Stichting Nederland is Logistiek: zet zich in voor imagoverbetering van logistiek Nederland
Dinalog: Dutch Institute for Advanced Logistics (Breda). Organisatie tussen de overheid en het
bedrijfsleven.
TKI Logistiek: samenwerking tussen: de overheid, Dinalog en universiteiten.
Neutraal Logistiek Informatie Platform (NLIP): gestandaardiseerde communicatie tussen bedrijven
en overheden, het delen van data. Eigenaar bepaald wie de data mag inzien.
Synchromodaal: vervoersconcepten om op ieder tijdstip flexibel te switchen tussen
vervoerswijzen/modaliteiten (lucht, trein, spoor en water).
Douane: bevorderen van handel door vermindering van regeldruk. Samenwerking tussen douane en
bedrijfsleven.
Inzet op:
Verleggen van de douane- en inspectieactiviteiten, minder verstorend in het logistieke
proces
Verminderen van inspectielasten door optimaal gebruik van informatie in de keten
Afstemming tussen douanediensten (gecoördineerd grensmanagement)
Cross Chain Control Centers (4C): regiecentra waar verschillende supply chains gecoördineerd en
geregistreerd worden met behulp van technologie, software en supply chain professionals.
Ook regie over: Fysieke goederenstromen, informatiestromen, financiële stromen
Efficiency voordelen, nieuwe diensten.
Servicelogistiek: logistieke activiteiten ongestoord laten verlopen (kapitaal intensieve systemen,
levenscyclus). Verdienstelijken van producten. Gericht op duurzaamheid.
Supply Chain Finance (SCF): optimaliseren van de financiering tussen bedrijven en integratie van
financiële processen. Verlagen van het werkkapitaal en financieringskosten, voordelen opleveren
voor operationele beslissingen.
Raad voor Leefomgeving en Infrastructuur (RLI): doet onderzoek naar verwachte ontwikkelingen in
de logistiek.
Mainports: haven Rotterdam, luchthaven Schiphol.
Supply chain management: transportactiviteiten, voorspellen van de vraag van klanten,
productieplanning, bepalen locaties, omvang van voorraden en samenwerking tussen leveranciers en
afnemers.
Topsectoren: ontwikkeling verdelen in 4 parallelle transities. Van infrastructuur tot toegevoegde
waarde (speerpunt)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bas1606. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.53. You're not tied to anything after your purchase.