ORGANISCHE CHEMIE
Inleiding
● meeste verbindingen in levende materie:
- koolstof → ALTIJD aanwezig!
- waterstof
- zuurstof
- stikstof
- (soms zwavel, fosfor en enkele andere)
→ organische chemie = chemie v/d koolstofverbindingen
● moderne synthetisch-organische materie: organische materie kan uit anorganische
materie gesynthetiseerd worden
(redenen voor synthese:)
- een stof meer algemeen verkrijgbaar te maken tegen lagere kostprijs
(bv: vitaminen, penicilline, kleurstoffen)
- nieuwe stoffen creëren met nieuwe nuttige eigenschappen (bv: nylon, plastic)
- om chemische theorieën te testen
- voor het plezier (bv: cubaan → esthetisch)
Hoofdstuk 1: Grondbegrippen
ELEKTRONENCONFIGURATIE
● atomen = kleine kern + omringd door elektronen
- kern: zeer kleine dichtheid, positief geladen, bevat alle massa v/h atoom
- protonen: positief geladen
- neutronen: neutraal
(enige uitzondering: waterstof → kern met 1 proton)
- elektronen: negatief geladen
● atoomnummer = #protonen in de kern of #elektronen rond de kern
● atoommassa ≈ #protonen + #neutronen
● elektronen geconcentreerd in bepaalde gebieden rond de kern = orbitalen
→ uitsluitingsbeginsel van Pauli: elk orbitaal bezit max. 2 elektronen
- namen: s,p,d,f
● orbitalen worden gegroepeerd in → schillen
- namen: 1,2,3,...
- buitenste schillen = valentie-schillen → betrokken bij chemische bindingen
- valentie-elektronen = elektronen op de buitenste schil
→ groepsnummer = #valentie-elektronen
,CHEMISCHE BINDING
● elektronenconfiguratie van edelgassen = octetstructuur → zeer stabiel
→ atomen maken verbindingen met streving naar octetstructuur
- volledige overdracht van elektronen
- gemeenschappelijk gebruik van elektronen
Ionbinding
= binding waarbij er een overdracht is van 1 of meerdere valentie-elektronen van een atoom
naar een ander
● kation: atoom dat elektronen afstaat → positief geladen
● anion: atoom dat elektronen ontvangt → negatief geladen
● ionenrooster: ionen worden samengehouden door de aantrekkingskrachten tussen
de tegenovergestelde ladingen
→ opgelost in water: ionbinding breekt, ionen bewegen vrij door de oplossing
● elektropositief: atomen die de neiging vertonen elektronen af te geven
● elektronegatief: atomen die de neiging vertonen elektronen op te nemen
(in PSE)
- horizontale rij: elektropositief: links & elektronegatief: rechts
- verticale kolom: naar onder toe minder elektronegatief
Covalentie binding
= binding tussen atomen waar geen uitgesproken verschil is tussen elektronegativiteit, die
elektronen gemeenschappelijk gaan gebruiken
● bv: waterstofmolecule: H-H → zeer sterke binding
(krachten aanwezig)
● gemeenschappelijk gebruikte elektronenpaar → aangetrokken door beide kernen
● repulsie tussen 2 positieve kernen
● repulsie tussen 2 negatieve elektronen
COVALENTE BINDING VAN KOOLSTOF
● 4 valentie-elektronen → octetstructuur = half vol/half leeg
- geen sterke neiging om valentie-elektronen af te geven of op te nemen
- noch sterk elektropositief, noch sterk elektronegatief
→ vormt meestal covalente bindingen
● Lewis-structuur = opgestelde structuur waarin de afzonderlijke valentie-elektronen
worden weergegeven
→ vereenvoudigd: Kekulé-structuur:
- gemeenschappelijke elektronenparen → streepjes
- niet-bindende/vrij elektronen paren → weggelaten
,ENKELVOUDIGE KOOLSTOF-KOOLSTOF BINDINGEN
● geen limiet aan aantal koolstofatomen die aan elkaar gebonden kunnen worden
● koolstof-koolstofbinding: zuiver covalente binding → elektronen gelijkmatig verdeeld
(langer dan H-H binding & dus minder sterk)
● radicaal = een moleculair fragment met een oneven aantal vrije elektronen en dus 1
ongepaard elektron
POLAIRE COVALENTE BINDINGEN
● atomen verschillend zijn → elektronenparen niet gelijkmatig verdeeld
→ polaire covalente binding: gebonden atomen hebben een partieel positieve (δ+) &
partieel negatieve (δ-) lading
● elektronegativiteit in PSE:
- toenemend van links naar rechts
- afnemend van boven naar onder
MEERVOUDIGE COVALENTE BINDINGEN
● atomen kunnen soms meer dan 1 elektronenpaar gemeenschappelijk gebruiken
→ dubbele binding & drievoudige binding
● koolwaterstoffen (kws) = verbindingen enkel met koolstof- & waterstofatomen
STRUCTUURFORMULES & ISOMERIE
● brutoformule = aantal van alle verschillende aanwezige atomen (bv: H2O)
(eerst: koolstofatomen, dan waterstofatomen, dan heteroatomen)
● structuurformule = hoe de atomen geschikt zijn (H-O-H)
● isomeren = moleculen met dezelfde brutoformule, maar een verschillende
structuurformule
● constitutie-isomeren = verbindingen met dezelfde brutoformule, maar waarvan de
constitutie (= volgorde & aard v/d bindingen) verschillend is
RESONANTIE
= wanneer 2 of meer structuren voor een molecule kunnen geschreven worden met
verschillende schikking v/d elektronen, maar dezelfde schikking v/d atomen
● voorstelling: een streepje voor elke volledige binding & een puntjeslijn voor elke
partiële binding
● atoomorbitalen kunnen overlappen → molecule-orbitalen covalente bindingen
vormen → combinatie om een nieuw orbitaal te vormen
● σ-orbitalen → σ-binding: coaxiale overlapping van s- & p-orbitaal of 2 p-orbitalen
SP³-HYBRIDEORBITALEN VAN KOOLSTOF
● hoe verder elektronen van de kern verwijderd zijn, hoe’n grotere potentiële energie
● energie 2s-orbitaal < energie drie 2p-orbitalen
→ 1 elektron uit 2s w gepromoveerd naar lege 2p-orbitaal → 1 elektron per orbitaal
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marenbergen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.56. You're not tied to anything after your purchase.