Recente (2023) en volledige samenvatting van cursus Kleur & Licht.
2de semester, 1ste jaar interieurvormgeving aan KASK.
Persoonlijk behaalde score: 14
Geschiedenis
Tot in 18de eeuw had mens 2 lichtbronnen: natuurlijk daglicht en vlam als kunstmatige. Uitvinding van gasverlichting
en elektrische lichtbronnen begon een nieuw tijdperk.
Kwantitatieve lichtplanning Kwalitatieve lichtplanning
= lichtplanning door middel van normen = kwaliteit (ipv kwantiteit) als basis vd lichtplanning
Toenemende industrialisatie -> Traditionele benaderingen lichtplanning waren
werkplekverlichting sterk onderzocht welke gebaseerd op beperkt begrip vn hoe mensen het
invloed helderheid en type verlichting hebben waarnemen -> resulteerde tot onbevredigde
op productiviteit. verlichtingsconcepten.
GEVOLG: regels met minimale eisen aan Na WOII: nieuwe benadering VS, rekening houden
helderheid, kleurweergave en verblinding. met fysiologie en psychologie vn waarneming.
=> ook voor algemene verlichting (alle factoren die invloed hebben op hoe mensen
waarnemen, werden in beschouwing genomen)
Nadeel: geen rekening houden met hoe mensen
structuren waarnemen en esthetische effecten Niet alleen meetbare aspecten zoals bv. Lichtsterkte,
van licht maar nadruk op kwalitatieve aspecten.
Op waarneming gerichte lichtplanning
= waarneming als uitgangspunt voor goede lichtplanning
1960: introductie waarnemingsgeoriënteerde lichtplanning (mens als actieve factor in waarnemingsproces, ipv alleen
ontvanger vn visuele informatie)
Planner analyseert versch. gebieden en functies om belang te begrijpen.
Door analyse kon verlichting als 3de factor gepland en aangepast aan specifieke behoeften.
(vereiste gebruik kwalitatieve criteria en passend vocabulaire om verlichtingsinstallatie en gewenste functies
van licht te beschrijven)
Richard Kelly (1910-77)
= pionier in kwalitatieve lichtplanning
Onttrok zich aan richtlijn dat eenduidige verlichtingssterkte als centraal criterium vd lichtplanning moest
worden gehanteerd.
Vraag naar lichtkwantiteit -> vraag naar afzonderlijke kwaliteiten van licht
’50 - drie basisfuncties:
Ambient Luminescence (algemene verlichting)
Algemene verlichting in omgeving, zorgt voor zichtbaarheid.
Omvattend en gelijkmatige uitlijning, kwam sterk overeen met voorstellingen kwantitatieve
lichtplanning
=> gn doel op zich, maar is basis voor verdere lichtplanning
Focal glow (accentverlichting/licht om iets te kijken)
Licht kreeg duidelijke taak: actief meewerken aan overdragen info.
Zones met bel. info kunnen door verlichting geaccentueerd worden, andere info kan door lager
verlichtingsniveau naar achtergrond worden geplaatst.
=> maakt snelle en zekere informatie mogelijk
Play of brilliants (licht om naar te kijken/decoratieve-sfeer verlichting)
Licht kan ook zelf informatie vormen.
Bv. Sprankelende effecten, puntlichtbronnen op spiegelende of lichtbrekende materialen…
Traditioneel door kroonluchters en kaarsvlammen gecreëerd, maar ook modern mogelijk door
lichtsculpturen en sprankeling op verlichte materialen.
, Verschillende voorbeelden p. 10-11 (lezen en begrijpen)
Glass House – Philip Johnson
Seagram Building – Ludwig Mies van der Rohe & Philip Johnson
New York State Theater – Philip Johnson
Kimbell Art Museum – Louis I. Kahn
Yale Center For Britisch Art – Louis I. Kahn
William Lam (1924-2012)
= een vd meest betrokken voorvechters kwalitatief georiënteerde lichtplanning
Anders dan andere vertegenwoordigers: keert zich tegen continue verlichting, hij eist meer gedifferentieerde analyse
vn alle voorhanden kijktaken op locatie, type en frequentie.
’70: criteriacatalogus, systematisch vocabulaire voor contextgeoriënteerde beschrijving vd vereisten aan
verlichtingsinstallatie
=> 2 hoofdgroepen:
Activiteitsbehoeften (activity needs)
= vereisten die uit actieve bezigheden in visuele omgeving ontstaan
Analyse, maar ook lichtplanning komt in brede zin overeen met criteria vd kwantitatieve verlichting
Er wordt functionele verlichting nagestreefd, die optimale omstandigheden schept voor
overeenkomstige activiteit.
Biologische behoeften (biological needs)
= vn essentiëler belang, vat psychologische vereisten aan visuele omgeving samen.
= onbewuste behoeften, die voor emotionele waardering ve situatie essentieel zijn, en richten zich (in vgl
met activity needs) op welbevinden in visuele omgeving.
(Lam gaat er van uit dat enkel in opperste concentratie, onze blik zich op één kijktaak richt)
=> emotionele waardering ve visuele omgeving wordt mede bepaald door mate waarin omgeving benodigde
info duidelijk presenteert of juist achterhoudt voor waarnemer.
Fundamentele psychologische vereisten:
o (behoefte aan) Oriëntatie
Ruimtelijk: betrekking op herkenbaarheid doelen en wegen er naar toe, ingangen…
Omvat ook info over verdere aspecten vd omgeving: tijdstip, weer…
=> als die info ontbreekt, wordt omgeving als kunstmatig/beklemmend ervaren, pas bij
verlaten gebouw kan tekort info aangevuld worden.
o Begrijpelijkheid (en overzichtelijkheid vd omgeving)
Voldoende zichtbaarheid vn alle deelruimtes = van belang, bepaald gevoel vn veiligheid in
visuele omgeving
Overzichtelijkheid heeft nt alleen betrekking op volledige zichtbaarheid, maar omvat ook
structurering, behoefte aan eenduidige en geordende omgeving.
Mensen ervaren heldere & herkenbare vorm vn architectuur, waarbij essentiële gebieden
worden benadrukt, als iets positief.
In verwarrende omgevingen zorgt georganiseerde/ overzichtelijke indeling voor rust.
Daarnaast dragen uitzicht en interessante elementen bij aan ontspanning.
o Communicatie (of privé-sfeer)
Volledige isolatie <-> volledige openbaarheid
Allebei in extreme vorm als negatief ervaren, ruimte moet beide mogelijk maken of toestaan.
Privé kan bereikt worden door bv. lichteiland, dat zitgroep of vergadertafel in grotere ruimte
vn omgeving afgrenst.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lucascoussement. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.94. You're not tied to anything after your purchase.