100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Internationale Betrekkingen $4.81   Add to cart

Summary

Samenvatting Internationale Betrekkingen

 77 views  7 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een samenvatting voor Internationale Betrekkingen. De samenvatting is kort en bondig geschreven. De samenvatting is geschreven door middel van de hoorcolleges, de werkcolleges en de literatuur. Onderwerpen die samengevat staan zijn realisme, liberalisme, constructivisme, Europese Unie, marte...

[Show more]

Preview 2 out of 14  pages

  • July 5, 2023
  • 14
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Week 1
Internationale betrekkingen= De relaties en interacties tussen staten. Wereld bestaat uit
verschillende politieke gemeenschappen (staten). De staat heeft grote invloed op de manier
waarop mensen leven en denken. Het systeem van staten is onmogelijk te ontlopen.
Noord-Korea is volgens realisme model met Zuid-Korea maar liberalistisch met China.
Soevereine staat= Regering, democratisch maar kan ook dictatuur. Is een territorium met
grenzen, permanente bevolking en een onafhankelijk macht aan het hoofd.
Soevereiniteit= Regering hoogste gezag en geen verantwoording af te leggen.
De rol van de staat= Veiligheid, vrijheid, orde, gerechtigheid en welvaart.
Weak states= Betekent dat zwakke staten instituties hebben, economisch vaak
onderontwikkeld zijn en er weinig nationale eenheid is (Laag ‘empirical statehood’,
allerzwakste staten is een failed states).
Kenmerken failed states= Verlies controle van geweld monopolie, afname autoriteit die
collectieve beslissingen, geen publieke diensten en onvolwaardig lid in internationale
gemeenschap.
Strong power= Militaire kracht
die een staat heeft is groot
(zwakke militaire kracht is
weak power).
Geschiedenis
De vrede van Westfalen (1648)= Vrede maakte einde aan Dertigjarige oorlog (huidig
Duitsland) en de Tachtigjarige oorlog (Nederland-Spanje). Eerste keer dat het idee van
staatssoevereiniteit wordt verankerd. Staten sluiten verdragen zonder toestemming van de
kerk.
Amerikaanse revolutie= Britse koloniën in Noord-Amerika. Amerikaanse grondwet rond
1700 maakt VS voorbeeld voor de wereld.
Agrarische revolutie (midden 18e eeuw)= Zorgt voor bevolkingsgroei en het einde van de
kleine boer. Wordt massa voedsel geproduceerd.
Industriële revolutie (midden 18e eeuw)= Leidt tot een verhoogd productieniveau,
specialisatie, verstedelijking en het Britse imperium.
Ook voor einde absolutisme (macht komt niet meer van God), volk centraal, opkomt
Grondwet en uiteindelijk algemeen kiesrecht.
Natie= Betreft een groep mensen met een gedeeld grondgebied, taal, cultuur, verleden en
toekomst. Natievorming wordt in de 19e eeuw een streven van staten, en hiermee ontstaat
nationalisme.
Verdrag van Versailles= Duitsland werd schuldig gewezen voor de eerste wereldoorlog.
Hierom moeten zij herstel betalingen leveren aan andere landen. Duitsland raakt in enorme
crisis.
Volkenbond= Voorloper van Verenigde Naties dat gestart was na de eerste wereldoorlog.
Iedere staat die een probleem vormde werd uit de Volkenbond gezet, dus daar kon niet mee
gesproken worden.

1

, Tweede Wereldoorlog= Duitsland verbreekt het Verdrag van Versailles onder de leiding van
Hitler. Duitsland en Japan verliezen de oorlog en de VS, Groot-Brittannië en de Sovjet-Unie
zijn de overwinnaars.
Naoorlogse Wereldorde= U.S.A. vs. Sovjet-Unie, eerste wereldlanden is aanhangers USA,
tweede wereldlanden is Sovjet Unie aanhangers en derdewereld landen bemoeien zich er
niet mee. Koude oorlog tussen beide grootmachten. Dekolonisatie en einde Europese
grootmachten.
Realisme= Als je staten los laat, loopt het uit de hand. Constant angst en wantrouwen. Alles
wat staten doen om elkaar te ondermijnen past bij dit theoretisch model.
Macht staat centraal in het realisme. Samenwerking tussen staten is moeizaam en nooit
langdurig. Realisme gaat over zelfbehoud.
Er is een angst voor andere staten. Met macht probeer je ervoor te zorgen dat andere staten
niet over je heen lopen.
Voorbeeld dat realisme verklaart is Noord-Korea, maar niet Europese Unie want Europese
landen hebben over algemeen weinig wantrouwen en kunnen samenwerken.
Macht= Mogelijkheid een ander te beïnvloeden. Macht is relatief (land A machtiger dan land
B, maar niet dan land C). Alle internationale relaties zijn geworteld in macht
 Hard power= belonen en afstraffen
 Soft power= Agenda setting
Hobbes Leviathan= Elke man is een vijand voor elke man. Zonder wetten leeft iedereen in
constante angst. Het leven van een persoon is alleen, leeg, vies en kort.
Internationale Anarchie en het Security Dilemma= Er is geen internationale autoriteit.
Staten zijn elkaars gelijken en hebben geen directe controle over elkaar. Er is onzekerheid
over elkaars motieven. Reactie hierop is onzekerheid waardoor staten zich bewapenen. Dit
kan leiden tot spanning, wat weer kan leiden tot onveiligheid. Niemand is de baas.
Bewapening als bron van veiligheid of als reden voor aanval.
Soorten realisme=
 Klassiek realisme= Macht vraagt om verantwoordelijkheid.
 Stability theory= Staten vrezen elkaar en weten niet hoe ze met elkaar om moeten
gaan. Hierdoor was spanningsveld maar ook vrede, want staten houden elkaar in
balans want de gevolgen van oorlog zijn te groot (Bipolair systeem). Nu een
multipolair systeem want meerdere machtige kleinere staten zorgen ervoor dat het
onduidelijk is wie aan de macht is.
 Defensive realisme= Kan een staat ooit genoeg macht hebben? Staat wilt altijd meer
macht, maar wereld dominantie is onmogelijk. Daarom blijven staten binnen regio
voor zelfbehoud.
Beperkingen van realisme= Teveel nadruk op macht, past realisme nog wel bij globalisering.
Right to Protect principe (R2P)= Een beperking van staat soevereiniteit. Andere staten
hebben het recht om in te grijpen in andere landen, bijvoorbeeld bij genocide.
Bipolaire vrede= 2 grote staten die elkaar in evenwicht houden, waardoor er vrede is.



2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller SanderIVK. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.81  7x  sold
  • (0)
  Add to cart