Het Actieve Bewegingsstelsel II: samenvatting partim myologie
41 views 0 purchase
Module
Het actieve bewegingsstelsel II (1056FBDDIE)
Institution
Universiteit Antwerpen (UA)
Samenvatting van het deel myologie van ‘Het Actieve Bewegingsstelsel II’ gegeven door Prof. Dr. C. van Ginneken in het 2e semester van de 2e bachelor Diergeneeskunde. In de samenvatting worden de overige kopspieren, spieren langsheen de wervelkolom, buikspieren, verbindingsspieren, spieren van ...
HET ACTIEVE
BEWEGINGSSTELSEL II
De spieren van het achterbeen
2e Bachelor DGK – Lessen door Prof. Dr. C. van Ginneken
,Inhoudsopgave
1
,Kopbewegers
De spieren van het asskelet zijn op te delen in de epiaxiale- en hypaxiale spieren. Epiaxiale spieren
liggen aan de dorsale zijde en zullen hoofd, hals en wervelkolom strekken. Hypaxiale spieren liggen
aan de ventrale zijde en zullen zorgen voor een buiging. De hypaxiale spieren zijn minder sterk
uitgebouwd. De epiaxiale spieren zijn verder nog onder te verdelen in 4 dieptelagen, zie verder.
Spieren langsheen de as zorgen voor een kromming/draaibeweging.
De spieren tussen schedel en eerste wervels worden de kopbewegers genoemd. Ze bewegen het
atlanto-occipitaal en atlanto-axiale gewricht. Enkel de onderstaande spieren moeten worden gekend.
Voor de overige kopbewegers zie ABS I.
DORSAAL - VENTRAAL
OVERZICHT
SPIER ONDERVERDELING ORIGO INSERTIE FUNCTIE
A) m. rectus capitis epiaxiale spier proc. spinosus axis squama occipitalis strekken hoofd
dorsalis major
B) m. rectus capitis epiaxiale spier tuberculum dorsale squama occipitalis strekken hoofd
dorsalis minor atlas
E) m. obliquus capitis epiaxiale spier craniale rand squama occipitalis - strekken hoofd
cranialis atlasvleugel - draaien hoofd
F) m. obliquus capitis epiaxiale spier lateraal proc. spinosus atlasvleugel - strekken hoofd
caudalis axis - draaien hoofd
C) m. rectus capitis hypaxiale spier atlasboog ventrale deel foramen buigen hoofd
ventralis magnum
D) m. rectus capitis hypaxiale spier arcus ventralis proc. paracondylaris - buigen hoofd
lateralis - draaien hoofd
G) m. longus capitis hypaxiale spier proc. transversus van ventrale rand foramen buigen hoofd
C3-C6 magnum
2
,Spieren langsheen wervelkolom
De spieren langs de wervelkolom worden onderverdeeld in een oppervlakkige-, intermediaire-,
diepe- en diepste laag. Hoe dieper de spieren liggen, hoe korter ze worden. De diepste laag is niet in
de colleges besproken en is zelfstudie.
Adductie = beweging naar de mediaanlijn toe
Abductie = beweging van de mediaanlijn af
Origo = beweegt niet bij contractie
Insertie = beweegt wel bij contractie
M. SPLENIUS
oppervlakkige laag
Meest oppervlakkig ligt de m. spenius die de ruimte tussen schoft, het achterhoofd en tussen het lig.
nuchae en de halswervels opvult. De m. splenius is gelegen onder het voorbeen en de
verbindingsspieren hiervan. De spier ligt wel oppervlakkig ten opzichte van de rugstrekkers.
REMINDER ABS I
De diepe fascie ter hoogte van de romp is de fascia thoracolumbalis. Deze fascie vormt het lig.
supraspinale dat gelegen is bovenop de spinaaluitsteeksels. Het lig. supraspinale gaat over in het lig.
nuchae ter hoogte van de halswervels. Tussen de twee delen van de m. trapezius komt een
bindweefselstrook voor die over de bovenrand van de scapula kruipt en aanhecht op het lig.
supraspinale. Dit is de uitwendige schoft-schouderband. Het lig. supraspinale geeft dus een fascia
thoracolumbalis af, die mediaal een fascia spinocostotransversalis afgeeft naar de rib en lateraal
een inwendige schoft-schouderband naar de binnenzijde van de scapula.
