Hoofdstuk 2
Absolute recht zijn rechten die een persoon op een goed kan hebben. Een absoluut recht geldt ten
opzichte van iedereen. Het geeft de rechthebbende de bevoegdheid om een bepaalde heerschappij
over het betreffende goed uit te oefenen. Met andere woorden: de rechthebbende kan bepalen wat
hij met het goed doet.
Relatieve rechten worden ook wel persoonlijke rechten genoemd. Het zijn rechten die slechts
tegenover bepaalde personen werken; relatieve rechte gelden dus niet ten opzichte van eenieder.
Alle absolute rechten die een rechthebbende op een grond op een goed kan hebben zijn in de wet
opgenomen. Er zijn in totaal acht absolute rechten, die staan beschreven in boek 3 en in de boek van
het Burgerlijk Wetboek. Het betreft de volgende rechten:
Boek 3 BW:
1. Vruchtgebruik (art. 3:201 BW)
2. Pand (art. 3:227 BW)
3. Hypotheek (art. 3:227 BW)
Boek 5 BW:
4. Eigendom (art. 5:1 BW)
5. Erfdienstbaarheid (art. 5:70 BW)
6. Erfpacht (art. 5:85 BW)
7. Opstal (art. 5:101 BW)
8. Appartement (art. 5:106 BW)
Wanneer iemand een absoluut recht heeft op een oed, dan wil dat zeggen dat hij recht jegens
eenieder kan uitoefenen; een ander mag geen inbreuk maken op een absoluut recht dat de
rechthebbende op goed heeft.
Behalve dat abslute recht jegens eenieder werken, zijn nog andere rechtsgevolgen verbonden aan
deze rechten:
- Zaaksgevolg – droit de suite
- Prioriteitsbeginsel – droit de priorité
- Bevoorrechte positie – droit de préference
Zaaksgevolg (droit de suite): absolute rechten hebben zaaksgevolg. Zaaksgevolg houdt in dat het
absolute recht op een goed blijft bestaan, ook al bevindt dat goed zich niet meer in de macht van de
rechthebbende.
Prioriteitsbeginsel (droit de priorité): ingeval er meer dan één absoluut rech top een goed ruct, dan
het eerder gevestigde absolute recht vóór een later gevestigd absoluut recht.
Bevoorrechte positie (droit de préference): daarnaast neemt de rechthebbende van een absoluut
recht op een goed een bevoorrechte positie in bij een faillissement van een ander. Wanneer een
persoon of een bedrijf failliet gaat, dan vallen in beginsel al zijn of haar goederen in het faillissement.
Bevindeen zich op dat moment goederen onder de failliet waar een derde een absoluut recht op
heeft, dan vallen die goederen niet onder het faillissement. De goederen kunnen door de
rechthebbende buiten het faillissement worden gehouden.
Het eigendomsrecht is het enige absolute recht dat kan worden aangemerkt als een volledig recht.
Het eigendomsrecht is het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben (art.
5:1 BW). De rechthebbende van een volledig recht kan – binnen de grenzen van de wet – alles doen
met de zaak waar het volledige recht op rust.
Volgens art. 3:8 BW is een beperkt recht ‘een recht dat is afgeleid uit een meer omvattende recht,
hetwelk met het beperkte recht is bezwaard’. Een beperkt recht is dus een minder vergaand recht
dan een volledig recht.
Vruchtgebruik: het recht van vruchtgebruik is opgenomen in titel 8 van boek 3 BW. Art. 3:201 BW
omschrijft vruchtgebruik als ‘het recht om goederen die aan een ander toebehoren, te gebruiken en
daarvan de vruchten te genieten’. Dat wil zegen dat de vruchtgebruiker het recht heeft om een goed
van een ander te gebruiken of de vruchten van een goed in eigendom te verkrijgen. Een
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Doju. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.22. You're not tied to anything after your purchase.