Management en Organisatie 1
De evolutie van organisatie en management
Wat betekent management?
Management = het bij elkaar brengen van mensen om samen een gewenst doel te bereiken.
Management omvat het hebben van een visie, het maken van een plan (planning), dit (laten)
uitvoeren en dit eventueel (laten) controleren en bijsturen. Onderdeel is ook het verzamelen
van de benodigde middelen in de vorm van mensen, geld, techniek, grondstoffen, etc.; alles wat
nodig is. Bij voorkeur effectief.
Wat is een organisatie?
Een organisatie is een samenwerkingsverband tussen twee of meer personen die kracht, kennis en
vaardigheden bundelen om een doel te bereiken of in een behoefte te voorzien.
Wat is organisatiekunde?
Organisatiekunde = Organisatie en Management
Organisatiekunde = de definitie van organisatiekunde omvat twee aspecten:
- Descriptief aspect: een beschrijving van het gedrag van organisaties met de motieven en
gevolgen.
- Een prescriptief aspect: een advies over de te volgen handelswijze en organisatie-
inrichtingen.
Organisatiekunde is een interdisciplinaire wetenschap, die zich bezighoudt met het bestuderen van:
- Het gedrag van organisaties.
- De factoren die dit gedrag hebben.
- De wijze waarop organisaties op de meest doeltreffende manier bestuurd worden.
Management en Organisatie 1
Hoofdstuk 1 – Omgevingsinvloeden
Wat hebben organisaties en de samenleving met elkaar te maken?
Organisaties zijn een onderdeel van de maatschappij of samenleving. De samenleving kan worden
opgevat als de omgeving waarbinnen organisaties functioneren. De omgeving van organisaties
bestaat uit partijen of belanghebbenden. Deze partijen oefenen ieder op zich invloed uit op
organisaties doordat ze producten of diensten afnemen dan wel leveren, en stellen randvoorwaarden
waaraan deze producten of diensten moeten voldoen. Bijvoorbeeld gunstig geprijsd, milieuvriendelijk
geproduceerd en verpakt, van een goede kwaliteit en snel leverbaar.
Organisaties kunnen echter ook zelf invloed uitoefenen op deze partijen door middel van: reclame-
uitingen, het verstrekken van informatie, het geven van voorlichting, het aanbieden van producten en
diensten of door rechtstreeks contact met deze partijen te onderhouden.
Welke partijen oefenen een directe invloed uit op organisaties?
• Afnemers
De afnemers vormen een belangrijke partij aangezien zij vraag uitoefenen naar producten en
diensten, en de organisatie haar bestaansrecht ontleent aan het voorzien van deze behoeften. De
behoeften van de afnemers zijn sterk onderhevig aan veranderingen waarmee organisaties rekening
,zullen moeten houden bij de samenstelling van het productassortiment en het aanbod van deze
producten. Indien een organisatie zich onvoldoende op de hoogte stelt van de veranderende
afnemersbehoeften is het mogelijk dat de bestaande producten uit de gratie van de afnemer raken
en dat de organisatie hierdoor klanten gaat verliezen.
• Leveranciers
Elke organisatie maakt gebruik van producten of diensten van andere organisaties. Aan de
leveranciers hiervan zullen organisaties eisen stellen met betrekking tot de kwaliteit, het prijsniveau
en de levertijd. De eigen producten en diensten zijn immers afgeleiden hiervan. Er treden door
internationale concurrentie verschuivingen op in de keuze van leveranciers. Daar waar in het verleden
een nationale leverancier in veel gevallen de voorkeur genoot, wordt nu steeds vaker over de
nationale grenzen heen zakengedaan met leveranciers. Een ander aspect dat in de relatie met de
leverancier de aandacht verdient, is dat de klant steeds minder voorraad wil aanhouden en van de
leverancier ‘just in time’-leveringen eist.
• concurrentie
Bijna elke organisatie heeft te maken met concurrentie. De concurrenten bepalen min of meer de
speelruimte die organisaties hebben op de markt daar waar het gaat om productaanbod, het
gehanteerde prijs- en kwaliteitsniveau, keuze van distributiekanalen, uitgaven aan Research &
Development, de reclame-uitgaven enzovoort. Het is daarom van groot belang de concurrenten te
traceren en vervolgens te analyseren wat hun marktpositie.
• Vermogensverschaffers
Met de vermogensverschaffers, zoals aandeelhouders, financiële instellingen,
investeringsmaatschappijen, individuele investeerders en de overheid, zullen organisaties een goede
relatie moeten onderhouden. Organisaties zijn immer aangewezen op financiële middelen om hun
activiteiten te kunnen uitbreiden of in bestaande vorm te kunnen blijven uitoefenen. Indien de
vermogensverschaffers ontevreden worden over de taakuitoefening van een organisatie, kunnen ze
de geldkraan dichtdraaien. Dit kan voor de organisatie grote problemen met zich meebrengen en een
gevaar vormen voor het voortbestaan van de organisatie. Vaak zien we dat vermogensverschaffers
vertegenwoordigd zijn in een toezichthoudend instituut, zoals de raad van commissarissen bij grote
ondernemingen.
