Dit betreft een samenvatting van thema 1 (Neurons & network), thema 2 (Brain structure and perfusion), thema 5 ( Memory), thema 10 ( Immunity and the brain, thema 11 ( Genes & Neuronal development) en thema 12 (Emotion & Cognitive Disorders). Een duidelijk overzicht met wat je moet weten. De samen...
Thema 1: Neurons & network
Benoemd onderdelen van een hersenfunctie of ontwikkeling.
Licht de werking of functie van een hersenstructuur of ontwikkeling toe
Het benoemen (6) stappen neuronale ontwikkeling
1. Neurogenese: creatie neuron, deling. massale deling van cellen er ontstaan
nieuwe neuronen. Er worden meer cellen aangemaakt dan terug te vinden in het
brein.
2. Migratie: cortical layer via chemoatractie. neuronen gaan afhankelijk van functie
herordenen in de hersenen. Met behulp chemotaxis door middel van neurotrofe
factoren en groeifactoren en gliacellen (lijden de cellen in de goede weg).
3. Differentiatie: eigen functie/doel. functie verdeling. Afhankelijke van factoren van
buitenaf.
4. Synaptogenese: heel veel verbindingen maken. creatie van synapsen
(verbindingen die neuronen met elkaar vormen). Contact punten worden gelegd.
5. Selectieve apoptose: bij gebrek aan activatie van verbinding. bij het gele
neuron komt geen synaps uit. Elk neuron wat geen connecties heeft met andere
neuronen en/of niet wordt gestimuleerd gaat in apoptose (20- 80%). De hoeveelheid
die neuronen overleeft is afhankelijk van de hoeveelheid synaps formatie en de
geleiding van signalen. Er wordt ruimte gemaakt voor netwerken die er wel toe doen
-> Use it or lose it.
6. Reorganisatie: verbinding wordt sterker synaps vorming wordt gereorganiseerd.
Verbindingen die veel worden gebruikt worden versterkt.
,Uitleggen “Use it or lose it” (concept)
Neuronen die geen verbindingen maken met andere neuronen en/of niet geactiveerd worden of
geactiveerd worden door andere neuronen zullen degenereren. Het is de stap "selectieve apoptose"
in de totale ontwikkeling van de hersenen. Alle stappen zijn achtereenvolgens:
Als een neuron niet wordt gebruikt, of niet communiceert met andere cellen, verliest
de neuron zijn functie -> apoptose
Uitleggen van de migratie van neuronen in de cortex(-lagen) tijdens de
embryonale fase
Cortical layers: 6 lagen, hebben
een speciale architectuur. Laag
6 heeft andere functie dan laag
5. Ontstaan uit stamcellen,
neuronen die als eerste geboren
worden komen terecht in laag 6.
Neuronen gevormd in de
ventricular layer migreren naar
hun eigen laag o.i.v. tijd
Timing van geboorte neuron
relevant voor positionering in de cortex.
Neuronen kruipen om de paal van een glia cel omhoog
Cellichaam= de grijze massa. De grijze massa van de primaire auditieve cortex stijgt,
daalt en stijgt vervolgens weer in de pubertijd= constant in beweging. Heeft niet
alleen te maken met dat de geboorte van neuronen continu doorgaat. Gliacellen
eromheen delen wel actief, daardoor ook een stijging. Gaat niet allee om neuron,
maar ook om het contact.
Grijze massa niet altijd gelijk aan synapsen. Gaat er niet om of er genoeg neuronen
zijn, maar om de verbindingen tussen neuronen.
,Het benoemen van typen glia cellen
Typen glia cellen: alle ondersteunde cellen in de hersenen behalve de neuronen. Veel meer gliacellen
dan neuronen in het zenuwstelsel. Spelen een rol bij de ontwikkeling van het zenuwstelsel (bijv.
vorming synaps) en beïnvloeden signaaleigenschappen van neuronen. Gliacellen communiceren in
een netwerk door chemische communicatie.
