Feniks 3havo 2e editie Hoofdstuk 3 De eerste wereldoorlog Samenvatting
17 views 2 purchases
Course
Geschiedenis
Level
HAVO
Book
Feniks-reeks - Geschiedenis voor de onderbouw Leesboek 3 havo
Duidelijke, overzichtelijke en volledige samenvatting over de eerste wereldoorlog. Ik heb puntsgewijs de belangrijkste punten per subparagraaf genoteerd. Daarnaast heb ik de samenhang geprobeerd duidelijk te maken. Zo heb ik bijvoorbeeld in paragraaf 3.1 alle indirecte aanleidingen voor WOI rood ge...
Eén volk, één land, één regering
In de negentiende eeuw streefden Duitse nationalisten naar een verenigd Duitsland met
een eigen regering.
Pruisen onder leiding van kanselier (minister president) Otto von Bismarck gebruikte
geweld (ijzer en bloed) om de Duitse gebieden te verenigen.
Pruisen versloeg Denemarken en het Oostenrijkse leger en kreeg steun van andere Duitse
staatjes.
Frankrijk (bang voor Duitse eenwording en een groot/sterk Duitsland) verklaarde Pruisen
de oorlog, maar werd verslagen, waarna Duitsland werd uitgeroepen en Elzas-
Lotharingen werd geannexeerd.
(korte termijn gevolg voor Fr: Elzas-Lotharingen verloren)
(lange termijn gevolg voor Fr: dit was natuurlijk barrière met Duitsland + er liggen rijke
kolen- en ijzermijnen)
Pruisische koning werd uitgeroepen tot keizer Wilhelm I van Duitsland (18 jan 1871 in
Versailles)
(Buitenlandse politiek Bismarck en Wilhelm I :‘alliantiepolitiek’ (Bondgenoten zoeken &
Vrede handhaven)
Frankrijk wilde wraak hiervoor
Industrie en wapenwedloop
Nationalisme: Duitsers vonden zichzelf het beste volk op aarde (Vonden Engelsen en
fransen ook van zichzelf)
Nieuwe Duitsland had achterstand in industrie, bewapening en koloniën
Duitsland streed om een vooraanstaande positie als modern industrieel land. Frankrijk
was concurrent, maar vooral Engeland had een voorsprong door Industriële revolutie.
(met frans geld (spoor)wegen en kanalen aanleggen)
Wilhelm II voert ‘Weltpolitik’ (Gericht op verkrijgen van koloniën & Sterke
industrialisatie en militarisme)
Duitsland mengde zich in de koloniale race en met modern wapentuig werden Afrikaanse
koningsrijken overwonnen. (moderne imperialisme = streven naar een koloniaal
wereldrijk)
Wilhelm II bouwde een oorlogsvloot om koloniën te veroveren en de Britse marine te
evenaren.
Engelsen: Dreadnought (durfal): slagschip met turbostoommachines, bepantsering en
kanonnen in draaibare geschutstorens.
De wapenwedloop tussen Europese landen was in volle gang.
, Veelvolkerenstaten
Verschillende veelvolkerenstaten, zoals Oostenrijk-Hongarije, Rusland en het
Osmaanse Rijk, werden geconfronteerd met nationale bewegingen van diverse volken
(volken willen zelfstandigheid).
Oostenrijk-Hongarije
Veel volken Duits niet als moederstaal
1866: Hongaren zelfbestuur => dubbelmonarchie
1908: Bosnië Herzegowina bezetten om gebiedsverlies aan Italië te compenseren)
Geloof: Bosniërs zijn moslims en voelen niets voor katholieke keizer
Taal: Serviërs wilden bij taalbroeders in Servië horen
Het Osmaanse Rijk
Vele bevolkingsgroepen met eigen taal, cultuur en godsdienst (islam, joden en
christenen)
Viel uiteen door nationale bewegingen, waarbij verschillende gebieden onafhankelijk
werden.
1830 Grieken
1878 Serviërs
1908 Bulgaren
Rusland was een veelvolkerenstaat met diverse religies (christelijk, Russisch-orthodox,
joods, moslims) en talen (Russisch, Pools, Oekraïens, Fins, etc).
Tegenstellingen en bondgenootschappen
Balkan voor Russen strategisch belangrijk (Russische havens aan Zwarte zee zijn de
enige die ’s winters niet dichtvriezen, dus enige manier om wereldzeeën te bereiken is
langs Turkije) + steunen Slavische taalbroeders (Bosniërs, Slovenen en Serven) op
Balkan.
Rusland is christelijk en Turkije islamitisch
Rusland en Frankrijk sloten een bondgenootschap vanwege de Russische problemen met
Turkije en de Franse angst voor Duitsland.
Engeland focuste zich liever op de beheersing van de wereldzeeën en hun koloniale rijk,
maar koos later de zijde van Frankrijk en Rusland, wat resulteerde in de Triple Entente.
(omdat ze Duitsland als concurrent zagen)
Duitsland vormde een alliantie met Oostenrijk-Hongarije en Italië in de Dreibund of
Triple Alliantie, maar er waren onderlinge spanningen en Duitsland was zich bewust van
de uitdagingen in een oorlog.
De bondgenootschappen leidden tot een situatie waarin twee zwaarbewapende
coalities tegenover elkaar stonden, wat de vraag opriep of dit de wereld veiliger
maakte.
Von Schlieffen-plan: Duitsland wilde tweefrontenoorlog voorkomen (tegelijkertijd
vechten met Frankrijk en Rusland) door eerst Frankrijk binnen te vallen, via België, en
daarna Rusland aan te vallen, omdat Rusland dan toch nog niet gemobiliseerd is.
Indirecte oorzaken WOI:
Nationalisme
Franse wraak gedachte / Duitsland en Rusland wilden meer macht / Britse angst voor
concurrentie
Wapenwedloop
Militarisme + Industrialisatie zorgden voor grotere legers/marine + modernere wapens
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller PeggyS. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.