• Werknemers
De werknemers vormen het belangrijkste kapitaal van iedere organisatie en kunnen als kritische
succesfactor worden beschouwd. De moderne werknemer uit de 21 e eeuw is hoger opgeleid,
geëmancipeerd en meer individualistisch van aard dan zijn voorgangers. De werknemers zullen een
steeds grotere rol spelen bij product- en organisatie-innovaties en kwaliteitsverbeteringen. Zij zullen
hun medezeggenschap aanwenden om invloed uit te oefenen op de keuze van richting waarin de
organisatie zich zal bewegen, de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de organisatie en het
sociale beleid.
• Belangenorganisaties
Onder belangenorganisaties worden organisaties verstaan die de belangen van een bepaalde groep
mensen behartigen.
• Overheidsinstelling
De uitvoering van overheidsbeleid geschiedt door overheidsinstellingen. Deze beïnvloeden
organisaties doordat ze moeten toezien op de naleving van regels die door de overheid zijn
uitgevaardigd.
• Media
In het huidige informatietijdperk spelen de media een heel belangrijke rol. Het aandachtsveld van de
media is gericht op alles wat zich in de samenleving afspeelt en van enige betekenis is voor
individuen. Ontwikkelingen in de economie, politiek en het bedrijfsleven worden op de voet gevolgd.
, Internationale communicatiesatellieten zorgen ervoor dat we bijna direct geïnformeerd kunnen
worden over zaken die aan de andere kant van de wereld spelen. De media kunnen een grote invloed
hebben op de publieke opinie. Dit heeft veel organisaties ertoe gebracht voorlichtings- of
publicrelationsafdelingen op te zetten die de media kunnen informeren over hun activiteiten.
De mate waarin de hiervoor genoemde partijen invloed kunnen uitoefenen op organisaties is
afhankelijk van veel factoren. Van groot belang is hierbij de machtspositie die een dergelijke partij op
een bepaald moment heeft. Een organisatie kan niet om de omgevingspartijen heen en zal moeten
zorgdragen voor een optimale relatie.
Welke omgevingsfactoren zijn er?
• Milieufactoren
Een schone leefomgeving en een gezond klimaat zijn belangrijke elementen voor een gezonde
economie. Vitaal natuurlijk kapitaal is immers een essentiële productiefactor en vertegenwoordigt
een grote economische waarde. Het is onweerlegbaar aangetoond dat het klimaat enorm is
veranderd door toedoen van de mens. Het beperken van een verdere klimaatverandering vraagt om
een krachtig klimaatbeleid.
De overheid, het bedrijfsleven en maatschappelijk organisaties hebben op vijf verschillende gebieden
afspraken gemaakt en voorstellen gedaan om de doelstelling te behalen. De verschillende gebieden
en de besproken CO₂-reductie zijn:
1. Woningen
Wat betreft woningen wordt het huis goed isoleren en het verwarmen met duurzame warmte een
taak van alle huiseigenaren. Nederland gaat in 2050 van het gas af en wil in 2030 al 2 miljoen
woningen zonder gasaansluiting hebben. De belasting gaat geleidelijk aan omhoog.
2. Elektriciteit
Een vrij elektriciteitssysteem is het doel op dit gebied. Hiervoor moet snel de omslag gemaakt
worden van fossiele brandstoffen naar ‘hernieuwbare energie’. Windmolens moeten hier een grote
bijdrage aan gaan leveren. In de zee komen extra plekken om door middel van windmolens
windenergie op te wekken. Windmolens op het land en zonnepanelen moeten de rest doen.
3. Industrie
Elektrificatie, het efficiënter gebruik maken van warmte en het hergebruiken van grondstoffen zijn
belangrijke manieren om de doelstelling te behalen. Hierbij is het noodzakelijk om te innoveren en
samen te werken met andere landen.
4. Landbouw
Ook in de landbouw zal minder uitgestoten moeten worden: door reductie van methaanemissie in de
vleesindustrie, beter landgebruik en een belangrijke bijdrage vanuit de glas- en tuinbouw onder
andere door middel van geothermie. Qua voedselconsumptie moet er een verschuiving plaatsvinden
van dierlijk naar meer plantaardig eiwit in ons voedselpatroon.
5. Mobiliteit
Elektrisch rijden zorgt voor hoge verwachtingen op het gebied van mobiliteit. Het openbaar vervoer
moet schoner worden en het stimuleren van fietsen als vervoermiddel een prioriteit.
• Technologische factoren
In onze kennisintensieve westerse samenleving zijn technologische ontwikkelingen essentieel voor de
(internationale) concurrentiepositie van ons bedrijfsleven. Technologische ontwikkelingen worden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chavellycorlushia. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.14. You're not tied to anything after your purchase.