Fysiologie blok A thema 1.2 (GMO1.TH.1.217)
All documents for this subject (6)
Seller
Follow
Sabrinsaliii
Reviews received
Content preview
Fysiologie thema 1.2
2.1 & 2.2 Fysiologie basis
Cel: het kleinste onderdeel van een organisme dat alle genetische informatie van dat organisme
bevat.
Onderdeel van klein-groot Uitleg Voorbeeld
Atoom Kleinste stabiele bouwstenen
van de materie. Verbinden zich
met elkaar tot moleculen
Molecuul Functie van molecuul door zijn
speciale vorm gedefinieerd.
Cel (kleinste levende eenheid Vormen het cellulaire Hartspiercel
in het lichaam) organisatieniveau
Weefsel Bestaat uit cellen van hetzelfde Hartspierweefsel
type die samenwerken om een
specifieke functie uit te voeren
Orgaan Bestaat uit twee of meer Het hart
verschillende weefsels die
samenwerken om een
specifieke functie uit te voeren
Orgaanstelsel Organen werken samen Bloedvatenstelsel
Organismen Alle orgaanstelsels in het De mens
lichaam werken samen om het
leven en de gezondheid in
stand te houden
Cel onderdelen (blz. 72!!):
• Celmembraan (plasmembraam): scheidt celinhoud van zijn waterige omgeving, regelt het in-
en uitgaan van stoffen, bescherming gevoeligheid
• Cytosol: vloeistof waarin alle celorganellen (=onderdelen van de cel, kleine orgaantjes met
eigen functie) drijven en waarin de meeste metabole (=stofwisseling) processen
plaatsvinden. Verdeelt stoffen doormiddel van diffusie.
• Celkern/ nucleus: regulatie van het metabolisme, genetische materiaal, DNA en regulatie van
proteïnesynthese
• Centriolen: essentieel voor beweging van chromosomen tijdens de celdeling; organisatie van
microtubuli in het celskelet.
• Cytoskelet (celskelet): Netwerk van kleine vezels. Stevigheid en steun van de cel, beweging
van cellulaire structuren en stoffen
• Endoplasmatisch reticulum: synthese van secretieproducten, intracellulaire opslag en
transport. Ruw ER > modificeert (wijzigt) en verpakt nieuw gesynthetiseerde
(=samengevoegde) proteïnen en glad ER > synthetiseert (samenvoegen) lipiden (=vetten) en
koolhydraten.
• Mitochondriën: Bevat belangrijke metabole (=stofwisseling) enzymen. Produceren 95% van
de benodigde ATP (benzine van het lichaam) voor de cel. Energiefabrieken van de cel
• Lysosoom (blaasjes met spijsverteringsenzymen): intracellulaire verwijdering van
beschadigde organellen of pathogene micro-organismen
, • Golgi-complex (apparaat): opslag, wijziging en verpakking van secretieproducten en
lysosomale enzymen
• Microvilli: vergroting van celoppervlak waardoor absorptie (= opname van stoffen vanuit het
spijsverteringskanaal) extracellulaire stoffen beter verloopt
• Cilia (trilharen): beweging van stoffen over het celoppervlak
• Proteasomen: afbraak en recycling van beschadigde of abnormale intracellulaire proteïnen
• Ribosomen: proteïnesynthese, RNA (kopie DNA) > losse aminozuren aan elkaar te knoppen
tot een eiwit
• Peroxisomen: katabolisme (afbreken van grote moleculen in kleinere moleculen) van
vetzuren en andere organische verbindingen en neutralisatie van daarbij ontstane toxische
verbindingen
Intracellulair: binnen de cel
Extracellulair: buiten de cel
Osmose en diffusie
Osmose: proces waarbij watermoleculen over een membraan bewegen zodat de concentratie
opgeloste stoffen aan beide kanten gelijk is (water geen opgeloste stof!)
Osmose altijd via semipermeabele (= halfdoorlatend) membraan > water kan er doorheen, veel
opgeloste stoffen niet.
Osmotische waarde: mate waarin opgeloste stoffen aanwezig zijn in de vloeistof
• Hoge osmotische waarde > veel opgeloste stoffen
• Lage osmotische waarde > weinig opgeloste stoffen
Isotone omgeving: osmotische waarde binnen en buiten de cel gelijk (evenveel water erin als eruit)
Hypertone omgeving: osmotische waarde buiten de cel hoger dan binnen de cel (er gaat meer water
eruit)
Hypotone omgeving: osmotische waarde binnen de cel hoger dan buiten de cel (meer water de cel
in)
Plant:
Plasmolyse: krimpen van de cel door hypertone omgeving
Turgor: cel in hypotone omgeving, normale status van een plant cel (op zijn best)
Dierlijk cel (rode bloedcel):
In zijn beste staat op het moment als die in een isotone omgeving is
Verschrompelen: krimpen van de bloedcel door hypertone omgeving
Lysis: knappen van de cel door hypotone omgeving
Diffusie: proces waarbij een stof zich gelijk over een ruimte verdeeld (uiteindelijk overal evenveel in
de ruimte)
Kan zijn met:
• Vloeistof > opgeloste stof
• Lucht > gas
• Deeltjes > moleculen /atomen
Meer diffusie (bijv. roeren en meer hete lucht) > diffusiesnelheid wordt verhoogd
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Sabrinsaliii. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.54. You're not tied to anything after your purchase.