3
, ALGEMEEN
De m. splenius cervicis komt enkel voor bij het paard, is zeer zwak bij Ru. en afwezig bij Ca. Bij Ca.
komt het meest uitgesproken de m. splenius capitis voor met een insertie op het squama occipitalis.
KLINISCHE RELEVANTIE
Dressuurpaarden lopen veel met het hoofd en hals in een kromming. Door deze houding kan de m.
splenius in kramp schieten waardoor een ontstekingsreactie plaatsvindt. Het gevolg hiervan is een
stijve nek en het paard zal weigeren bewegingen uit te voeren. Het kan ook dat de spier aan een kant
verkrampt, in dat geval zal het dier niet meer naar de andere kant (want dan moet de spier
uitrekken) willen bewegen. Er zal sprake zijn van een m. splenius contractuur.
OVERZICHT
SPIER ORIGO INSERTIE FUNCTIE
m. splenius - fascia - proc. transversus - strekken hals
spinocostotransversaria cervicaalwervels - wenden hoofd
- proc. transversus - Ca.: squama occipitalis
thoracaalwervels
(overgang lig. nuchae naar
lig. supraspinale)
PAARD RUND CARNIVOOR
m. splenius cervicis x x (zwak)
m. splenius capitis x
4
, M. ILIOCOSTALIS + M. LONGISSIMUS
intermediaire laag
ALGEMEEN
De m. iliocostalis groep loopt van kop tot bekken en is deels onder de m. splenius gelegen. De groep
bestaat uit een m. iliocostalis lumborum (moeilijk terug te vinden, versmelt met de m. longissimus
lumborum), m. iliocostalis thoracis en de m. iliocostalis cervicis. De m. iliocostalis lumborum ligt het
meest lateraal.
De m. longissimus groep ligt ten opzichte van de m. iliocostalis mediaal en reikt verder: van schedel
tot bekkenregio. De groep is onder te verdelen in de m. longissimus lumborum et thoracis, m.
longissimus cervicis, m. longissimus capitis en de m. longissimus atlantis. De m. longissimus atlantis
zijn peesvezels afkomstig van het cervicis deel en is enkel bij Eq. goed te onderscheiden.
OVERZICHT I: M. ILIOCOSTALIS
SPIER ORIGO INSERTIE FUNCTIE
m. iliocostalis strekken hals
m. iliocostalis lumborum versmolten met m. versmolten met m.
longissimus lumborum longissimus lumborum
m. iliocostalis thoracis proc. transversus proximaal deel ribben
lendenwervels
m. iliocostalis cervicis proc. transversus proc. transversus laatste
thoracaalwervels cerviaalwervels
5
, OVERZICHT II: M. LONGISSIMUS
SPIER ORIGO INSERTIE FUNCTIE
m. longissimus strekken hals
m. longissimus lumborum - crista iliaca - proc. transversus
et thoracis - proc. spinosus - proc. mamillaris
lendenwervels - ribben
- proc. transversus
thoracaalwervels
m. longissimus cervicis proc. transversus proc. transversus
thoracaalwevels cerviaalwervels
m. longissimus atlantis proc. transversus T2-C4 via pees op alae atlantis
(atlasvleugel)
m. longissimus capitis proc. transversus T2-C4 via pees op proc.
mastoideus
PAARD RUND CARNIVOOR
m. longissimus lumborum x x x
thoracis
m. longissimus cervicis x x x
m. longissimus atlantis x zwak
m. longissimus capitis x x x
6
,M. SPINALIS + M. SEMISPINALIS + M. MULTIFIDUS
diepe laag
ALGEMEEN
De m. spinalis loopt van een eerste spinaaluitsteeksel naar de naastliggende met een uitloper naar
het derde spinaaluitsteeksel. De spier is ter hoogte van de thorax het meest aanwezig gezien de
grootste spinaaluitsteeksels zich daar bevinden. Bij paard is de spier het meest uitgebouwd, bij Ru.
en Ca. is de spier vaak versmolten met de m. semispinalis. Er zijn twee delen te onderscheiden, een
sterke m. spinalis thoracis en een zwakke m. spinalis cervicis.
