Termen uit alle hoofdstukken gebundeld in een verklarende woordenlijst.
De belangrijkste termen (die ik belangrijk vond en meest geleerd heb) staan in het vet.
CHEMIE 1 LEXICON
Basis
Schillen/ energieniveaus Banen waar e- cirkelen rond de kern van een atoom
Elektronenwolk Alle elektronen die samen rond de kern cirkelen
Elektronenconfiguratie De precieze verdeling van de elektronen in de elektronenwolk
Valentie-elektronen Aantal elektronen op de buitenste schil van een atoom.
Periodiek systeem (PSE) Tabel van Mendeljev= tabel waarin alle chemische elementen
structureel zijn geordend
Kationen Positieve ionen, “ion”
Anionen Negatieve ionen, “ide-ion”
Organische bindingen 1. Koolstof (C) -> koolstofruggengraad
2. Vooral covalente bindingen
3. Laag kook en smeltpunt
4. Weinig wateroplosbaar
Anorganische bindingen 1. Gn koolstof – koolstofruggengraad
2. Vooral ionaire bindingen en polaire bindingen
3. Hoog kook en smeltpunt
4. Goede geleiding van elektrische stroom in een waterige
oplossing
Sequentie Opeenvolging
Katabolisme Afbraakreacties waar grotere molecule worden afgebroken tot
kleinere moleculen (metabolisme)
Anabolisme Opbouwreacties waar kleinere moleculen worden omgezet tot 1
grotere molecule
Aggregatietoestand De vorm waarin een materie zich bevindt, hetzij vast, vloeibaar of
gasvormig
Octettheorie - Octet=8
1. Edelgassen = meest stabiel, reageren amper met andere
elementen, 8 valentie-elektronen (uitz: He)
2. Hoge EN -> ander element kan moeilijk e- onttrekken
3. Streven naar edelgasconfiguratie
Meest reactieve elementen zijn deze die dichtst bij de
edelgasconfiguratie zitten -> sneller tot chemische reacties overgaan
Edelgasconfiguratie 8 e- op de buitenste schil
Hydrofiel Aangetrokken tot water (polair)
Hydrofoob ‘bang’ van water (apolair)
Functionele groepen Speciale combinaties van elementen die regelmatig voorkomen
Polyatomische ionen Een groep atomen samen die een bepaalde lading dragen. Deze zijn
meestal ionen afkomstig van zuren.
Zout (MZ) Een chemische verbinding bestaande uit positieve ionen (kationen) en
negatieve ionen (anionen), die door de elektrostatische
aantrekkingskrachten met elkaar zijn verbonden. De totale lading van
een zout = 0.
Index Een getal in de bruto formule dat aangeeft hoeveel van een bepaalde
atoomsoort in een stof voorkomt. (rechtsonder naast atoom)
-> Geeft aan hoeveel atomen aan elkaar gebonden zijn.
1
, Coëfficiënt/ voorgetal Geeft weer hoeveel moleculen er gevormd worden in verhouding tot
de andere moleculen in de reactievergelijking.
-> Geeft aan hoeveel losse atomen of hoeveel moleculen bedoeld zijn.
Reactieve tof Een stof die makkelijk reageert.
Inerte stof Een stof die niet wil reageren.
Zuren (HZ) Stoffen die opgelost in water H+ -ionen afsplitsen. Het negatieve ion
dat hierbij ontstaat noemen we de zuurrest. Bestaat altijd uit niet-
metalen! De atomen worden samengehouden door atoombindingen.
Er zijn twee soorten: binaire zuren en ternaire zuren (oxozuren).
Het is een verbinding die in waterig milieu protonen afsplitst.
Basen/ hydroxiden Bestaan uit een metaal, het element zuurstof en het element
(MOH) waterstof.
Het is een verbinding die in waterig milieu OH- ionen vormt.
Oxide (nMO of MO) Verbinding tussen een metaal of niet metaal en zuurstof.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Student2302. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.