100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
FLASHCARDS alle stof van methoden en technieken $7.13   Add to cart

Other

FLASHCARDS alle stof van methoden en technieken

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Flashcards van de leerstof voor Methoden & Technieken Deze kun je printen en plakken op standaardflashcards (Bv. van )

Preview 3 out of 17  pages

  • June 27, 2023
  • 17
  • 2022/2023
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
,Wanneer is onderzoek wetenschappelijk? Typen Onderzoek
- Streven kennis verschijnselen voor theorie Fundamenteel Wetenschappelijk
- Empirische uitspraken - Kennisprobleem
meetbaar, aantoonbaar, je doet - Doel: ontwikkeling/toetsing theorieën
proeven/experimenten en die analyseer je  - Hiaten/tegenstrijden wetensch. kennis
conclusie
- Systematische benadering (methodologisch) Praktijkgericht Wetenschappelijk
Toetsbaar, controleerbaar repliceerbaar - Praktijkprobleem
- Cumulatief (voortbouwen op voorgangers) (VS - Doel: Kennis voor besluitvorming
Pilot) praktijkproblemen
- Van vage/globale probleemstelling tot
Wetenschap is systematische theorievorming doelstelling en concrete onderzoeksvraag




Empirische cyclus (Fundamenteel Deductief nomologisch model (deductie
wetenschappelijk) van hypothese)
1. Observatie (observeren, constateren) - Specifieke uitspraken afleiden uit algemene
“Steeds meer studenten gebruiken laptopts in uitspraken over de werkelijkheid
college’ - Theorie & Aannames
2. Inductie (algehele uitspraak &
theorievorming) Theorie: Alle vogels kunnen vliegen
“Studenten raken afgeleid en gaan misschien minder Aanname: Dit is een vogel
presteren”
Hypothese: Deze vogel kan vliegen
3. Deductie (hypothese vanuit theorie = toetsb.
Empirische waarneming (observatie): Dit is een
verw.)
vogel en vliegt niet
“Ik verwacht: minder laptop = beter resulaten”
Toetsing: Hypothese klopt niet
4. Toetsing
“Scoort de ene groep hoger dan andere” Evaluatie: Conclusie: geen vogel of theorie
5. Evalueren klopt niet




Benaderingswijzen De probleemstelling in onderzoek
Empirisch-Analytisch Vraagstelling (= onderzoeksvraag)
- Kwantitatief Doelstelling (= waarom wil je dit weten)
- Toetsen van theorieën (Tussen stap 3 en 4 Theoretisch raamwerk  Conceptueel
van cyclus)
model (= grafische weergave van wat je
- Meten
verwacht)
Empirisch interpretatief
- Kwalitatief onderzoek
- Ontwikkelen van theorieën (tussen stap 1 en
2)
- Begrijpen




Type Vraagstellingen Type kwantitatieve onderzoeksvragen
Beschrijvend Frequentievragen: Hoeveel, hoevaak
- Situatie zoals die is in kaart brengen Verschilvragen: In welke mate, Groepen, voor-
- “Wat is, wie koopt, wat voor, welke wanneer’ en-nameting
Verklarend Samenhangvragen: In hoeverre een verband
- causaliteit: Oorzaak/gevolg
-Je hebt inzicht in het gevolg en wil de oorzaken Causaliteit (oorzaak/gevolg): Voorspellend en
weten verklarend: is moeilijk te onderzoeken.
- ‘Waarom, Waardoor?
Voorspellend:
- Causaliteit: Oorzaak/gevolg
- Je hebt inzicht in oorzaak en wil gevolg
weten
- ‘Wat gebeurt er met, Tot welke.. leidt’

, Onderzoekseenheid & Onderzoek kenmerk Operationaliseren, Variabele, Concept &
Onderzoekseenheid Construct
- Op wie de vraag betrekking heeft. Operationaliseren: Omzetten van kenmerken
- Volgt direct uit onderzoeksvraag naar concreet meetbare termen. Van construct
Fishing (expedition) naar variabele
Onderzoekskemerk
Fout 1e soort bij explorerend onderzoek Je hebt
-een Eigenschapsbegrip
dataset met interessante fenomenen en je Variabele = Verticale kolom, alle vragen
-gaat
Watvissen
ga je meten
in data. Je blijft toetsen zonder waarop de personen een waarde krijgen
-hypothese
(abstracte) eneigenschap/kenmerk
dan komt er ‘toevallig’ 1 verband
-uit
Komt in onderzoeksvraag
terwijl in werkelijkheid deze er niet is. Concept: Eenvoudig kenmerk (1 variabele)
BV: Lengte = meten
Construct: Ingewikkeld kenmerk (meerdere
variabele samennemen)
BV: Lengte = 8 vragen: ‘stoot je je hoofd als.. ‘



Meetniveau Variabelen Conceptueel model (Wat is het?)

