verkerning
-> bij toename dikte= verplaatsing cambium: sapstroom meer naar buiten (valt naar binnen stil)
= vorming kernhout (=dood hout, neemt niet meer deel aan de sapstroom)
hygroscopisch
= kan uitzetten en inkrimpen afh vh vochtgehalte vd lucht
-> tussen de vezels kan vocht kruipen, kunnen vocht absorberen
composiet
= versch materialen combineren met andere eig (vb houtcel, beton)
fijnjarighout
= hout met smallere ringen
grofjarighout
= hout met bredere ringen
impregneren
= hout verduurzamen door chemische behandeling
-> onder druk bepaalde vloeistof toe te voegen
Les 2: hout vervolg
Vochtgehalte
= verhouding tussen de massa van water die aan het hout kan worden onttrokken en de ovendroge massa
van het hout (verhouding water tov droog hout)
Evenwichtsvochtgehalte
= elke comb temp en luchtvochtigh correspondeert met een bep houtvochtgehalte
-> w geleidelijk aan ingenomen
, Vezelverzadigingspunt
= wanneer vrij water is verdampt
= de vezels zijn nog 100% verzadigd, gevuld met gebonden water
Het werken van het hout
= het krimpen en zwellen van hout oiv verschillen in temp en relatieve luchtvochtigheid
Reactiehout = hout dat wordt gevormd id takken, stam of wortels vd boom wanneer de boom w
blootgesteld aan onverwachte drukveranderingen, = geforceerde richtingsverandering, = donkerder hout
Drukhout = reactiehout in naaldhout met grotere vervorming, rode kleur, kromtrekken, moeilijk te
spijkeren/zagen, kans op brosse breuk
Trekhout = reactiehout bij loofhout
Jonghout = hout van eerste 5 tot 20 jaarringen in kernhout met andere eigenschappen (kleinere volumieke
massa, minder sterk en stijf, grotere longitudinale krimp) Komt vooral bij naaldhout voor
Les 3: houtproducten
Houtproducten
= composieten(=samengesteld matr uit versch componenten) uit houtachtige componenten
+ meestal gecomb met zelf toegevoegde lijm/ kan ook via de stoffen w toegevoegd als men het hout
samenperst
GL (glulam/gelijmd gelamineerde ligger)
= balk die bestaat uit horiz/verticale op elkaar gelijmde lamellen
= id lengterichting verbonden met getande houtverbindingen (kan bv met hardhout)
Horizontale verlijming
lijmnaden evenwijdig aan elkaar
Verticaal
horizontale lijmnaden verspringen tov elkaar
Fineer
= een zeer dun geschilde of gestoken plak hout, ca. 0,6 tot 2,0 mm dik
Dekfineer
= heeft geen gebreken
-> toegepast wanneer visuele aspect belangrijk is
Plintfineer
= heeft veel gebreken
-> gebruikt tussen platen, enkel structurele eis
Edelfileer
= blok hout waar laagjes van zijn afgestoken en genummerd zijn
-> komen uit eendezelfde houtblok= patroon dat mooi op elkaar aansluit (afh van de zaagrichting versch
mog patronen)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maitevanput. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.