100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting fysiologie ontwikkeling en voortplanting $10.89   Add to cart

Summary

Samenvatting fysiologie ontwikkeling en voortplanting

2 reviews
 153 views  9 purchases
  • Course
  • Institution

Geslaagd in eerste zit - 16/20. Volledige, uitgebreide cursus/samenvatting van het onderdeel fysiologie van ontwikkeling en voortplanting. Bevat alle informatie uit de slides van prof. Vriens, aangevuld met eigen notities en relevante schema's en foto's.

Preview 6 out of 35  pages

  • August 3, 2023
  • 35
  • 2022/2023
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: yentlsteurs • 6 months ago

reply-writer-avatar

By: Paracetamol123 • 6 months ago

Translated by Google

thank you:)

review-writer-avatar

By: katleendecraene • 6 months ago

reply-writer-avatar

By: Paracetamol123 • 6 months ago

Translated by Google

Thank you:)

avatar-seller
Samenvatting Fysiologie
Ontwikkeling en Voortplanting
Inhoudstafel
1. Niet-zwangere vrouw
a. Gonadotropinen
b. Follikels
c. Ovulatoire cyclus
i. Follikulaire fase
1. Rekrutering
2. SelecAe
3. Pre-ovulatoire follikel
ii. Luteale fase
1. Corpus luteum
2. Luteolyse
d. Androgenen
i. ProducAe
ii. ConcentraAe
iii. FuncAe
e. Lichamelijke veranderingen
i. Endometrium
ii. Myometrium
iii. Cervix
iv. Temperatuur
v. Libido
vi. Premenstrueel syndroom
f. Puberteit
i. Endrocrinologie
ii. Gevolgen
g. Oudere vrouw
i. Endrocrinologie
ii. Gevolgen
2. Zwangere vrouw
a. Endocrinologie
i. Humaan choriongonadotropine
ii. Progesteron
iii. Oestrogeen
iv. CorAcotropine-releasing hormoon
v. ProlacAne
vi. Humaan placentair lactogeen
vii. Groeihormoon
viii. Relaxine

, b. Lichamelijke veranderingen
i. Stofwisseling
1. Anabole fase
2. Katabole fase
ii. Ademhaling
iii. Nieren
1. Extracellulair volume
2. NierfuncAe
3. Afvoerkanalen
iv. Bloed
1. Plasma
2. Erytrocyten
3. Leukocyten
4. Bloedstelping
v. CirculaAe
1. Hart
2. Arteries
3. Venen
c. Arbeid
i. Beschrijving
ii. Mechanisme
1. Endocrinologie
2. Gevolgen
iii. Borstvoeding
1. Borstontwikkeling
2. MelkproducAe
a. Lactogenese I
b. Lactogenese II
c. Galactopoiese
3. EjecAe
3. Man
a. Androgenen
i. ProducAe
ii. ConcentraAe
iii. Werking
b. Spermatogenese
i. Regeling
ii. Temperatuur
c. Afvoer
i. Transport
ii. ErecAe
iii. EjaculaAe
d. Puberteit
i. Endocrinologie
ii. Gevolgen

,Niet-zwangere vrouw
A. Gonadotropinen
Gonadotropinen zijn hormonen die de gonaden stimuleren: luteïniserend hormoon LH en het
follikelstimulerend hormoon FSH. Ze worden vrijgezet in de adenohypofyse bij een stimulus
van GnRH.
In de hersenen zijn er 2 belangrijke regio’s: de GnRH neuronen hebben hun celbodies in de
nucleus praeopticus van de hypothalamus en gaan synaps vormen met de poortader in de
eminentia mediana. Dit is een belangrijk bloedvat want stroomt van de hypothalamus naar de
adenohypofyse. In de adenohypofyse bevinden zich gonadotropecellen (LH, FSH) en
lactotrope (prolactine) cellen.
Mechanisme:
KNDy-neuronen in de hypothalamus gaan sterk de GnRH neuronen reguleren. Dit doen ze
door Kisspeptines te secreteren in pulsen, samen met neurokinine B die de frequentie
verhoogt en dynorfine die de frequentie verlaagt. De KNDy neuronen bevatten receptoren
voor zowel neurokinine B als dynorfine. De cell bodies van KNDy-neuronen zijn gelegen in de
nucleus arcuatus. Kisspeptine laat GnRH-neuronen in de hypothalamus gonadotropine-
releasing hormoon (GnRH) in pulsen secreteren. GnRH laat gonadotrope cellen in de
adenohypofyse luteïniserend hormoon (LH) en follikelstimulerend hormoon (FSH) secreteren.
Pulsen om het uur stimuleren vooral de secretie van LH, en pulsen om de 4 uur de secretie
van FSH.
De negatieve en de positieve feedback door de ovaria worden later besproken. Stress door
een negatieve energiebalans (anorexia en atleten), voedseltekort of psychische stress en het
geven van borstvoeding inhiberen de GnRH-secretie zowel rechtstreeks als onrechtstreeks
door minder kisspeptinesecretie.