Nominaal Theoretisch raamwerk  Conceptueel model 
Onderscheid categorieën, geen orde Statistisch model
Ordinaal
Summatief en Formatief Kwantitatieve onderzoeksontwerpen
Verschillende
X (interventie)categorieën
 BLACKBOX met orde  Y
(proces) Geeft relaties aanonderzoek
1. Experimenteel
Interval a. verklarende/voorspellende vraagstelling
Gelijke verschillen geen nulpunt
Summatief (causaliteit)
Ratio
Effectevlauatie  Y. Je kijkt alleen naar Y. Is b. Onderzoeker grijpt zelf actief in (manipulatie
Gelijke verschillen
mijn doelstelling met absoluut
waarom nulpunt
ik een interventie heb van X en meten van Y)
ingezet behaald? c Je zet een interventie op, bepaalt wie er mee
doen en onderzoekt Y.
Formatief:
Procesevaluatie  Je wil iets weten over het 2. Survey onderzoek
proces, niet of het werkt maar ook hoe de a. samenhangs- en verschilvragen (correlatie)
interventie is toegepast, of het gebeurt zoals b. Onderzoeker langs zijlijn (alleen X en Y
bedoelt etc.. meten)
c. Minder geschikt voor causaliteit.
Type kenmerken in schema Conceptueel model – Type kenmerken
Directe kenmerken
Afhankelijke kenmerken (Y)
Onafhankelijke kenmerken (X)
Causaliteit Indirecte kenmerken
Experimenteel onderzoeksoorten e
1. Oorzaak  Gevolg : hangen samen Onafhankelijke
Pre-Experiment: controle
One-group kenmerken
pretest-protest (3
design
2. X gaat vooraf aan Y variabelen)
1 Groep personen met 2 meetmomenten (T1 en T2)
Quasi-Experimenteel
3. Geen andere verklaringen voor ontstaan Mediator óf(mogelijk
non-equivalent group design
alternatieve
Meer groepen personen met 2 meetmomenten (bv. 1 doet
gevolg verklaring)
wel de interventie en de ander niet) – niet random
Moderator
Pre-experiment 2 (invloed)
Je doet geen T1 meting maar
Confouder: kijkt alleen
Potentieel naar het verschil bij
verstorend
- Moeilijk aan te tonen de groepen op het einde
- Level of evidence: bewijskracht die een kenmerk
Unitreated control group design
onderzoek heeft om de causlaiteit aan te tonen. Bij de tweede groep wordt er geen methode toegediend of de
reguliere methode
Zuiver experiment
Groepen worden op voorhand random ingedeeld; random
toewijzing aan experimentele groep of controlegroep


Typen kwantitatief onderzoek
Beschrijvend: observatie-stuk in cyclus
Doel: Beschrijven fenomeen
Frequentie-onderzoeksvragen, onderzoeker doet niets, minst
complex
Explorerend: Eerste deel van cyclus
Randomisatie = Experimenteel
Doel: Ontwikkelen en onderzoek soorten
formuleren theorieën, verbanden
- Op basis van toeval deelnemer toewijzen aan (plaatje)
tussen fenomenen
experimentele of controle groep Verschil of samenhang onderzoeksvragen. Valkuil = fishing
Toetsend: Punt 4 toetsing
- Achtergrondkenmerken gelijk verdeeld Doel: Toetsen van theorieën (door andere wetenschappers al
(letop: bij kleine groep kan nog steeds op onderzoek gedaan): Wat is invloed van A op B? Toetsbare
toeval wel groot veschil tussen groepen) Hypotheses!
Onderzoeksvragen met duidelijke onderliggende hypothese
(Wetenschappelijke literatuur met theorieën (Bestaand of
puzzelstukjes)  conceptueel model  statistisch model. Zelf
theorieën bouwen met proposities (Evaluatie onderzoek =
toetsend onderzoek, doel = effect meten van interventie;

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Christinaortho. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.13. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

85651 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.13
  • (0)
  Add to cart