Deze samenvatting bundelt alle Powerpoints van het vak 'pathologie van het bewegingsapparaat' op een overzichtelijke en gestructureerde manier. Het document bevat vele afbeeldingen en notities uit de hoorcolleges.
Veel succes met de verwerking!
, 9.3.1 Mobiliteit ............................................................................................................................................ 134
9.3.2 Stabiliteit ............................................................................................................................................ 135
9.3.3 Bescherming ....................................................................................................................................... 135
9.3.4 Overzicht ............................................................................................................................................ 135
9.4 Letsels van de wervelkolom ...................................................................................................................... 136
9.4.1 Degeneratieve afwijkingen................................................................................................................. 136
9.4.2 Scoliotische deformiteiten (vnl frontaal vlak) .................................................................................... 142
9.4.3 Deformiteiten in het sagittaal vlak ..................................................................................................... 146
10. Pathologie van de wervelkolom deel 2 ................................................................................................... 149
10.1 Classificatie van wervelletsels ................................................................................................................. 149
10.1.1 Inleiding ............................................................................................................................................ 149
10.1.2 Morfologie van letsels ...................................................................................................................... 150
10.1.3 Neurologische status ........................................................................................................................ 151
10.1.4 Klinische modifiers ........................................................................................................................... 151
10.2 Letsels van de gehele cervicale WK ......................................................................................................... 152
10.2.1 Whiplash .......................................................................................................................................... 152
10.2.2 WAD ................................................................................................................................................. 152
10.3 Letsels van de hoog-cervicale WK ........................................................................................................... 152
10.3.1 Anatomie .......................................................................................................................................... 152
10.3.2 Fracturen van de condylen (C0) en atlas (C1) .................................................................................. 152
10.3.3 Fracturen van de axis (C2) ................................................................................................................ 153
10.3.4 Hoog-cervicale instabiliteit (C1-C2) .................................................................................................. 154
10.4 Letsels van de laag-cervicale WK............................................................................................................. 154
10.5 Letsels van de thoracale, thoracolumbale en lumbale WK ..................................................................... 155
10.6 Neurologische letsels t.g.v. letsels van de WK ........................................................................................ 155
10.6.1 Inleiding zenuwstelsel ...................................................................................................................... 155
10.6.2 Ruggenmerg ..................................................................................................................................... 156
10.6.3 Dwarslaesie ...................................................................................................................................... 156
5
,PATHOLOGIE VAN HET BEWEGINGSAPPARAAT
PRAKTISCH
• Examen:
o 10 meerkeuzevragen en 2 open vragen
o Schriftelijk en digitaal
1. ORTHOPEDIE
• Pathofysiologie: functie van zieke organen
• Epidemiologie: hoe vaak komt het voor
• Risicofactoren: hoe komt het dat een bepaalde ziekte vaker voorkomt dan bij anderen
• Symptomen: hoe uit de ziekte zich?
• Onderzoek van de behandeling
1.1 DEFINITIE
Begrip orthopedie
• Orthopedie is een (para)medisch specialisme dat zich bezighoudt met de behandeling van afwijkingen
en ziekten van het steun- en bewegingsapparaat
• Oorsprong: het oud-Griekse ‘orthos’ (recht) en ‘paedos’ (kind) en voert terug op het recht laten
groeien van kinderen
• Voorheen werd het dan ook geschreven als orthopedie
Orthopedisch letsel
• Verzamelnaam voor aandoeningen en letsels aan het steun- en bewegingsapparaat bv. botten,
spieren, ligamenten, gewrichten, zenuwen,…
• 2 soorten:
o Verworven letsels
▪ Acuut bv. breuken na val
▪ Chronisch bv. artrose
o Aangeboren letsels (bv. klompvoeten, heupdysplasie…)
1.2 ETIOLOGIE
• = voorkomen van bepaald letsel
• Voorbeeld atleet
o Een atleet heeft intrinsieke risicofactoren bv. een letsel
o Wordt blootgesteld aan extrinsieke risicofactoren bv. slecht weer, uitschuiven
o Atleet heeft een (rustige) match en krijgt geen letsel
o Of het is een hevigere match en er ontstaat een letsel
• Intrinsieke risicofactoren:
o Leeftijd
o Geslacht
o BMI
o Algemene gezondheid
o Anatomie
o …
6
, • Extrinsieke risicofactoren
o Teamgenoten
o Beschermmateriaal
o Omgeving bv. weer, ondergrond…
• Letsel: multifactorieel: opeenstapeling van verschillende factoren
1.3 DIAGNOSE
1. Anamnese
2. Inspectie/observatie
3. Klinisch onderzoek: BFO en TO
4. Functioneel onderzoek
5. Neurologisch onderzoek
6. MBV: medische beeldvorming
7. Labo: specifiek bv. bloedtesten om ontstekingswaarden na te gaan
→ niet alle stappen zijn altijd nodig
1.3.1 ANAMNESE
• Meest belangrijke onderdeel!
