In dit document werd een samenvatting gemaakt op basis van de leerdoelen uit de cursus. Naast de powerpoints en de cursus kan dit een goede basis zijn om te leren tijdens de blok.
ETHIEK EN LEVENSBESCHOUWING: leerdoelen
1 IDENTITEIT, ETHIEK EN LEVENSBESCHOUWING
⇒ EEN OMSCHRIJVING KUNNEN GEVEN VAN HET CONCEPT ‘IDENTITEIT ’.
(Persoons)identiteit We ervaren onszelf als een persoon met één verleden, heden en
toekomst. Dit gaat om wie wij zijn. (Pg. 3)
⇒ DE BELANGRIJKSTE HISTORISCH -FILOSOFISCHE VISIES UIT DE CURSUS OP IDENTITEIT
KUNNEN OMSCHRIJVEN .
Tot eind 17 de eeuw → substantialisten
Geloven in een (onveranderlijke) ziel
▪ We zijn onze ziel en niet ons lichaam Reïncarnatie = gaat
▪ Vaste kern in veranderende context over in ander lichaam
▪ Ziel is onsterfelijk
▪ Ziel is verbonden met het lichaam: na dood
Blijft bestaan
▪ Probleem:
zonder lichaam
o Contradictie ‘immateriële substantie’
o Ziel = geloof
o Onveranderlijke ziel in veranderlijke wereld
Plato
▪ Mens: lichaam + ziel
▪ Ziel (= onsterfelijke kern van de mens) bestaat uit drie delen: Klassen (overhand)
o Begerende deel – dierlijk (verlangen, plezier, genot) Arbeidsklasse
o Vurige deel – bron van daden Militairen/ midden
o Redelijke deel – bron van denken Besturende functie
1+2+3 = ‘ideale staat’
Vanaf 18de eeuw → materialisten (De verlichting)
Veranderend wereldbeeld: religieuze bril wordt wetenschapsbril
Geen ziel Identiteit is een illusie (reductionisme): bv David Hume (Rivier van Heraclitus)
Identiteit: ons brein = substantie die verantwoordelijk is voor de eenheid in
het menselijk leven
Vanaf 19de eeuw → positieve wetenschappen en menswetenschappen (psychologie en
sociologie)
Charles Darwin: evolutietheorie
The origin of spieces - Natuurlijke selectie
▪ Mens is een dier en heeft ook ‘dierlijke driften’ die het denken en gedrag
beïnvloeden
▪ Evolutie en aanpassing aan voeding van de mens
▪ Misvattingen:
o Gedrag is genetisch bepaald
o Geëvolueerde zaken zoals gedrag kunnen niet worden veranderd
The descent of man – Seksuele selectie
▪ Genen moeten overleven en partners aantrekken (evolutietheorie en partnerkeuze)
1
,⇒ IN JE EIGEN WOORDEN KUNNEN UITLEGGEN HOE EEN IDENTITEIT TOT STAND KOMT
VANUIT DE VISIE BESCHREVEN IN DE CURSUSTEKST .
Uitganspunt: mens wordt geboren als een ongeschreven blad
Eerste ervaringen gebeuren in relatie met affectieve sleutelfiguren – INCORPORATIE
Op jonge leeftijd: beperkte keuzevrijheid
Leefwereld wordt ruimer: confrontatie met verkregen identiteit
Dus: menselijke identiteit ontstaat in interactie met zijn onmiddellijke omgeving.
Andere beïnvloedende factoren: (sub)cultuur, media, ouders, vrienden, geschiedenis, familie,
referentiefiguren…
⇒ EEN GENUANCEERDE OMSCHRIJVING KUNNEN GEVEN OVER DE VERANTWOORDELIJKHEID
VAN EEN INDIVIDU VOOR ZIJN IDENTITEIT .
In tegenstelling tot wat we vaak wensen te denken, kiezen we dus (grotendeels) niet bewust de
aspecten van een referentiefiguur uit onze omgeving omdat deze ons redelijk lijken, maar
attribueren we deze eigenschappen op basis van een (vooral) irrationele band met die persoon. Deze
keuzes onderbouwen we vervolgens op een rationele wijze.
-> Jonge leeftijd = zeer beperkte vrije keuze
-> Pubertijd = beperkte vrijheid, introductie van kritisch denken
-> Volwassenheid = grootste mate van ‘zelf’-standigheid, maar wat betekent dit?
