Economie als wetenschap is de studie van de manier waarop samenlevingen hun schaarse
middelen beheren
De economische kringloop
De economie (als realiteit) bestaat uit miljoenen mensen die voortdurend allerlei activiteiten
uitoefenen: kopen; verkopen, werken, huren, produceren, enz. Deze economische agenten
staan in constante wisselwerking met elkaar en worden daarbij telkens geconfronteerd met
de noodzaak om keuzes te maken.
➔ economie als wetenschap is de leer over het maken van keuzes
➔ Elke keuze gaat gepaard met een bepaalde kost
◆ De opportuniteitskost van iets is wat je ervoor opgeeft om het te verwerven
(principe 2)
➔ Wanneer mensen economische keuzes maken, gaan zij dat in principe zo doen dat
de opbrengst van hun opofferingen maximaal is.
➔ Waarom keuzes? -> middelen zijn gelimiteerd
Ondernemingen produceren goederen en diensten, waartoe ze gebruik maken van inputs,
zoals arbeid, land en kapitaal (gebouwen en machines). Deze inputs worden ook
productiefactoren genoemd. Gezinnen zijn de eigenaars van de productiefactoren en
consumeren de goederen en diensten die de ondernemingen produceren.
,2 basisideeën van de economische kringloop:
- Economische agenten maken keuzes
- Ze staan in constante wisselwerking met elkaar
Principe 1: Trade-offs
Een traditionele trade-off van meer algemene aard waar een samenleving mee
geconfronteerd wordt, is het afwegen van efficiëntie (wat de samenleving maximaal kan
halen uit haar schaarse middelen) tegen billijkheid (de voordelen van die middelen worden
eerlijk verdeeld onder de leden van de desbetreffende samenleving)
Productiemogelijkheidscurve
- Geeft voor een economie de allocatie (verdeling/toewijzing) van de productiefactoren
en de daaruit voortvloeiende productieniveaus weer
- Is de grafische voorstelling van mogelijke outputcombinaties
- Een situatie wordt efficiënt genoemd indien een economie de maximale output
genereert, gegeven de beschikbare schaarse productiefactoren
- De productiemogelijkheidscurve illustreert zowel het principe van de trade-off als dit
van de opportuniteitskost
- Het vereenvoudigt het complexe economische gebeuren in die mate dat enkele
economische basisconcepten mooi kunnen worden verhelderd en geïllustreerd:
schaarste, efficiëntie, trade-off, opportuniteitskost, en economische groei
De wet van het afnemend marginaal product: de productiefactoren die het meest geschikt
zijn voor de meerproductie worden reeds gebruikt, en het overhevelen van bijkomende
middelen brengt slechts een beperkte extra output met zich mee. (zie hoofdstuk 10)
Principe 3: Marginale termen
Voorbeeld vliegtuigmaatschappij. Zolang een stand-by passagier meer betaalt dan de
marginale kost (wat deze ook is), is het voor een vliegtuigmaatschappij winstgevend deze
passagier toe te laten.
➔ Het denken in marginale termen is noodzakelijk om de impact van een beslissing te
kunnen doorgronden
Principe 4: Mensen reageren op stimulansen
Daar mensen beslissingen nemen door het vergelijken van kosten en opbrengsten, zal hun
gedrag mogelijk wijzigen als die kosten of die opbrengsten veranderen.
Principe 5: Markten vormen een goede organisatiewijze
In een markteconomie worden de beslissingen van centrale planorganen vervangen door
beslissingen van individuele ondernemingen en gezinnen. Ondernemingen beslissen wie ze
aanwerven en wat/hoeveel ze produceren. Gezinnen beslissen voor welke ondernemingen
ze werken en wat ze met hun inkomens kopen. Deze ondernemingen en gezinnen staat met
elkaar in wisselwerking op de markt, waar prijzen en het verdedigen van eigenbelang hun
beslissingen leiden.
Principe 6: De overheid kan de marktwerking verbeteren
,Er zijn in het algemeen twee redenen voor een overheid om tussen te komen in een
economie namelijk om het verbeteren van:
- Efficiëntie
- En/of billijkheid
Met andere woorden, de meeste overheidstussenkomsten zijn gericht op hetzij het
vergroten van de welvaartskoek, hetzij op het herverdelen ervan.
Mogelijke oorzaken van marktfalen (een situatie waar de markt er zelf niet in slaagt om
middelen efficiënt en/of billijk toe te wijzen)
- Externaliteiten: de positieve of negatieve impact van een actie ondernomen door
een economische actor op het welzijn van een omstaander, zonder dat deze hiervoor
wordt vergoed of hiervoor een vergoeding geeft.
- Marktmacht: die bepaalde economische agenten in sommige gevalligen kunnen
uitoefenen, waardoor ze een disproportionele invloed op de marktwerking hebben.
Dit potentieel om de marktwerking te beïnvloeden uit zich in de beïnvloeding door
een individu (of een beperkte groep mensen) van de marktprijs.
, HOOFDSTUK 2
DENKEN ALS EEN ECONOOM
Anders dan in de fysica moeilijk om experimenten uit te voeren in de economie. Daarom
wordt er vaak teruggegrepen naar gebeurtenissen uit het verleden.
Economische modellen: een vereenvoudigde weergave van bepaalde toestanden of
processen in de wereld, met de bedoeling deze beter te kunnen begrijpen.
Ceteris paribus-aanname: een vereenvoudiging, waarbij bepaalde variabelen op
kunstmatige wijze constant worden gehouden
Micro-economie: de studie van de manier waarop individuele gezinnen en ondernemingen
beslissingen nemen, en hoe zij op specifieke economische markten met elkaar in
wisselwerking staan.
Bv. Impact van bepaalde belastingen op consumptie of concurrentie op de eigen industrie.
Macro-economie: de studie van de fenomenen die betrekking hebben op de gehele
economie.
Bv. het effect van overheidsschuld op het nationaal product of de historische evolutie van
werkloosheid of inflatie.
➔ Nauw met elkaar verbonden. Het is onmogelijk om macro-economische
ontwikkelingen te begrijpen zonder oog te hebben voor de micro-economische
beslissingen die ermee gepaard gaan
Econoom als wetenschapper: tracht een situatie te verklaren
Econoom als beleidsadviseur: probeert te situatie te helpen verbeteren
Positieve uitspraken (“Minimumlonen kunnen werkloosheid veroorzaken”) zijn descriptief
en gaan over de wereld zoals deze is
Normatieve uitspraken (“De overheid zou de minimumloon moeten verhogen”) zijn
prescriptief en gaan over de wereld zoals deze zou moeten zijn.
Advies van economen is haast zelden eenduidig. Soms geven ze verschillende adviezen
omdat ze er verschillende waarden op na houden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller violetadonoso. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.