• Vorming van hypothese
• Open vragen stellen (wees niet suggestief bv. ‘Buigen door de knie zal wel lastig zijn?’)
o Bv. ‘Wat brengt u hier?’, ‘Ik zie dat je komt voor lage rugklachten, kan je daar meer over
vertellen?’
• Aandacht voor ADL: wat is er lastig in het dagelijks leven → verklaart hulpvraag
• Screening op rode/gele vlaggen
o Rode vlaggen: dingen waar we extra aandacht aan moeten besteden bv. koorts: niet direct
gelinkt aan orthopedisch letsel
o Gele vlaggen: psychologisch bv. angstig
• Verwachtingen/hulpvraag/aanmeldingsvraag patiënt
• Oefenen, oefenen, oefenen: anamnese lijkt niet moeilijk maar is niet gemakkelijk
• Wat bevragen?
o Leeftijd en geslacht
o Werk en hobby: komt indirect er sprake bv. fysieke of bureaujob?
o Waarom de patiënt komt/hulpvraag
o Letselmechanisme (macro- of microtrauma)
o Onstaansmechanisme
7
, o Welke symptomen
o Waar en welke sensaties
o Type en kwaliteit van de pijn
o Intensiteit, duur en frequentie
o Provocatie & reductie door bewegingen/houdingen?
o Pijn in rust, 24u verloop (ontsteking?): belangrijk om te weten of er een ontsteking is bv.
reuma
o Verloop: progressief/fluctuerend/…
o Levensstijl (medicatie, roken, sedentair)
o Familiale voorgeschiedenis
o Medische voorgeschiedenis
o Eerdere behandelingen (therapietrouw, gele vlaggen,…)
o Medicatiegebruik
o …
1.3.2 INSPECTIE/OBSERVATIE
• Vanaf het moment dat de patiënt binnen komt/opstaat vanuit wachtzaal
• Algemene inspectie (gang, standafwijkingen, …) bv. hoe pakken ze hun spullen, manken,…
• Specifieke inspectie (atrofie, zwelling, kleur, …) bv. gewricht zelf bekijken
1.3.3 KLINISCH ONDERZOEK: BFO EN TO
• Doel = bevestigen of uitsluiten van hypothese
• Soorten:
o Basis-functie-onderzoek:
▪ Actief bv. kan de knie buigen?
▪ Passief
▪ Weerstand: therapeut geeft weerstand → heeft de patiënt pijn?
o Toegevoegd onderzoek
▪ Manual Muscle Testing (MMT)
▪ Toegevoegde testen (Trendlenburg: bekkentest, Empty can/full can: schoudertest,
voorste schuifladetest: kruisbanden…)
▪ Palpatie:
• Spanning
• Temperatuur
• Oedeem: zwelling
• Kleur
• Vorm en structuur (bv. droge huid)
• Pulsaties, fasciculaties (foutieve activiteit van spier), tremor (trillen van
gewricht)
• Verminderd gevoel
8
, 1.3.4 FUNCTIONEEL ONDERZOEK
• Functionele bewegingen (ADL) bv. sit-to-stands
• Functionele testing (FMS: functional movement systems)
→ gebruik je niet bij acute patiënten, wel om overbelastingsletsels eruit te halen
1.3.5 NEUROLOGISCH ONDERZOEK
• Sensorisch onderzoek bv. met monofilament punten aanraken en als de patiënt ja zegt voelt hij het
o Onderscheid tussen zenuwwortels uit wervelkolom of perifere zenuw
• Motorisch onderzoek
o Onderscheid tussen zenuwwortel uit wervelkolom en perifere zenuw die uitvalt
→ verlamming
• Reflexen:
o Hyporeflexief: te weinig reflex (perifeer)
o Hyperreflexief: te snel reflex (zenuwstelsel)
1.3.6.1 RX
• Röntgenbuis → röntgenstralen → door lichaam → naar detector → deze meet straling en zet om in
beelden
• Verschillende structuren (door verschillende dichtheden): licht → donker
o Metaal bv. fixatie naar breuk
o Bot
o Weke delen
o Water
o Vet
o Lucht
• Soorten RX:
o RX thorax: probleem t.h.v. longen (bv. klaplong), pleura: longen opentrekken (bv.
pneumothorax), borstbeen of ribben uitsluiten (bv. ribfracturen)
o RX botten/gewrichten: trauma/ziekte uitsluiten (bv. fracturen, tumor, artrose/artritis, …)
o RX abdomen: ziekte in de buik (bv. opstopping of perforatie)
o RX wervelkolom: traumatische letsels (bv. fracturen) of ziekte (degeneratieve veranderingen,
tumoren,…) uitsluiten
→ opnames meestal anteroposterieur (AP), posteroanterieur (PA) of lateraal
• Algemeen doel:
o Fracturen uitsluiten
o Zware pathologieën uitsluiten:
▪ Osteomyelitis (= botinfectie)
▪ Spondylitis ankylosans (= Bechterew)
▪ Tumoren
9
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laura-schellekens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.18. You're not tied to anything after your purchase.