MONOPOLIE
̶ Een competitief bedrijf is een prijsnemer,
̶ Maar een monopolist is een prijszetter.
̶ Een bedrijf wordt beschouwd als een monopolie als . . .
̶ Het de enige verkoper is van haar product.
̶ Het product geen dichte substituten heeft
̶ Dit komt eigenlijk niet veel voor
Daarom spreken we eerder over monopoliemacht
WAAROM ONTSTAAN MONOPOLIES?
̶ Toetredingsbarrières zijn de fundamentele oorzaak van monopolies.
̶ Eigendomsbarrières
‒ bijvoorbeeld eigendom van een belangrijke hulpbron.
̶ Wettelijke barrières
‒ De overheid geeft een bedrijf het exclusieve recht om een goed of
dienst te produceren.
̶ Natuurlijke barrières
‒ De aard van het productieproces maakt één producent efficiënter dan
aantal producenten.
Natuurlijke monopolies
̶ Natuurlijke monopolies ontstaan als er positieve schaaleconomieën zijn over het hele
relevante bereik van de productie.
De gemiddelde kosten dalen naarmate de schaal toeneemt
De grootste producent is dus steeds de goedkoopste
Hij kan daardoor altijd goedkoper leveren dan de kleinere producenten
Daardoor blijft er uiteindelijk slechts één speler over: de natuurlijke
monopolist
Tenzij de overheid tussenkomt met mededingingsbeleid
Bij positieve schaaleconomie en monopolie zijn de gemiddelde kosten geen U-vorm
, Schaaleconomieën als een oorzaak van monopolie
Waarom laten we monopolie niet gewoon toe? Omdat de gemiddelde kosten zo laag zijn,
maar dit zal niet de prijs zijn men zal die lage kosten gebruiken om heel veel winst te maken,
de monopolist kan de prijs zetten en dus zelf kiezen
Voorbeelden van Natuurlijke Monopolies
̶ Een bepaalde sector vormt een natuurlijk monopolie wanneer een enkel bedrijf een
goed of dienst aan de hele markt kan aanbieden tegen een kost die lager ligt dan die
van twee of meer bedrijven
̶ Netwerkindustrieën
̶ Besturingssoftware.
̶ Sociale netwerken (https://www.tijd.be/opinie/algemeen/Digitalisering-leidt-
tot-natuurlijk-monopolie/9920812)
̶ Dit kan veranderen door technologische innovaties
̶ Denk bijvoorbeeld aan vaste telefonie.
̶ Eerst een genationaliseerd overheidsmonopolie (RTT)
̶ Daarna privatisering als Belgacom, onder druk van mobilofonie (in het begin
Mobistar, nu Orange) en telefonie via TV kabel (telenet)
̶ Nu naam gewijzigd naar Proximus (vroeger merknaam mobilofonie Belgacom)
Eigendomsbarrières
̶ De exclusieve eigendom van een belangrijke hulpbron is een mogelijke oorzaak van
monopolie, maar dit komt niet zo veel voor.
̶ Voorbeeld 1: Een zeldzaam aardmetaal
̶ China staat bijvoorbeeld in voor meer dan 90% van de winning van
neodymium (voor batterijen van elektrische wagens)
̶ Maar dit ligt ook aan de lage productiekosten, dus opletten geblazen
̶ Voorbeeld 2: bronwater
̶ Spa, Chaudfontaine,
Maar er zijn toch alternatieven
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tinevanryckeghem. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.71. You're not tied to anything after your purchase.