GnRH-neuron E KNDy-neuron


stress P

borstvoeding NKB Dyn

Kiss


GnRH gonadotrope cel


E inhibine

E LH FSH

, B. Follikels
Follikels zijn bolvormige structuren in de ovaria. Binnenin zal een eicel rijpen tijdens de
ovulatoire cyclus. Follikels worden in utero ontwikkeld vanaf 5 weken. Kenmerken: vorming
van gonadale ribbels, vorming van primordiale stamcellen en universele ontwikkeling tot
gonaden. Op het piekmoment (in utero) zijn er 7 miljoen follikelcellen aanwezig. Bij de
geboorte schieten er nog maar 2 miljoen over. De meeste follikels gaan kapot (atresie). Het
aantal follikels daalt daarom met de leeftijd: tijdens de puberteit schieten er maar 300.000
over, maandelijk zullen 20tal follikels rijpen. Rond de menopauze zijn alle follikels verdwenen.
De folliculogenese is de rijping van follikels doorheen verschillende stadia, er zijn 2 belangrijke
periodes te onderscheiden:

1. gonadotropine onafhankelijke preantrale follikel groei
A. Primordiale follikel. Een oöcyt met 1 laag granulosacellen. Ontstaan embryonaal in
het midden van de zwangerschap en blijven onveranderd gedurende 30-40 jaar. De
functie is van de pre-granulosacellen is ondersteunen van de eicelgroei en vorming van
een basale lamina.
B. Primair pre-antraal follikel. De eicel gaat een beschermende laag vormen door
secretie van glycoproteïnen: zona pellucida. Door de zona pellucida kan er maar één
zaadcel binnendringen en blijft de eicel beschermd tegen hormonale veranderingen
rondom zich. De granulosa cellen blijven eenlagig.
C. Secundair pre-antraal follikel. De eicel is omgeven door een zona pellucida en een
meerlagige laag granulosa cellen. Hierrond vormt zich een eenlagige laag thecacellen
(< fibroblasten die zich gaan differentiëren uit het bindweefsel). De basale lamina gaat
gevasculariseerd worden. De granulosacellen gaan toenemen in aantal en follikelvocht
secreteren -> ontstaan van holtes. De thecacellen worden tweelaging. Op het
oppervlak van de follikel komen er nu FSH receptoren tot expressie. Dit is belangrijk
voor de volgende fase van de folliculogenese. Follikelcellen die geen FSH receptor tot
expressie brengen, ondergaan atresie.
2. Gonadotropine afhankelijke antrale follikel groei
Voor de puberteit werden de GnRH-neuronen onderdrukt door neuropeptide Y. Door voeding
tijdens de puberteit wordt er meer vetweefsel opgeslagen -> leptine -> neuropeptide Y
inhiberen -> vrijzetting van GnRH. Vanaf de puberteit zijn er spontane GnRH golven, dit is
onafhankelijk van de ovariële cyclus. Vrijzetting van GnRH zal ervoor zorgen dat sommige
follikels gaan rijpen / andere niet -> verschillende stadia van follikels in de ovaria.
D. Antraal follikel. Bij een stijging van FSH oiv GnRH , zullen follikels gaan rijpen. We
krijgen de volriing van een antrum, gevuld met follikelvocht: voedings- en afvalstoffen
van granulosacellen. Vocht in het antrum zorgt ervoor dat eicel gemakkelijker kan
loskomen bij ovulatie.

, E. Pre-ovulatoire of Graafse follikel. Van alle rijpende follikels zal er maar 1 Graafs
follikel zijn. Granulosacellen gaan zich differentiëren:
- Anatrale granulosa cellen: LH receptor + steroid hormoon synthese -> corpus luteum
- Cumulus graulosa cellen: geen steroid homoon synthese -> weggekatapulteerd
Bij een piek in LH zal het oocyt de meiose I afwerken (eerste poollichaampje ontstaat).
De meeste follikelcellen zullen afsterven (atresie). De granulosacellen ondergaan
apoptose, de thecacellen differentiëren zich tot fibroblasten en het atrum zal
collaberen. Atresie treedt op wanneer [FSH] constant is of daalt.


