Inleiding in het Publiek recht (IPU)
HBO – Rechten en SJD
blok 1.2
Europees recht: hoofdstuk 1 (behalve paragraaf 1.3), 2 en 3 (3.1 t/m 3.2 en paragraaf 3.4)
Strafrecht: hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5, 7, 8, 10 (paragraaf 10.4) en hoofdstuk 12 t/m 12.4
Staatsrecht: PDF staatsrecht begrepen, hoofdstuk 1 (1 t/m 1.7.2), hoofdstuk 5 (5.1 t/m 5.2.4,
5.2.9, 5.2.10, 5.3.7 , 5.5 t/m 5.5.6), hoofdstuk 6 (6.1 t/m 6.4.3 en 6.5)
Hoofdstuk 10 (10.1, 10.3 t/m 10.6 en 10.8)
Hoofdstuk 1 Europees Recht
Staten maken afspraken op grond van het internationale recht. De afspraken die staten op
basis van internationaal recht met elkaar maken wordt in een verdrag vastgesteld.
De overheid heeft staatssoevereiniteit: andere staten kunnen niet bepalen hoe Nederland
zijn regelgeving vormgeeft; deze macht ligt alleen bij de nationale overheid. Dit kan op 2
manieren worden beperkt:
- Vrijwillig overdragen: bijvoorbeeld aan een internationale organisatie
- Onvrijwillig worden beperkt: bijvoorbeeld als een staat wordt ingevallen door een
ander land en dat een ander land de macht overneemt (oorlog)
2 soorten internationale organisaties:
1. Gourvermentele organisaties
2. Non – gouvermentele organisaties
Gouvermentele organisaties: een samenwerkingsverband tussen staten. De oprichting van
zo’n organisaties gebeurt in een verdrag. Hierin vermelden de lidstaten de doelstellingen en
de middelen die de organisatie heeft om die doestellingen te bereiken. Staten kunnen bij het
oprichten van een organisatie kiezen of en hoeveel soevereiniteit ze afstaan aan deze
organisatie. Als lidstaten geen soevereiniteit afstaan, wordt de organisatie een
intergouvermentele organisatie genoemd. Als lidstaten wel beslissingsbevoegdheid afstaan
aan de organisatie, is er sprake van een supranationale organisatie. De EU is hier een
voorbeeld van. Een supranationale organisatie staat boven de lidstaten, terwijl een
intergouvermentele organisatie een samenwerking is tussen lidstaten. De lidstaten staan in
dat geval vrijwillig soevereiniteit af.
Non – gouvermentele organisaties: een groep personen hebben een onafhankelijke
organisatie ogpericht. Dit kan ook op nationaal niveau zijn ze hebben vaak een adviserende
rol.
De namen van de EU door de loop van de jaren heen: EGKS -> Euratom -> EEG -> EG en EU.
,2 verdragen zijn binnen de EU van kracht:
1. Verdrag betreffende de Europese Unie
2. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
Daarnaast is het Handvest van de grondrechten van de EU een belangrijk EU – verdrag.
2 instrumenten om doelstellingen te bereiken:
1. Strategie van negatieve integratie: uitvaardigen van verboden. ‘je mag niet…’
2. Positieve integratie: uitvaardigen van geboden. ‘je moet…’
De EU heeft primair als doel om vrede en welzijn in Europa te bewerkstellen. Het middel
hiervoor is economische integriteit.
De interne markt bestaat uit 3 onderdelen:
1. Regels op gebied van vrij verkeer (personen, goederen, diensten en kapitaal)
2. Verbod op staatssteun bijvoorbeeld subsidies
3. Mededingingsrecht: wanneer bedrijven afspraken met elkaar maken over de prijs die
ze voor hun product vragen, waardoor de concurrentie wordt beperkt en
consumenten te veel betalen. Dit heet kartelvorming en het misbruik maken van
machtspositie.
Nadelen interne markt:
- De overheid is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de nationale economie.
Doordat we in de EU een interne markt hebben, is de overheid niet vrij om elke
maatregel te nemen om de economie te stimuleren. Het beschermen van de
nationale economie (ook wel protectionisme genoemd) is nadelig voor de interne
markt.
- Concurrentie. Het risico dat grote bedrijven de economie gaan domineren. Ook wel
vermcdonaldisering genoemd. Nationale bedrijven moeten concurren met bedrijven
uit andere lidstaten en daarnaast afhankelijkheid.
, Hoofdstuk 2 Europees recht
De hoogste instelling binnen de EU is de Europese Raad. Hun sluiten verdagen.
Staatshoofden en regeringsleiders van lidstaten en de voorzitter van de Europese Commissie
hebben zitting in de Europese Raad. De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor
buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid is een lid van de Europese commissie, maar als het
over buitenlandse zaken en veiligheid gaat, neemt deze ook deel aan de werkzaamheden van
de Europese raad. De hoge vertegenwoordiger is ook 1 van de vicevoorzitters van de
commissie en neemt ook deel aan de vergadering van de Europese raad.
Taken van de Europese raad:
- Vergaderen hoofdlijnen Europees beleid door staatshoofden en regeringsleiders
- Verdragen opstellen/wijzigen
- Doelstellingen vaststellen
Unamiteit: dat alle lidstaten ervoor moeten stemmen, dit geldt voor verdagen.
De belangen van de EU worden behartigd door de Europese commissie. De verdragen
worden opgesteld door de Europese raad, maar de uitvoering ervan wordt overgelaten aan
de commissie, samen met de andere instellingen.
De Europese commissie bestaat uit een voorzitter en commissaris (soort van minister) met
een eigen directoraat – generaal (soort van ministerie). De commissaris voor buitenlandse
zaken wordt de hoge vertegenwoordiger genoemd. Hij moet ervoor zorgen dat er wetgeving
tot stand komt die het geheel belang dient.
Spitzenkandidaten: de commissievoorzitter wordt gekozen uit kandidaten die al voor aanvang
van de Europese parlementsverkiezingen door verschillende fracties in het Europees
parlement naar voren worden geschoven.
Taken en bevoegdheden van de Europese commissie:
- Wetgevende taak: VEU, VWEU en het Handvest vormen samen het primaire recht. Op
basis hiervan kan er secundair Europees recht worden aangenomen. Richtlijnen,
verordeningen, besluiten n aanbevelingen. De commissie moet dit uitwerken in
regelgeving. De commissie heeft hierbij het recht van initiatief, wat betekent dat de
commissie altijd de aangewezen instelling is om een wetsvoorstel in te dienen. De
wetgevende taak deelt de commissie met de Raad van de Europese unie en het
Europees parlement.
- Controlerende taak: de commissie controleert of de lidstaten zich houden aan de
wetgeving. Als dat niet zo is kan zij een verdragsschendingsprocedure staten bij het
hof van Justitie.
Ook controleert zij of bedrijven zich houden aan het Europees recht. Met name om
mededingingsregels.
- Uitvoerende taak:
1. voert de begroting uit
2. beheert programma’s
3. vertegenwoordigd de unie bij contacten met landen buiten de unie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sarah72011. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.07. You're not tied to anything after your purchase.