Inleiding in het recht
Wat is het recht?
Als jurist moet je weten:
- Waar je het recht vandaan haalt
- Of je te maken hebt met procesregels of inhoudelijke regels
- Over welk rechtsgebied het gaat
Bronnen van het recht:
- Wet
- Jurisprudentie: uitspraken van rechters
- Gewoonten
- Internationale verdragen of afspraken
Positieve recht = alle rechtsregels die nu gelden in NL
Indeling van het recht
Materieel recht = inhoud van het recht (rechten en plichten)
Formeel recht = handhaving van de rechten en plichten (procesrecht). Afwikkeling van
juridische situaties. Het procesrecht geeft het gevolg aan.
Andere indeling van het recht
Publiekrecht: verticale verhouding: overheid en burger. Waarborgt het algemeen belang
Staatsrecht grondwet
Bestuursrecht materieel: algemene wet bestuursrecht
Formeel: bestuursprocesrecht
Strafrecht materieel: wetboek van strafrecht
Formeel: wetboek van strafvordering
Volkenrecht: verdragen en besluiten
Privaatrecht: horizontale verhouding, individueel belang, tussen burger en burger
Materieel: Burgerlijk wetboek
- Personen- en familierecht
- Rechtspersonenrecht
- Vermogensrecht
Formeel: Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering (het procesrecht (R.V))
Natuurrecht: recht dat geldt voor iedereen, omdat het door de natuur is gegeven.
Tegenwoordig heeft dat geen rol van betekenis.
,De rechtsregels van het objectieve recht ordenen de verhoudingen tussen personen door
aan hen bevoegdheden en verplichtingen toe te kennen. Deze regels dienen ertoe om in de
concrete werkelijkheid steeds te worden toegepast zodra het in de regel beschreven geval
zich voordoet. De regel komt dan tot leven.
We verstaan bij het subjectief recht de bevoegdheid die iemand in een concreet geval aan
een regel van een objectief recht ontleent.
Betekenissen recht:
1. Een recht is een aan het objectieve recht ontleende individuele bevoegdheid.
2. Algemene regels (law = algemene regel (objectief)) (right (individuele bevoegdheid)
(subjectief))
Iedere individuele bevoegdheid die iemand jegens een ander of jegens alle anderen kan
doen moet berusten op een algemene regel. Is dat niet het geval, dan staat men juridisch
gezien met lege handen.
Welke rechtsregels behoren tot ons positieve recht?
Dat is dus als het in de wet staat. Niet al het geldende recht staat in de wet. Ook de rechter
vormt de rechtsregels (jurisprudentie)
Nationaal en internationaal recht
Soevereiniteit: elk land bepaalt zelf de omvang en de inhoud van zijn nationale rechtstelsel.
Deze regels gelden alleen in dit land + internationale regels
Volkenrecht is het deel van het internationaal recht dat regels bevat over het verkeer tussen
staten onderling en het verkeer tussen staten en volkenrechtelijke organisaties.
Het volkenrecht bestaat uit:
- Verdragen
o Verdragen tussen staten waarbij alleen de betreffende autoriteit wederzijdse
verplichtingen zijn aangegaan.
o Verdragen die ingrijpen in de soevereiniteit van de aangesloten staten. Het
gaat dan om verdragen met rechtsregels die rechtstreeks binnen de nationale
rechtsorde gelden (rechtstreekse werking)
Monistisch systeem (monisme): rechtsregels uit een verdrag kunnen
deel uitmaken van het nationale recht zonder dat eerst omzetting van
het nationale recht nodig is.
o Verdrag waarbij bevoegdheden tot wetgeving, bestuur en rechtspraak zijn
opgedragen aan een internationale organisatie. Deze heeft dan een eigen
rechtsorde.
Europese Unie
Europees recht: het geheel van rechtsregels afkomstig van de
EU.
In art. 94 Gw is bepaald dat internationale regel voorrang heeft
op een nationale regel. Het gaat dan om verdragsbepalingen
die voor iedereen kunnen gelden (mensenrechten EVRM)
o Besluiten van volkenrechtelijke organisaties
o Regels van gewoonterecht
, Staatrecht:
- Regels die betrekking hebben op de organisatie van de staat en zijn organen en op
de bevoegdheden van die organen
- Omvat de verhouding van de burgers tot de staat en de mogelijkheden die de burgers
hebben om invloed uit te oefenen op het functioneren van de diverse staatsorganen.
De grondrechten vormen een bijzondere categorie rechten die berusten op de gedachte dat
de mens meer is dan alleen onderdaan van een staat en dat de overheid dat heeft te
eerbiedigen.
De mens moet op een aantal essentiële levensgebieden autonoom en in vrijheid kunnen
leven. Door een evt. inmenging van de staat bieden de grondrechten bescherming.
Vrijheidsrechten:
- Vrijheid van godsdienst
- Vrijheid van meningsuiting
- Recht op eerbiediging: persoonlijke levenssfeer
Politieke rechten: zeggenschap over de samenstelling van de overheidsinstelling:
- Kiesrecht
- Recht openbaar ambt te bekleden
Sociale grondrechten: (tegenhanger vrijheidsrechten) (de overheid wordt verplicht om zich in
te zetten)
- Onderwijs
- Gezondheidszorg
- Sociale zekerheid
Organieke wet: een wet die nadere regels bevat: m.b.t een onderwerp
Het staatsrecht bestaat uit een aantal regels die geleidelijk in het parlementaire leven zijn
ontwikkeld en die niet in een wettelijke regeling zijn vastgesteld. Met name om de verhouding
tussen regering en parlement en om de gang van zaken bij de kabinetsformatie.
Het bestuursrecht (administratief recht)
- Overheid tot onderwerp/ burger
- Algemene wet bestuursrecht (Awb)
- Beschikking: besluit van een bestuursorgaan in een individueel geval. Deze geld voor
één persoon. Voorbeelden beschikkingen:
o Verlenen van een vergunning
o Opleggen belastingaanslag
o Verstrekken van een visum
o Toekennen van studiefinanciering
o Verstrekken van een ww-uitkering
o Toekennen van een diploma
o Afgifte van rijbewijs
Beschikking verleent vaak rechten, maar soms ook verplichtingen.
Materiële bestuursrecht houdt zich bezig met:
- De bevoegdheid van bestuursorganen tot het maken van beschikkingen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller celinedehaan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.39. You're not tied to anything after your purchase.