Samenvatting Methodologie deel 3 Kwalitatieve Luik - Prof. Maesschalck (15/20 eerste zit)
71 views 0 purchase
Course
Methodologie Deel 3
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Samenvatting van het kwalitatieve luik van het vak Methodologie deel 3 gegeven door Prof. Maesschalck. Deze samenvatting omvat de powerpoints, eigen notities en een aanvulling uit de cursus. Met deze samenvatting behaalde ik een 15/20 in eerste zit.
• VOORBEELD
® Onderzoeksvragen:
o Leidt de TPI (tactische politie-interventie) week in de basisopleiding van aspirant-
inspecteurs van de Limburgse politieschool tot een voldoende niveau van competentie
inzake geweldsbeheersing?
o Welke factoren spelen een rol in die impact?
® Tentatief conceptueel kader bij het begin v/h onderzoek: 3 categorieën van voorwaarden
1) Docentkenmerken (bv. expertise)
2) Studentkenmerken (bv. motivatie)
3) Programmakenmerken (bv. trainingsmethoden)
• INLEIDING
® Dit vak biedt een voorbeeldtraject om te leren analyseren
o Voor dit vak vrij strikt te volgen
o In de toekomst desgevallend flexibeler toepassen, afhankelijk van de behoeften
® De aanpak van data-analyse hangt af van het gekozen paradigma (bv. post-positivistisch,
constructivistisch of kritisch)
• GEMEENSCHAPPELIJKE STRUCTUUR IN KWALITATIEVE ANALYSE
Er zijn een AANTAL FASEN die terugkomen in de meeste analytische benaderingen
1) FASE 1: klaarmaken van het materiaal (digitaliseren)
® Digitaliseren van het onderzoeksmateriaal
® bv. transcriberen
2) FASE 2: databeheer en eerste lezing transcripts
® Organiseren van de data (databeheer)
® Starten met het lezen van interviewtranscripten of veldnota’s
3) FASE 3: afbreken
® Data opsplitsen in kleinere delen en niet-relevante data wegfilteren
® Cf. metafoor van analyse van archeologische site
4) FASE 4: opbouwen
® Data beschrijven en de delen van de data worden opnieuw met elkaar verbonden; data
verbinden en aggregeren
® Wat als resultaat in deze fase naar boven komt, zijn constructen, concepten, variabelen
en thema’s; daarna soms theorieën of verhalen
5) FASE 5: rapporteren
® Gebeurt vaak al tijdens de analyse
• ENKELE ALTERNATIEVE ANALYTISCHE BENADERINGEN
a) Narratieve analyse
® Focus op de formele structuur van een boodschap: niet enkel de sequentie van de
gebeurtenissen, maar ook hoe het verteld wordt (de ‘plot’ van het verhaal)
® Verhaal = de lineaire (chronologische) volgorde van gebeurtenissen in een verhaal
® Plot = de opbouw van gebeurtenissen zoals die wordt gepresenteerd
® Sterk gelijkend op conversatieanalyse
1
, b) Kwalitatieve inhoudsanalyse
® Coderen en interpreteren van inhouden van teksten
® In elk geval meer dan louter tellen van inhouden (↔ kwantitatieve inhoudsanalyse)
c) (Kritische) discoursanalyse
® Verwoording en argumentatiepatronen van communicatie staan centraal
® Focus op hoe taal betekenissen creëert en zo de werkelijkheid construeert
d) Interpretatieve (fenomenologische) analyse
® Centrale onderzoeksvraag: Hoe geven mensen betekenis aan hun omgeving? → hoe
kijken ze naar de dingen die ze meemaken en doen, en welke betekenis geven ze aan
die handelingen?
® Concrete analytische aanpak lijkt sterk op grounded theory
o Grote verschil ligt in de nadruk die interpretatieve analyse legt op de betekenis-
gevingsprocessen
o Verschil ligt ook sterk in de focus van het onderzoek (soort onderzoeksvraag) eerder
dan in de analytische procedure
e) Thematische analyse
® Op zoek naar thema’s of ‘betekeniseenheden’ in onderzoeksmateriaal
® Lijkt op grounded theory, maar dan met veel minder theoretische ambities:
o Wel open en axiaal coderen, maar nauwelijks selectief coderen
o Wel thema’s identificeren, maar nauwelijks op zoek gaan naar hun onderlinge
samenhang
ð We kunnen stellen dat thematische analyse een niet-theoretische variant is van
Grounded Theory-analyse en interpretatieve analyse
f) Templateanalyse
® Één bepaalde benadering van thematische analyse met veel nadruk op deductief
gebruik van een codeschema
® Ook verwant met de Grounded Theory en de interpretatieve analyse (maar dan zonder
grote theoretische aspiraties)
• GROUNDED THEORY
® De gekozen benadering in deze cursus: grounded theory
o Zie Glaser & Strauss 1967
o Wordt vaak gebruikt in de praktijk
o We volgen niet dé benadering, maar één interpretatie
o Aangevuld met de analysemethode van Miles & Huberman → nadruk op het gebruik
van grafische voorstellingen
® De verhouding inductie/deductie bij grounded theory
o Nadruk op de inductieve weg
- Cf. “analytische inductie”
- Vertrekken van de specifieke observaties en op basis daarvan komen tot een
theorie over concepten en, vooral, hun onderlinge verbanden
o Maar ook deductieve aspecten, bv.
