100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Financieël Rekenen educloud $3.21
Add to cart

Summary

Samenvatting Financieël Rekenen educloud

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle video's betreffende financieël rekenen op educloud van het academiejaar .

Preview 2 out of 12  pages

  • July 6, 2023
  • 12
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Financieel rekenen:
De Tijdlijn:

- Inkomsten = cash inflows
- Uitgaven = cash outflows
- Kasstromen = zaken die effectief betaald of ontvangen zijn ( uitgaven en inkomsten)
- Kosten en opbrengsten zijn waardes van een bepaald product dat je verkoopt of koopt maar
wat nog niet ontvangen of uitgegeven is.
- Tijdlijn thuis tekenen van EC video 1
- De tijdlijn kan kasstromen voorstellen die plaats vinden op elke frequentie (maandelijks,
wekelijks, jaarlijks, ….)
- Er is ook een alternatieve voorstelling waarbij wordt gewerkt met pijlen

4 fundamenteel vragen:

- Oprenting (compounding) => proberen een toekomstige waarde te berekenen
 Relevant voor iedereen die spaart
 Maar ook voor iedereen die een sinking fund aanlegt => spaarpot opbouwen om bv
binnen 5 jaar een auto aan te kopen
- Verdisconteren (discounting) => omgekeerde van oprenting => proberen te bepalen wat
vandaag de waarde is van iets dat we pas in de toekomst gaan krijgen
- Rentebepaling (rate of return calculations) => wanneer je huidige waarde en toekomstige
waarde kent, gaan bepalen wat je er net op verdient hebt
- Bepalen van een beleggingshorizon (determining the required time to maturity) => looptijd
bepalen => looptijd is een tijdspanne en de tijdstippen zijn de datums

Oprenting:

- We meten tijd en rente per periode.
- P.a. (per anum) = periode van één jaar
- 10% p.a. voor een periode van een half jaar = 5% p.s.a (per semi anum)
- We kunnen dus de rente per verschillende periodes uitdrukken, maar we moeten er altijd
bijzetten wat de rente per anum (p.a.) bedraagt.
- V(T) = V(0) * (1+R*T)

Verdisconteren:

- V(0) = V(T) / (1+R*T)

Rendement:

V (T )
- R= −1¿ ¿
V (0) T
Looptijd:

V (T )
- T= −1¿ ¿
V (0) R


conventies:

, - Conventie om looptijd te bepalen
- Looptijd wordt meestal gemeten in jaren als de ratio van: het aantal rentedragende dagen /
het aantal dagen in een “jaar” => maar blijkt niet zo onschuldig want discussie over aantal
dagen
- 6 maanden is gelijk aan 0.5 jaar wanneer alle maanden 30 dagen tellen en jaar 360 omvat
maar het echte aantal dagen in een periode van 6 maanden kan volgende bedragen:
 Januari tot juni: 181 dagen = 0.49589 jaar
 Oktober tot maart : 182 dagen = 0.49863 jaar
 Lijken misschien kleine verschillen, maar op grote bedragen (miljoenen) kan dit een
serieuze invloed hebben

Handelsdagconventies:

- “Preceding / previous business day”: Wanneer de contractuele betaaldatum in een weekend
of op een verlofdag valt, word de betaling uitgevoerd op de laatste handelsdag voor de
contractuele betaaldag.
- “modified preceding business day”: Wanneer de contractuele betaaldatum in een weekend
of op een verlofdag valt, word de betaling uitgevoerd op de laatste handelsdag voor de
contractuele betaaldag tenzij daardoor de betaling verschoven wordt naar een vorige
maand. In dat geval wordt de betaling verschoven naar de eerste handelsdag na de
contractuele betaaldag.

Dagtelconventies:

- Hoe tellen we de dagen in de rentedragende periode (teller)?
- Hoe tellen we de dagen in een jaar (noemer)?
- Gebruikelijke conventies:
 ACT/ACT (ACT = actual)
 ACT/365
 ACT/360
 30/360 (American)
 30E/360 (European)
 30E+/360 (European extended)
- ACT in teller => verschil tussen 2 “seiële” datums
- ACT in noemer => een ingewikkeld algoritme dat ruwweg het gemiddelde neemt van het
totaal aantal dagen van de betrokken jaren (rekening houdende met schrikkeljaren die een
extra dag tellen).
- 30/360: hoeveel dagen tellen we tussen D1/M1/Y1 en D2/M2/Y2?
 Als de conventie 30/360 ; 30E/360 of 30E+/360 is, verander dan D1 in 30 als D1 gelijk is
aan 31
 30/360 => verander D2 in 30 als D2 gelijk is aan 31 EN D1 gelijk is aan 30 of 31
 30E/360 => verander D2 in 30 als D2 gelijk is aan 31
 30E+/360 => verander D2 in 1 en M2 in M2+1 als D2 gelijk is aan 31
 Bereken: (Y2-Y1) x 360 + (M2-M1) x 30 + (D2-D1)
- Maar maken gebruik van excel i.p.v. elke keer te berekenen => jaar.deel ()




Conclusie:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JefVermassen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
Add to cart
Added