Geschiedeniswerkplaats / tweede fase havo historisch overzicht / deel Handboek
In deze beknopte samenvatting vind je de belangrijkste informatie van Tijdvak 9, HAVO 4-5. Met verwerkte informatie uit het handboek HAVO 4-5, van de methode Geschiedenis Werkplaats. Ook zijn per paragraaf de kenmerkende aspecten uitgewerkt.
Geschiedenis Samenvatting HAVO 5 Tijdvak 9
Methode: Geschiedenis Werkplaats
9.1: Kenmerkend aspecten:
• Het voeren van twee wereldoorlogen.
• Verwoesting op een niet eerder vertoonde schaal door
massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij
oorlog voeren.
Startschot WO1?
• Frans Ferdinand vermoord in Sarejevo (28-6-1914)
• Vermoord door Gavrilo Princip.
• Oostenrijk-Hongarije wil Princip arresteren.
• Ultimatum
Bondgenootschappen
• Rusland had Servië steun beloofd.
• Duitsland had Oostenrijk-Hongarije steun beloofd.
• Geallieerden (Frankrijk, GB & Rusland) en Centralen (Duitsland en Oostenrijk-
Hongarije).
Geallieerden = GB, Frankrijk, Rusland, Italië en vanaf 1917: VS.
Centralen = Duitsland, Oostenrijk en Ottomaanse Rijk
• Oostenrijk-Hongarije besloot Servië toch aan te vallen.
• Uiteindelijk wereldoorlog. → Ook in Afrika, Midden-Oosten en Oost-Azië.
2 bondgenootschappen = Oostenrijk & Duitsland en Rusland & Frankrijk.
• Frankrijk wilde wraak op Duitsland (had Elzas-Lotharingen afgepakt).
• Duitsland wilde meer macht → Wapenwedloop met GB.
Oorzaken?
• Nationalisme --> eigen land op 1.
• Wapenwedloop --> veel wapens werden gemaakt en uitgedeeld.
• Militarisme --> veel legergroepen en veel mensen wilden militair zijn.
• Snelle oorlog? --> mensen in alle landen verwachtten dat ze wel snel zouden
winnen en daardoor de oorlog snel over zou zijn.
1917 = Tsaar treed af.
Einde oorlog
• Rusland sluit vrede met Duitsland (3 maart 1918).
--> Crisis in Rusland, gevolg; Rusland had geen andere keus dan vrede sluiten.
• Amerika sluit mee te doen. --> Amerika steunde de Geallieerden, door tanks en
schepen naar Europa te sturen. Door neerschieten van schepen door Duitsland,
ging Amerika ook meedoen met de oorlog.
• Duitse keizer vlucht naar Nederland.
• Wapenstilstand (11 november 1918).
- Ongekende verwoestingen door vernietigingskracht van wapens die enorm was
toegenomen.
1915 = Duitsers zetten gifgas in.→ Massavernietigingswapens
1917 = Duitsers starten duikbotenoorlog met onderwaterbommen → Amerikaanse
voedselleveranties treffen → Gevolg: VS verklaart oorlog met Duitsland.
1916 = Britse aanval bij de Noord-Franse rivier de Somme.
→ Heftige tegenslag door de Duitsers, miljoen doden/gewonden.
, - Duitsers vallen Franse forten bij Verdun aan → Duitsers verliezen.
1919 = Duitse regering gedwongen een vredesverdrag te tekenen → Vrede van Versailles:
Duitsland;
• Moest Elzas-Lotharingen teruggeven aan Frankrijk.
• Verliest grondgebieden aan de nieuwe staat Polen.
• Verloor alle koloniën.
• Mocht slechts een klein leger houden
• Kreeg enorme herstelbetalingen
• Mocht geen lid worden van de Volkenbond (= in 1919 opgerichte volkenorganisatie)
- Alleen Rusland bleef bestaan van de multi-etnische staten.
1917 = Georgië en Oekraïne hadden zich afgescheiden
→ Rusland uiteindelijk nieuwe staat = Sovjet-Unie.
- Habsburgse Rijk valt uiteen in o.a. = Oostenrijk, Hongarije en Tsjecho-Slowakije.
9.2:
Kenmerkend aspect: Crisis van het wereldkapitalisme.
Roaring twenties
• Amerika wordt na de WO1 de nieuwe wereldleider.
• Amerikaanse economie groeit hard --> consumptiemaatschappij.
• In Europa gaat het pas na 1925 economisch beter.
Grote depressie (duurde de hele jaren 1930)
• Het ging heel lang goed in Amerika, maar uiteindelijk stortte dat allemaal in.
• 24 oktober 1929 --> Zwarte Donderdag
• Mensen verkochten massaal hun aandelen --> steeds lagere prijzen.
• Beurskrach, met als gevolg; economische achteruitgang.
• Banken, fabrieken en boeren gingen massaal failliet.
• Mensen gingen massaal tegelijk naar de bank om geld op te nemen, gevolg;
banken gingen failliet.
- Duitsland had in de jaren 1920 zich hersteld door de Amerikaanse leningen, maar na 1929
wilden de Amerikanen hun geld terug. Gevolg: Duitse geldnood + Duitsland stopt met de
herstelbetalingen aan Frankrijk en GB. Gevolg daarvan: Die landen ook in geldnood.
Oorzaken wereldcrisis
• Directe oorzaak = beurskrach
• Dieperliggende oorzaak (indirecte oorzaak) = overproductie; er werd veel te veel
gemaakt en te weinig verkocht. Dit zorgde ervoor dat er schulden ontstonden.
• Boeren failliet
• Veel leningen, zorgde voor failliet gaan van banken.
- In de jaren 1910 en 1920 = Enorme stijging industriële productie.
Oplossing?
• Bezuinigingen
• 1933 --> New Deal; investeren in de economie (nieuwe bruggen, nieuwe wegen,
enz). Gevolg; mensen hebben werk en inkomen.
• Breuk met liberaal beleid
• Welvaart in Europa stijgt pas weer na dit tijdvak.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller melissagoesje. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.39. You're not tied to anything after your purchase.