De m. semispinalis loopt bij Eq. lateraal van de m. spinalis (cervicis). Er zijn drie delen te
onderscheiden: de m. semispinalis thoracis, m. semispinalis cervivis en m. semispinalis capitis. Die
laatste kan bij Eq. nog verder worden verdeelt in een m. biventer cervicis (dorsaal) en een m.
complexus (ventraal).
De m. multifidus heeft zijn naam te danken aan de meerdere spierbuikjes die van sacrum tot hals
voorkomen. Elk spiertje is kort en overbrugt 2 a 3 wervels. De spier wordt opgedeeld in een m.
multifidus lumborum, m. multifidus thoracis en m. multifidus cervicis. De m. multifidus cervicis is het
zwakste uitgebouwd.
OVERZICHT I: M. SPINALIS
SPIER ORIGO INSERTIE FUNCTIE
m. spinalis spinaaluitsteeksel spinaaluitsteeksel strekken hals
achterliggende wervel
m. spinalis thoracis
m. spinalis cervicis
PAARD RUND CARNIVOOR
m. spinalis thoracis x x x
m. spinalis cervivis x versmolten met m. versmolten met m.
7
, semispinalis semispinalis
OVERZICHT II: M. SEMISPINALIS
SPIER ORIGO INSERTIE FUNCTIE
m. semispinalis strekken hals
m. semispinalis thoracis proc. mammilaris proc. spinosus (ventrale
deel)
m. semispinalis cervicis zie m. spinalis
m. semispinalis capitis - lig. nuchae
- proc. spinosus
- proc. transversus
- os occipitale
PAARD RUND CARNIVOOR
m. semispinalis thoracis x x
m. semispinalis cervicis m. spinalis m. spinalis
m. semispinalis capitis onderverdeeld in m. brevis x x
cervicis en m. complexus
OVERZICHT III: M. MULTIFIDUS
SPIER ORIGO INSERTIE FUNCTIE
m. multifidus strekken hals
m. multifidus lumborum proc. spinosus proc. mammilaris (meer bijdrage draaibeweging
caudaal gelegen)
m. multifidus thoracis proc. spinosus proc. mammilaris (meer
caudaal gelegen)
m. multifidus cervicis tuber dorsale wervelboog van meer
caudaal gelegen
halswervels
8
, M. LONGUS COLLI + M. SCALENUS
hypaxiale spier
ALGEMEEN
De m. longus colli bestaat uit drie delen: m. longus colli capitis, m. longus colli cervicis en de m.
longus colli thoracis. De spierbuikjes van de m. longus colli cervicis en thoracis vormen samen een
soort ruit, doordat ze beide in de mediaanlijn samenkomen maar vanaf een ander beginpunt (zie
tekening).
De m. scalenus bestaat uit twee delen: de m. scalenus supracostalis die over de ribben loopt (-supra
= over, -costa = ribben) en de m. scalenus primae costa die onder de m. scalenus supracostalis ligt en
ter hoogte van de 1e rib stopt. De plexus brachialis ligt weer onder de m. scalenus en zal bij GHD naar
buiten treden door de m. scalenus primae costa, die daarmee in een ventraal en dorsaal deel wordt
gedeeld.
OVERZICHT I: M. LONGUS COLLI
SPIER ORIGO INSERTIE FUNCTIE
m. longus colli buiger hals
m. longus colli thoracis corpus vertebrae T1-T6 proc. transversus
m. longus colli cervicis proc. transversus C1-C4 craniaal op corpus
vertebrae cervicaalwervels
m. longus colli capitis
OVERZICHT II: M. SCALENUS
SPIER ORIGO INSERTIE FUNCTIE
m. scalenus buiger hals
m. scalenus primae costa C3-C6 eerste rib
m. scalenus supracostalis C4-C6 rib 2-4
PAARD RUND CARNIVOOR
m. scalenus primae costa x (dorsaal en ventraal deel) x (dorsaal en ventraal deel) x
9
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evavannieuwkoop. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $14.03. You're not tied to anything after your purchase.