100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting sociologisch perspectief 1: D2 H3 - Cultuur $4.34   Add to cart

Summary

Samenvatting sociologisch perspectief 1: D2 H3 - Cultuur

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting D2 H3 - cultuur. Ik slaagde in eerste zit met deze samenvatting.

Preview 2 out of 7  pages

  • July 1, 2023
  • 7
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting sociologie Deel 2 Hoofdstuk 3: Cultuur

3.1 Inleiding
Positioneel handelen – sociale rol -> spelregels volgen (=normen)
Normen maken deel uit van de culturele dimensie van de samenleving.
Cultuur verschilt naargelang tijd en locatie.
Cultuur van de eigen groepering kennen  complementariteit in de sociale interactie.

3.2 Definitie
Cultuur = een geheel van opvattingen die gedeeld en overgeleverd worden in een
groepering.
 Antropologische visie = Materiële zaken (eetgerei, huizen, schilderijen,...) behoren tot
cultuur.
 Humanistische visie = cultuur is een synoniem voor verfijning, letteren en schone
kunsten -> bewijst dat primitieve volkeren geen cultuur hebben.
 Sociologisch cultuurbegrip = sociologie is immaterieel (eetgewoonten, kledij,...).
We bestuderen de materiële cultuur alleen maar als drager
van de immateriële cultuur.

Alleen collectieve opvattingen ( =opvattingen die gedeeld worden met andere leden van een
groepering) maken deel uit van cultuur volgens een socioloog.
Opvattingen die overgeleverd worden van generatie op generatie behoren ook tot cultuur,
dus niet als ze biologisch overgeërfd zijn.

Socialisering = proces van cultuuroverdracht

3.3 componenten van cultuur

1. Waarden
Waarden = impliciete of expliciete opvattingen over het wenselijke of karakteristieke voor
een groepering die de selectie van de beschikbare middelen en doeleinden
beïnvloeden.
 omschrijft ‘wat het zou moeten zijn’
VB: gelijkheid, vrijheid, eerlijkheid, solidariteit,...

Waardenbegrip is immaterieels, het gaat ook over opvattingen in de geest die niet direct
waarneembaar zijn. Deze kunnen impliciet of expliciet aanwezig zijn in een groepering.

Opvattingen over het wenselijke  normatieve standaard
Opvattingen die gedeeld en overgeleverd worden zijn belangrijk
‘kenmerkend voor een individu’  betreft de opvatting over het wenselijke die in eerste
instantie specifiek zijn voor een individu maar zich later door een groter deel van de
samenleving eigen gemaakt worden en daardoor sociologisch interessant worden.

, Waarden beïnvloeden de selectie van de beschikbare middelen en doeleinden.
 geleid door de waarden die het individu omschrijft
 beslissingen gebaseerd op cognitieve elementen die leiden tot rationeel handelen.

Besluit:
 waarden zijn algemene opvattingen die leven binnen een bepaalde groepering over wat
goed, juist en daarom nastrevenswaardig is. Het concept waarde bevat dus ook het
kenniselement ‘affectief / gevoelselement’ en een ‘conatief of strevingselement’.

Waarden kunnen wijzigen -> dus niet vacuüm omdat ze kunnen wijzigen. Dit kan door
scholen, media, verenigingen,...

Dubbele functie van waarden:
1. Beïnvloeden bij het selecteren van middelen en doeleinden
2. centrale maatstaf waarmee we het gedrag van anderen beïnvloeden.
 waarden fungeren als KOMPAS (1) en als TOETSTEEN (2)

Functionalistische benadering:
Cultuur en waardepatroon hebben belangrijke functie m.b.t. het behoud en versteviging van
de samenleving.

Waardenovereenstemming = value-commitment (Talcott Parsons)
 dezelfde waarden onderschrijven is dit een garantie voor een evenwichtige en
conflictloze samenleving.

5 Patroonvariabelen
1. Toewijzing vs verwerving
Kenmerken: prestaties van individu als belangrijkste factor

2. Specificiteit vs diffuusheid
verwijst naar het feit dat de interacties in een groepering duidelijk omschreven zijn. Gaat
hierbij om het al dan niet duidelijk afgebakend zijn van de inhoud van de sociale relatie.

3. Particularisme vs universalisme
- Particularisme = wanneer sociale relaties gepersonaliseerd worden en criteria
alleen voor een specifiek persoon of groep gelden.
- Universalisme = sociale relaties bepaald worden door algemeen geldende principes, los van
de personen die de posities in de sociale relatie bekleden.

4. Affectiviteit vs instrumentaliteit
- Affectiviteit = in sociale relaties de uitdrukking van gevoelens en de bevrediging ervan
belangrijk wordt geacht.
- Instrumentaliteit = gevoelens worden onder controle gehouden (neutrale relatie)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zohermans. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80467 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.34
  • (0)
  Add to cart