Schwann Cells= woonachtig in het PZS. Hun belangrijkste functie is het ondersteunen en isoleren van
neuronen door myeline (lagen van fosfolipiden) rond het neuron te vormen. Ze zijn het PNS-
equivalent van Schwann-cellen. Omhulsels van myeline bedekken het axon, de openingen ertussen
worden Nodes of Ranvier genoemd. Hier kunnen ionen het membraan passeren en treden
actiepotentialen op. Myeline verhoogd de snelheid van het actiepotentiaal. Wikkelen zichzelf om de
uitlopers.
Satellite Cells= woonachtig in het PZS. Hun belangrijkste functie is het vormen van ondersteunende
capsules rond zenuwcellichamen in ganglia.
Oligodendrocyte= Kleiner dan astrocyten, minder uitstulpingen, vormen myelineschede rond de
zenuwen in CNS. Hun belangrijkste functie is het ondersteunen en isoleren van neuronen door
myeline (lagen van fosfolipiden) rond het neuron te vormen. Ze zijn het CZS-equivalent van Schwann-
cellen. Uitlopers maken myeline.
Astrocytes= verblijven in het CZS. Grootste cellen met veel uitlopers. Hun belangrijkste functie is
divers: ze nemen chemicaliën op en geven ze af in synapsen, ze voorzien neuronen van substraat
voor ATP-productie, ze handhaven de homeostase door K+ en water op te nemen en ze vormen de
bloed-hersenbarrière.
Ependymal Cells= bekleden de holtes in het brein en ruggenmerg, staan in direct contact met CSF. Op
sommige plekken vormen ze speciale gebieden, choroid plexus à helpen mee met de holtes te
bekleden en de productie van CSF. verblijven in het CZS. Hun belangrijkste functie is het creëren van
een selectief permeabele epitheellaag, het ependym. Gevonden in ventrikels. Helpen met de
productie van cerebrospinale vloeistof.
Microglia= Kleine cellen. Worden Glia-cellen genoemd, maar zijn gespecialiseerde immuuncellen en
daardoor niet-neuronaal. Komen bij de ontwikkeling ook niet uit de neurale buis. Macrofagen van
het onderdeel. Beschikken over een antigene presenterende functie.
Radial glia= neurogenese. Beweging van nieuwe neuronen door de hersenen
, Benoemen functie chemorepulsie, chemoattraction, growth cone, fillipodium,
gradient
Growth cone: tip of growing axon
Chemoattraction: target is cell that secrete neutrofe factor -> Filipodium
Chemorepulsion: repel filopodia
Vorming van neuronen en growth cones wordt gestimuleerd door groeifactoren à growth cones
gaan op zoek naar hun target cell door een pad te volgen dat wordt bepaald door chemoattractieve
stoffen (bijvoorbeeld de neurotrope factoren die door de target cell worden uitgescheiden) en
chemorepulsieve stoffen in de omgeving, de neurotrophe factoren trekken de groeiende filepodia
aan. Het niveau van chemoattractie wordt bepaald door de gradiënt van de stofconcentratie. De
growth cone zal het pad volgen waar de concentratie chemoattractieve stof toeneemt aan de hand
van een gradiënt, en komt daardoor dichter bij de target cell à growth kunnen langs hun pad 'lopen'
omdat ze membraaneiwitten tot expressie brengen, integrines genaamd, die zich binden aan
laminines, eiwitvezels in de extracellulaire matrix. Wanneer de target cell is bereikt, wordt een
synaps gevormd. Deze synaps blijft alleen intact als synapsvorming wordt gevolgd door elektrische of
chemische activiteit tussen de neuronen. Synapsvorming is op zijn beurt essentieel voor het
overleven van het neuron.
Het benoemen van een groeifactor & Benoemen functie groeifactor
Functie: aantrekken van growth cone bij synaptogenese
Brain-derived neurotrophic factor (BDNF)
Nerve growth factor (NGF)
Benoemen functie afferente/efferente zenuwbanen
Afferent: informatie van sensorische receptor naar CNS (brein & ruggenmerg)
Efferent: motor informatie van CNS naar spier of klier
à Naast het beschadigen van de afferente banen, is er ook het risico om
nabijgelegen efferente banen te beschadigen. Hoe noemen we die banen?
cortico spinal tract.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 123Anne321. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.52. You're not tied to anything after your purchase.