We dragen nooit de totale (verpletterende) verantwoordelijkheid voor onze ID!!! Geen pleidooi voor
straffeloosheid!!
⇒ EEN OMSCHRIJVING KUNNEN GEVEN VAN HET BEGRIP LEVENSBESCHOUWING .
Levensbeschouwing Het geheel van antwoorden op grote (filosofische) vragen van de
mens. De manier waarop we naar het leven kijken. (Pg. 12)
⇒ KUNNEN UITLEGGEN WELK VERBAND ER IS TUSSEN LEVENSBESCHOUWING , ETHIEK EN HET
UITEINDELIJKE (ETHISCH ) HANDELEN .
Wie we zijn (identiteit) valt samen met hoe we naar het leven kijken (levensbeschouwing) of
omgekeerd.
Onze levensbeschouwing (godsbeeld, mensbeeld en wereldbeeld) zit verankerd in onze identiteit.
Onze levensbeschouwing bepaalt hoe we denken over goed en kwaad (ethiek of ethische reflectie).
Ethiek bepaalt ons handelen (wat wij zien als ‘het goede’ handelen).
2
, ⇒ KUNNEN UITLEGGEN WAAROM ETHIEK EN LEVENSBESCHOUWING BELANGRIJK ZIJN IN HET
MAATSCHAPPELIJKE DEBAT .
Verschillende mensbeelden zullen leiden tot verschillende opinies over goed en kwaad in de wereld
en wanneer hierover geen consensus bestaat, wordt het samenleven bijzonder moeilijk.
De huidige maatschappij is immers gekenmerkt door een ethisch (en cultureel, levensbeschouwelijk,
religieus) pluralisme. Er is immers niet één waarheid die door iedereen onderschreven wordt.
Er zijn verschillende ethische kwesties waar grote groepen mensen vanuit min of meer gedeelde
levensbeschouwing verschillende standpunten over innemen. Bv. hoofddoeken, abortus…
Het standpunt dat men inneemt in ethische kwesties is steeds getekend door de levensbeschouwing
die men bezit. Een echte ethische discussie moet er zich steeds van bewust zijn dat deze dus slechts
ten dele op (gedeeld) rationeel niveau gevoerd kan worden. Het gebrek aan levensbeschouwelijke
dialoog zou ons ook nog op maatschappelijk vlak verregaande problemen kunnen opleveren. We
denken hier bijvoorbeeld aan hoe we zullen moeten omgaan met het gegeven van de multiculturele
samenleving.
⇒ INZIEN DAT DE MENSELIJKE VRIJHEID BEPERKINGEN HEEFT , WAT GEVOLGEN KAN HEBBEN
VOOR DE ETHIEK EN DE LEVENSBESCHOUWING .
De levensbeschouwing van ‘gekken’ met een gestoord wereldbeeld en mensbeeld zullen we helaas
nooit in het maatschappelijk debat kunnen betrekken. (Zie LD hierboven)
2 VOEDING ALS DEEL VAN (RELIGIEUZE/CULTURELE) IDENTITEIT
=> KUNNEN OMSCHRIJVEN HOE HET VOEDINGSPATROON TOT STAND KOMT .
Voeding is een primaire behoefte
▪ Hongergevoel bij baby wekt onrust op
▪ Ouderfiguren bieden antwoord op deze onrust
▪ Voedsel is een product van identiteitsproces
▪ Zelfstandig eten: verlies van aandacht en genegenheid van voed(st)er
Voeding is ook een sociaal gebeuren
▪ Wat je eet wordt bepaald door je omgeving
▪ Eten is een sociaal gebeuren
▪ Gaat gepaard met sociale regels (arbitrair) die cultureel bepaald zijn
▪ Regels worden gewoonten
▪ Overgenomen op basis van intieme interactie met de affectieve sleutelfiguren uit kindertijd
(herkomst is dus irrationeel)
MAAR: voedingspatroon is ook niet volledig statisch en universeel geldig!!
Mogelijke beïnvloedende factoren:
▪ Bij migratie: eetgewoontes uit het land van herkomst vermengen zich (in meerdere of
mindere mate) met heersende eetgewoontes
▪ De sociaaleconomische status en het opleidingsniveau beïnvloeden ook de eetgewoontes
▪ De woonplaats speelt een rol: grootstad versus platteland
▪ Ook invloeden uit andere landen en nieuwe trends op het gebied van eten en drinken
verspreiden zich via internet en media. Mensen variëren en experimenteren
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Student2302. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.