- Theoretische steekproeftrekking
- Gebruik van “sensitizing concepts” uit de literatuur
- De onderzoeker moet een “theoretische gevoeligheid” hebben
§ Deels persoonlijk talent
§ Deels aan te leren, door goede theoretische opleiding
® Onze benadering: bijkomende nadruk op deductie
o bv. veel nadruk op conceptueel kader
2
,• FASERING VAN DE ANALYSE
® Cyclisch proces op TWEE PLAATSEN in onderzoek
1) Bij steekproeftrekkingen
o Voorbeeld: afnemen van enkele interviews → analyse van interviews → aanpassing
van topiclijst (meer gefocust) → bijkomende interviews → analyse van interviews
→ ...
o Bij elke nieuwe vorm van dataverzameling wordt er gerichter geïnterviewd
2) Bij de analyse zelf: voortdurende vergelijking
o De tussentijdse conclusies in vraag stellen (op zoek gaan naar falsificatie) door
nieuwe data te verzamelen
- Ofwel bevestiging van de theorie
- Ofwel geen bevestiging
→ Ofwel echte falsificatie
→ Ofwel nuance: het werkt maar in bepaalde omstandigheden (meestal)
o Proces van afbreken en opbouwen: de onderzoeker gaat zijn data in 1ste instantie
afbreken om ze vervolgens opnieuw op te bouwen
- Afbreken: enorme hoeveelheid data opdelen in kleinere eenheden
- Opbouwen: deze stukken data worden aan elkaar gerelateerd; er worden
thema’s, categorieën of concepten mee opgebouwd
® OPEN CODEREN = het opdelen van gegevens in kleinere delen die relevant zijn voor de
onderzoeksvraag
o Geven van namen/labels aan stukken tekst in de data
o Codes toekennen aan die delen
® AXIAAL CODEREN = het verbinden van losse codes tot een geheel (rond centrale assen of
“axissen”)
o Het resultaat van open coderen is een heel uitgebreide set van codes: veel labels die
soms dubbel voorkomen maar nog nergens met elkaar in relatie gebracht werden
o Focussen op centrale concepten
® SELECTIEF CODEREN = het verbinden van de concepten met elkaar
o De concepten met elkaar in verband brengen tot een theorie, bv.
- Welke processen leiden tot welke uitkomst?
- Welke variatie op de onafhankelijke variabele leidt tot variatie op de afhankelijke
variabele?
o Vaak wordt 1 concept tot “centrale categorie” gekozen
- Er kan ook gesproken worden over afhankelijke en onafhankelijke variabelen
• THEORETISCH MODEL
® Onderzoek opzetten: onderzoeksvraag en onder-
zoeksdesign
® Open data verzamelen
® Open coderen
® Verder axiaal coderen
® Meer gerichte data verzamelen
® Open coderen
® Verder axiaal coderen
® (Verder herhalingen van voorgaande cyclus)
® Selectief coderen
® Eventueel zeer gerichte data verzamelen
® Rapporteren
3
, • PRAKTIJKMODEL
® Vaak gebruikt praktijkmodel
o Onderzoek opzetten: onderzoeksvraag en -design
o Data verzamelen (in één keer)
o Analyseren
o Rapporteren
® Aangepast praktijkmodel: zoals theoretisch model maar
dan op subsets van de data i.p.v. op nieuwe data
1.1. KWALITATIEF DATABEHEER
• Bij kwantitatief onderzoek: opmaken database, data cleanen, duidelijk codeboek, logboek voor
de analyses, etc.
• Ook belangrijk bij kwalitatief onderzoek → klasseren en indiceren van kwalitatieve data, bv.
® Ruwe data (bv. veldnotities, documenten, interviews in digitale vorm, …)
® Gedeeltelijk verwerkte data (bv. interviewtranscripts)
® Gecodeerde data (bv. gecodeerde transcripts)
® Codeerschema’s (per fase in het onderzoek)
® Memo’s (reacties op het geanalyseerde materiaal)
® Zoekacties
® Analyseschema’s
® Logboek: chronologisch overzicht van dataverzameling en –analyse: heel belangrijk!
® Proefversies van het eindrapport
® Index van al het voorgaande
• Beheer kan m.b.v. tekstverwerking of softwarepakketten voor kwalitatieve data-analyse (bv.
NVivo)
1.2. SOFTWAREPAKKETTEN VOOR KWALITATIEVE DATA-ANALYSE
• Bieden hulpmiddelen en ondersteuning voor kwalitatieve data-analyse
® Maar doen niet de analyse voor jou
® Jij moet nog steeds strategieën voor data-analyse leren
• Data-analyse m.b.v. een softwarepakket heeft een aantal voordelen, maar echter ook nadelen
Voordelen Nadelen
1. Consistentie 1. Financiële kost
2. Snelheid 2. Tijdsinvestering om het pakket in te oefenen
3. Representatie 3. Risico op te sterke focus op fragmenten en te
4. Consolidering weinig op de context
• Wij gebruiken NVivo → maar er zijn nog veel andere, bv. ATLAS.ti, MAXQDA, etc.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Crimi123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.56. You're not tied to anything after your purchase.