C. Ovulatoire cyclus

1. Folliculaire fase
a) Rekrutering (dag 1 – 5)
De [LH] en [FSH] sAjgen, wat een verderzeken is van de sAjging op het einde van de vorige
cyclus. De sAjgende [FSH]…
- 20 preantrale follikels ontwikkelen tot 20 antrale follikels met een
holte gevuld met follikelvocht.
- Thecalaag: LH receptoren tot expressie. Binding van LH op deze
receptor zorgt voor aanmaak van androgenen in de thecacellen
vanuit cholesterol
- Granulosacellen: FSH receptor -> aromatase aanmaak ->
androgenen vanuit thecacellen worden gemetaboliseerd tot
oestrogenen. Ook aanmaak van inhibine -> celproliferaAe. De follikels secreteren
oestradiol en inhibine, waardoor hun concentraAes sAjgen.

b) Selec6e (dag 5-10)
Op dag 6 wordt 1 follikel dominant. Dit follikel zal verder rijpen tot een Graafs follikel. Het
geselecteerde follikel secreteert veel oestradiol en inhibine, waardoor er een verder sAjging
is van deze stoffen.
- De [LH]-sAjging van de rekruteringsfase zet zich verder.
- De [FSH] daalt omdat oestradiol en inhibine de secreAe van FSH inhiberen.
De 19 niet-geselecteerde follikels kunnen hun androgenen onvoldoende omzeken in
oestradiol. Die overmaat aan androgenen leidt tot hun atresie. De dominante follikel
ontsnapt aan de atresie owv 3 redenen:
- Grootste follikel: meeste granulosacellen -> meer FSH receptoren
- Meeste doorbloeding (meeste aanvoer van FSH)
Granulsoacellen beginnen LH-receptoren te exprimeren: binding van LH zal ook aromatase
aanmaken.

, c) Preovulatoire follikel
De dominante follikel groeit verder tot preovulatoire follikel en secreteert zeer veel
oestradiol en inhibine, tot op een maximale concentraAe. Een hoge [oestradiol] gedurende
50 uur…
1. verhoogt via posiAeve feedback het aantal GnRH-receptoren, en sAmuleert zo
de secreAe van LH en FSH.
2. verhoogt via posiAeve feedback op de KisspepAne neuronen de
vrijzepng van Kiss pepAnes. [LH] wordt hoger dan de [FSH] omdat de
pulsfrequenAe ondertussen opgelopen is tot 1 puls per uur, wat vooral de
secreAe van LH sAmuleert.

De hoge [LH] stimuleert de ovulatie:
- Meiose I afronden: Meiose I werd geïnhibeerd door cAMP van de cumulus
granulosacellen. Oiv FSH gaan deze granulosacellen loskomen waardoor deze inhibitie
stilvalt.
- Loskomen van de granulosacellen: cumuluscellen staan in voor de voeding van de
eicel. Oiv FSH gaan deze cellen loskomen en oiv LH krijgen we de ovulatie waarbij enkel
de eicel en omgevende granulosacellen overblijven.
- Luteïnisatie wordt gestart
- Follikel zal opgeblazen worden
o Follikelwand: afbraakenzymen -> follikelwand wordt dunner
o Wand ovarium: PGE2 worden vrijgezet waardoor meer stoffen worden
opgenomen in het follikel -> antrum wordt groter en spierwand rodn follikel
gaat samentrekken -> druk bouwt op -> follikel barst waarbij de oocyt met
cumuluscellen weggekatapuleerd worden. Wanneer de vrouw koortswerende
middelen (=COX inhibitoren) neemt zal de aanmaak van prostaglandines onderdrukt
worden. Hierdoor geraakt de ovulatie verstoord.
De geovuleerde producten = eicel en omringende cumuluscellen. De eicel komt in de eileider
terecht en kan hier 24 uur overleven. Functie van de cumuluscellen hierbij is:
- Opnemen van de eicel door de eileider (fimbria in de juiste positie brengen). Afdaling
van de eicel van eileider tot in de uterus gebeurt passief:
o Epitheel met cilia: concracties van cilia gereguleerd door PG+/ oestrogeen-
o Contracties van de eileider
- Aantrekking van zaadcellen (afscheiding chemo-attractant)
- Zaadcel-selectie (extra hindernis om de eicel te bereiken)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Paracetamol123. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.89. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75323 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.89  9x  sold
  • (2)
  Add to cart