de
export quote, hoe open de economie is.




 Importquote: percentage van de import ten opzichte van het bbp




Omdat Nederland een groot deel van zijn productie aan het buitenland verkoopt, heeft
Nederland dus een hoge exportquote en een open economie. En we hebben ook een hoge
importquote.
Als de wereldhandel groeit, profiteert Nederland met zijn open economie mee met de groei
van de handel. Want:
 Als de wereldhandel groeit, zullen Nederlandse bedrijven meer mogelijkheden
hebben om hun producten en diensten te exporteren naar andere landen. Dit kan
leiden tot een toename van de verkoop en winst van deze bedrijven.
 Meer export betekent ook dat er meer banen kunnen worden gecreëerd in Nederland

Het bruto De waarde van alle geproduceerde goederen en diensten in
binnenlandse product een land in een jaar.
(bbp)
Open economie Een economie die veel handel met het buitenland drijft.


Gesloten economie Een land die weinig of helemaal geen handel drijft met het
buitenland.
Exportquote

Importquote



De landen van de Europese Unie (EU) hebben met elkaar een aantal afspraken gemaakt,
waaronder:
 Er is vrij verkeer van goederen en diensten. Landen van de EU mogen hun eigen
bedrijven niet helpen door importproducten uit andere EU-landen met invoerrechten
(belasting) duurder te maken. Dus goederen en diensten moeten vrij kunnen worden
verhandeld over landsgrenzen, zonder dat er bijvoorbeeld invoerbeperkingen,
belastingen of andere regels zijn die de handel belemmeren.
 Er is vrij verkeer van arbeid: Europese werknemers mogen binnen de EU in een
ander land gaan werken. Dus Nederlandse werknemers mogen gewoon naar
Duitsland gaan om daar te werken.
 Er is vrij verkeer van kapitaal: als je bijvoorbeeld in Europa gaat pinnen, mag ING
(je EU-bank) geen extra transactiekosten geven. Maar als je bijvoorbeeld in
Engeland gaat pinnen, gebeurt dat juist wel.
Deze bovenstaande 3 punten, zorgen voor meer handel.

, De landen van de EU vormen economisch gezien op deze manier 1 grote interne markt
waarbinnen vrij gehandeld mag worden.
 Interne markt = een gezamenlijke markt van alle landen van de Europese Unie
waarbinnen vrijhandel is.
Deze interne markt biedt voordelen aan de Europese bedrijven. Zo zijn er geen
belemmeringen aan de grens en is er een grote afzetmarkt. Dankzij die grote afzetmarkt
kunnen Europese bedrijven groter worden en profiteren van schaalvoordelen.
 Schaalvoordelen = een bedrijf kan/ heeft meer voordelen, als het meer van een
product maakt. Als een bedrijf meer en sneller produceert, kan het de kosten per
product verlagen.
Dankzij deze schaalvoordelen kunnen Europese bedrijven de concurrentie met sterke
bedrijven uit de VS en Azië beter aan. Want doordat Europese bedrijven meer produceren,
kunnen ze hun productiekosten verlagen. Hierdoor kunnen ze hun producten tegen lagere
prijzen aanbieden aan consumenten.

Invoerrechten Belasting op ingevoerde goederen en diensten
Subsidie Een geldbedrag waarmee de overheid goederen en/of
diensten goedkoper maakt.
Interne markt Een gezamenlijke markt van alle Eu-landen waarin
vrijhandel is. Waarin we dus handelen met elkaar
Schaalvoordelen Voordelen voor een bedrijf als gevolg van grote en/of
meer productie. Als een bedrijf meer en sneller
produceert, kan het de kosten per product verlagen.
Wat voor meer voordelen kan zorgen:
 Lagere prijzen vinden consumenten
aantrekkelijk, je product zal veel sneller worden
gekocht.
 Europese bedrijven kunnen efficiënter werken.
Ze kunnen bijvoorbeeld gebruik maken van
moderne technologieën waardoor meer
producten sneller worden geproduceerd in een
korte tijd.


De EU stimuleert de vrije handel binnen haar grenzen, maar ten opzichte van de rest van de
wereld is dat minder het geval.
 De EU heeft bijvoorbeeld invoerrechten om sommige import van buiten de EU te
beperken
 Ook kan zij (de EU) de export van haar eigen producten naar landen buiten de EU
stimuleren door de prijs met subsidie te verlagen.
Invoerrechten en exportsubsidies zijn voorbeelden van protectie.
 Protectie = bescherming van de eigen economie tegen buitenlandse concurrentie
De EU trekt multinationals aan.
 Multinational = bedrijven met vestigingen in veel landen. Zij profiteren van de
Europese samenwerking en kiezen in Europa de meest geschikte locaties.
Ze kiezen meestal landen in Oost-Europa, omdat de bedrijven daar goed opgeleide en
goedkope werknemers kunnen vinden.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nisaince. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.38. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.38  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added