Samenvatting is gemaakt aan de hand van de reader Financiële aspecten van vastgoed (2930) en werkboek rekenen met vastgoed (2633). De begrippen zijn in vet weergegeven.
Samenvatting
Werkboek rekenen met vastgoed
Hoofdstuk 1 Het kasstroomschema
Vastgoedadviseurs, makelaars en beleggers worden regelmatig geconfronteerd met
vastgoedvraagstukken: investeren, exploiteren, kopen verkopen. Om de juiste beslissingen te kunnen
nemen dienen ze inzicht te hebben in de financiële gevolgen. De basis voor elke vastgoedberekening
is de hoeveelheid geld die de kas binnenkomt of uitgaat. Deze kasstromen worden cash flows
genoemd. Hierbij is het van belang te bedenken vanuit welke partij de financiële positie wordt
bekeken. Wat voor de ene partij ontvangsten zijn, zijn voor de andere partij uitgaven. Voor de
verhuurder van een pand zijn de huren ontvangsten, voor de huurder uitgaven. Voor de verhuurder
zijn de betaalde kosten uitgaven. Het verschil tussen de jaarlijkse ontvangsten en uitgaven vormt het
saldo. Het saldo kan positief of negatief zijn.
Hoofdstuk 2 Herleiden van bedragen in de tijd
De basis van de financiële rekenkunde wordt gevormd door de waardering van geld in de loop van de
tijd. Mensen hebben een voorkeur voor huidig geld boven toekomstig geld, dit is de tijdvoorkeur
voor geld. Mensen zullen een vergoeding willen hebben als zij het geld uitlenen en huidig geld ruilen
voor toekomstig geld, dit is rente. De tijdvoorkeur voor geld staat los van inflatie. Inflatie betekent
dat de koopkracht in een bepaalde periode afneemt: je kunt met een bedrag op dit moment meer
doen dan over een enige tijd. Inflatie heeft tot gevolg dat je bij een gelijkblijvend inkomen minder
met je geld kunt doen. Inflatie is niet de oorzaak van de tijdvoorkeur voor geld: deze voorkeur is een
algemeen voorkomend verschijnsel. De inflatie vergroot wel de mate van voorkeur voor huidig geld.
De rentevergoeding bestaat uit twee delen:
1. Vergoeding omdat men huidig geld ruilt voor toekomstig geld: reële rente.
2. Vergoeding om het verlies aan koopkracht te compenseren.
Factoren die de hoogte van de rente beïnvloeden:
1. Reële rent
2. Inflatievergoeding
3. Vraag naar huidig geld
4. Aanbod van huidig geld
5. Risico’s verbonden aan het afstaan van geld
6. Looptijd gedurende welke het geld wordt afgestaan
Centrale vraag: hoe kunnen we geldbedragen die op verschillende momenten aan de orde zijn, tot
elkaar herleiden en ze met elkaar vergelijken? Vervallen is een financieel-technische term, die te
maken heeft met het dateren van geldbedragen. Vanaf zijn vervaldatum wort een bedrag
rentedragend. Een geldbedrag speelt altijd op een bepaald tijdstip, een gedateerde grootheid.
Herleiding van geldbedragen in de tijd is noodzakelijk om bedragen die op verschillende tijdstippen
vervallen, met elkaar te vergelijken.
Wanneer we spreken over het herleiden van geldbedragen, gaat het om de waarde die we bedragen,
die op verschillende data vervallen, toekennen. Bij het herleiden van geldbedragen maken we
gebruik van samengestelde intrest. Bij samengesteld intrest wordt intrest berekend over het
ingelegde kapitaal en over de al eerder verkregen intrest. We bereken daarbij de eindwaarde of de
contante waarde. Bij een eindwaarde berekening ontvangt een geldgever zijn bedrag later terug met
de toegevoegde rente. Bij een contante waarde ontvangt een geldgever zijn bedrag eerder terug dan
afgesproken. Over de periode(n) dat hij het geld vroeger ontvangt wordt intrest in mindering
gebracht op het te ontvangen bedrag. Bij een eindwaarde berekening gaat een bedrag verder weg in
de tijd en moet intrest toegevoegd worden. Bij een contante waarde berekening gaat een bedrag
terug in de tijd en moet intrest afgetrokken worden.
Eindwaarde berekening
Bedrag € 1.000
Intrestpercentage 8%
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Tori. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.33. You're not tied to anything after your purchase.