TENT studietaken
S-TOS: linguïstische aspecten
Inleiding
Taalachterstand heeft bij kinderen niet altijd een eenvoudig te identificeren oorzaak. Dit
artikel gaat over kinderen die een taalachterstand hebben die niet gemakkelijk worden
ingelopen en die bestaat zonder duidelijk aanwijsbare etiologie. Dit heet in de literatuur
kinderen met TOS of kinderen met primaire taalstoornis. In het Engels heten deze kinderen
Specific Language Impairment (SLI).
Definitie en classificatie
Specific Language Impairment: kinderen die een taalstoornis hebben die niet aantoonbaar
het gevolg is van een andere primaire stoornis, bijvoorbeeld in de intelligentie, gehoor of
neurologisch functioneren. Ook taalstoornis als gevolg van sociaal-emotionele
gedragsproblemen of van ernstige verwaarlozing zijn niet primair. Er mag ook geen sprake
zijn van een anatomisch defect van de spraakorganen.
Het taalbegrip moet minstens 6 maanden achterlopen op de mentale leeftijd en de
taalproductie minstens 12 maanden. Wordt in praktijk niet zozeer toegepast.
Ongeveer 1% van de kinderen heeft een specifieke taalstoornis. Opvallend is verhouding
jongens/meisjes 3:1.
Morfosyntactische problemen
Een populair instrument om te bepalen of sprake is van SLI of niet is de gemiddelde
uitingslengte (mena length of utterance: MLU). Maar dit werkt niet in alle situaties optimaal;
het is geen matchingscriterium dat toelaat om grammaticale aspecten te onderzoeken met
de garantie dat ‘verder alles globaal gelijk blijft’.
De syntactische constructies van SLI-kinderen is beperkter qua lengte en complexiteit van de
uiting dan bij normaal ontwikkelende kinderen van dezelfde leeftijd.
De categorieën die SLI–kinderen negatief blijken te onderscheiden van kinderen met een
gelijke MLU zijn onder andere: flexiemorfemen, hulpwerkwoorden, koppelwerkwoorden en
lidwoorden. Representanten van deze categorieën worden door SLI-kinderen vaak
weggelaten in een verplichte context. Bovendien worden ze vaak in een foutieve vorm
gerealiseerd, waaruit blijkt dat het vervoegingsrijtje – de juiste flexievorm – of de
congruentierelatie met het onderwerp van de zin niet wordt beheerst.
Vaak wordt gezegd dat SLI-kinderen geen problemen hebben met lexicale categorieën. Zo
lijkt het leren van werkwoorden moeite te kosten bij kinderen met SLI.
SLI-kinderen blijken moeite te hebben met zinnen in de passieve vorm en met ingebedde
zinnen, maar ook met actieve zinnen met overgankelijke werkwoorden. Problemen zijn er
vooral als de zinsstructuur, en niet de woordvolgorde, aangeeft welke semantische rol ieder
zinsdeel heeft (dus zinnen die op meerdere manieren geïnterpreteerd kunnen worden).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tessastudent. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.