Samenvatting van deel 1 van het vak 'Globale politieke en juridische omgeving' dat in het 1ste semester wordt gegeven van de master IZ. De samenvatting omvat verschillende college's & gastcolleges.
Juridische omgeving
1 Intro
Contract = schriftelijke of mondelinge afspraak tussen 2 of meerdere partijen (vrijwillige verbintenis)
↔︎Niet-contractuele verbintenis & niet-contractuele aansprakelijkheid (niet vrijwillig ontstaan)
Privaatrechtelijke personen:
- Natuurlijk persoon
- Rechtspersoon
Rechtspersoon heeft minder rechten en plichten dan een natuurlijk persoon (vb: trouwen, gevangenis)
Publiek recht = recht dat de verhouding tussen burgers en de overheid voor zich neemt (overheidsgezag)
Bestuursrecht, staatsrecht, strafrecht & belastingrecht
Heeft ook een impact op privaat recht
Privaat recht = recht dat betrekking heeft op geschillen tussen burgers onderling, bedrijven onderling of
burgers en bedrijven (= burgerlijk recht)
2 Inleiding tot de EU en het Europees recht
2.1 Inleiding
Bekende figuren in het Europees kader:
- Charles Michel = voorzitter van de Europese Raad (BE)
- Koen Lenaerts = president van het Hof van Justitie van de Europese Unie (BE)
- Frans Timmermans = vicevoorzitter van de Europese Commissie (NL)
Verantwoordelijk voor de European green deal
- Ursula von Der Leyen = voorzitter van de Europese Commissie (DE)
- Josep Borell = hoge vertegenwoordiger vd Unie voor buitenlandse zaken & veiligheidsbeleid (SP)
Overzicht voor wat Europese Unie verantwoodelijk voor is
- Exclusieve bevoegdheid (finale uitspraak)
o Regels betreffende concurrentie
o Monetair beleid (eurolanden)
o Douanebeleid
o Commercieel beleid
o Behoud van maritieme biologische grondstoffen
- Gedeelde bevoegdheid (samenwerking tussen EU & nationale overheid)
Worden alleen door de EU gedaan, als EU het beter kan
o Publieke gezondheid
o Sociaal beleid
o Consumenten bescherming
o Economische, sociale en territoriale samenhang
o Transport
o Interne markten
o Landbouw & visserij
o Vrijheid, veiligheid & gerechtigheid
1
, - Ondersteunende bevoegdheid (EU kan steun brengen aan nationale overheid)
Vb: Erasmus + beurs (EU geeft geld aan landen, maar landen kiezen zelf hoe verdeling verloopt)
o Toerisme
o Educatie & opleidingen
o Burgerlijke bescherming
o Bescherming en verbetering van gezondheid
o Sport, jeugd, cultuur,
2.2 De achtergrond
Europese Unie = statenverband
- Bevat 27 Europese landen
- Kent haar oorsprong in de Europese gemeenschap voor kolen en staal (EGKS) en Europese
economische gemeenschep (EEG) in 1958 gevormd door 6 landen (BE, D, FR, IT, LUX & NL)
- Verdrag van Maastricht (1992) vormde de huidige EU
2.3 Van Ideaal naar Gemeenschap naar Unie
Belangrijke gebeurtenissen:
- Winston Churchill (UK): speech over United States of Europe (1946)
! Zag UK niet als deel hiervan
- Congress of Europe (1947): Europa verenigen op politiek vlak
- Benelux unie (1948): staatsverband tussen België, Nederland en Luxenburg
Konden niet wachten op de vorming van de EU
Raad van Europa (GEEN EUROPESE UNIE INSTELLING)
- Opgericht in 1950 (Verdrag van Londen)
- Internationale organisatie met zetel in Straatsburg (mensenrechtorganisatie)
- Zorgde voor oprichting van:
o Europees Verdrag van de Rechten van de Mens (EVRM)
o Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM)
- Breder dan de EU, telt 46 lidstaten waaronder ook Rusland & Turkije
- Adviserende macht (geen bindende)
- Recent: Rusland is eruit gezet wegens de oorlog met Oekraïne
Victor Orban (HO): de verschillende verdragen hebben weinig inhoud over wat het is om een EU lidstaat te
zijn. Hoe moet je jezelf gedragen & wanneer ben je de regels aan het overtreden?
2
,Ongeveer 150 miljoen mensen in Europa werken en wonen in een verschillend land
! Tijdnes de coronapandemia zorgde dit voor grote problemen, grenzen werden dichtgezet
2.4 Inleiding tot het Europees Recht
Europese Unie = verdragsrechtelijke constitutionele rechtsorde
- Betekenis verdragsrechtelijke: bestaat op grond van verdragen
o VEU = verdrag betreffende de Europese Unie
o VWEU = verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
- Betekenis constitutionele rechtsorde: opgebouwd op basis van document (juridische beschrijving)
Europese Unie = supranationaal karakter
Juridisch gezien ben je supranationaal als je voldoet aan 4 elementen:
- Onafhankelijke instellingen: EU heeft instellingen die los staan van de lidstaten
- Besluitvorming bij meerderheid: er wordt een meerderheidsstemming gedaan (55% vd stemmen)
↔︎Unanimiteit: iedereen moet akkoord zijn
Meerderheidsstemming land staat zijn soevereiniteit af (hoogste gezag)
- Toezicht op nakoming Unierecht: onafhankelijk Hof van Justitie gaat na of recht wordt nageleefd
- Eigen rechtsorde met voorrang en rechtstreekse werking
o Rechtstreekse werking: nationaal niveau moet niets doen om vh recht gebruik te maken
o Met voorrang: Europese recht heeft voorang op het nationale recht
De EU-instellingen:
- Europese Raad (top): regeringsleiders/staatshoofden van de 27 lidstaten + voorzitter EU commissie
- Europees Parlement: rechtstreeks verkozen door burgers (deel vd wetgevende macht van EU)
- Raad van Ministers (de Raad): ministers van alle lidstaten over een bepaalde kwestie
o Stel: kwestie rond energie, dan komen de ministers van energie
- Europese commissie: indienen wetvoorstellen, beheren vd EU-begroting, … (uitvoerende macht)
o Per lidstaat een commissaris maar die functioneert onafhankelijk van nationale overheid
- Hof van Justitie: waakt over de naleving van het Europees Recht (voertaal: Frans)
o 1 president (Koen Lenaerts), 1 vice-president, 1 rechter / lidstaat & 11 advocaten
o Zij maken recht en passen dit ook toe
o Zetel in Luxembourg
- Rekenkamer: interne auditorgaan van de Europese Unie (27 leden = het College)
- Europees economisch en sociaal comité: brengt middenveldorganisaties samen
o Geeft raad of adviezen (speelt geen al te grote rol)
- Comité van de Regio’s: politiek orgaan dat adviezen kan aanbrengen
3
, - Europese investeringsbank (EIB): financieren van projecten die bijdragen tot EU-doelstellingen
- Agentschappen: meer dan 40 verschillende agentschappen
o Doel: uitvoerbaarheid vh beleid bevorderen door ondersteuning te bieden
- Europese Centrale Bank (ECB): monetair beleid & toezicht vd euro (Voorzitter: Christine Lagarde)
Proces van nieuwe wetgeving:
1. Europese Commissie gaat wetgeving voorstellen
2. Europees Parlement doet 1ste lezing en gaat akkoord / niet akkoord
Indien niet akkoord: aanpassing
3. De Raad bekijkt ook de wetgeving en gaat akkoord / niet akkoord
4. Terug naar parlement, moet nog eens akkoord gaan
5. …
Bronnen Unierecht
- Primair recht (hoogste vorm van recht)
o Verdragen = schriftelijke overeenkomst van bindende aard
o Protocollen = gedragsovereenkomst (in de vorm van aantal stappen)
Vaak gebruikt als uitzondering voor bepaald land
o Grondrechten & algemene beginselen = de basiswaarden van de EU
- Secundair recht (autonome handelingen)
o Verordeningen = rechtstreeks bindende rechtshandeling
Kan je direct toespraak op doen (lidstaat moet geen stappen ondernemen)
Voornamelijk betreffende consumentenrechten
o Richtlijnen = resultaat is bindend, maar invulling is te bepalen door de nationaal recht
Omzetting door de lidstaten is haar eigen wetgeving nodig
EU stelt een bepaald doel voorop dat bereikt moet worden
Geen rechtstreekse verbinding
Efficiënt want land kan beter inzien welke manier best past
o Besluiten = bindende rechtshandeling die geldt voor een specifieke groep / individu
o Aanbevelingen en adviezen
3 Voorrang en rechtstreekse werking van EU-recht
Actueel: Polen schendt EU-recht (december 2021) Inbreukprocedure opgesteld (laatste waarschuwing)
Niet de eerste keer dat een nationaal gerechtshof de Europese regelgeving in vraag stelt / schendt
Twee rechtsordes waarmee de wereld vooral gekend is:
- Civil law (monistisch)
o Monisme: het zien van één geheel
o Internationaal recht > grondwet > nationaal recht
o Vb: België
- Common law (dualistisch)
o Dualisme: het zien van 2 aparte dingen
o Internationaal recht is apart van grondwet & nationaal recht
o De vertaling van internationaal recht naar nationaal moet gebeuren
o Vb: UK
Algemene regel: er wordt gekeken naar de meest recente regel over een kwestie
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller HWwithLouise. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.40. You're not tied to anything after your purchase.