In deze samenvatting worden de werk-/responsiecolleges van Project EBP behandeld. (Deze colleges worden bepaald door middel van aangedragen onderwerpen vanuit de studenten, dus kan afwijken van jouw werk-/responsiecolleges). Hierin worden ook voorbeelden behandeld.
Daarnaast is de bijbehorende li...
SV colleges EBP
HC2
Variabele
variabele: eigenschap van persoon of object en elementen die je te weten wilt komen of die varieert (bij het
onderzoek zijn we nieuwsgierig naar ‘het onbekende’)
○ VB: hoe vaak gebruiken mensen gemiddeld ID-hulpmiddelen? → hier ben je nieuwsgierig naar, dus dit is je
variabele
LET OP: een variabele is variabel; het is voor jou onbekend en je wilt er meer over weten óf je het gaat variëren want je bent
nieuwsgierig naar verschillende soorten tandpasta of het verschil tussen man/vrouw
hoeveel variabele in een onderzoek: minstens één, want als je nergens nieuwsgierig naar bent hoef je ook geen
onderzoek te doen. Vaak 2 of meer variabelen.
○ 2 variabele: je onderzoekt het effect van het één op het andere
onafhankelijke variabele:
afhankelijke variabele: de uitkomst en dat wat je meet
○ VB: hoe veel cariës is er onder deze groep studenten? → hoeveelheid cariës = afhankelijke variabele, want hier
ben je in geïnteresseerd
►in PICO de O
onafhankelijke variabele: wat je manipuleert of waar je op selecteert/indeelt en dit is een voorspellende maat
○ VB: Verschil tussen hoeveelheid cariës bij mannen en vrouwen → geslacht = onafhankelijke variabele, zelf kun je
hier groepen in kiezen of een onderverdeling in maken
►in PICO de I en C (samen één variabele)
Oefeningen voor variabele
1. Welke soort tandenborstel zorgt voor betere plaqueverwijdering?
• onafhankelijke variabele: soort tandenborstel (je kunt zelf uitzoeken waarin je geïnteresseerd bent)
• afhankelijke variabele: hoeveelheid plaqueverwijdering
2. Scoren vragenstellers op het Nestor discussion board hoger op de toets dan niet vragenstellers?
• onafhankelijke variabele: vragenstellers t.o.v. niet-vragenstellers
• afhankelijke variabele: het uiteindelijke cijfer
3. Wat is het effect van aardbei op de witheid van mijn tanden?
• onafhankelijke variabele: IS ER NIET (want bij dit onderzoek is er niet in groepen verdeeld)
• afhankelijke variabele: witheid van tanden (schaal van geel naar wit)
4. Hebben studenten MZK lagere plaquescores dan studenten V&D?
• onafhankelijke variabele: studenten MZK t.o.v. studenten V&D
• afhankelijke variabele: plaquescore
Soorten variabelen die onderzoek ingewikkelder kunnen maken
confounders: hangen samen met afhankelijke en onafhankelijke variabelen en hebben effect op beiden, waardoor het
effect van het één op het ander kan vertekenen.
○ VB: als het zomer is wordt het warmer, dit zorgt ervoor dat de ijsjesverkoop omhoog gaat maar
ook dat er meer mensen geprikt worden door kwallen. Je kunt denken: meer ijsjes verkocht en meer
kwallenbeten, dus het aantal verkochte ijsjes heeft effect op het aantal kwallenbeten. Dit is een
onzinnige relatie en heeft niks met elkaar te maken. Het stijgen van beide variabelen komt door de
toename van de temperatuur. Het beïnvloedt de relatie tussen de twee dingen niet, maar ze gaan
wel allebei omhoog
○ VB: ouderdom leidt tot minder beweging en leidt tot meer missende elementen, maar minder
beweging zorgt er waarschijnlijk niet voor dat ouderen meer missende elementen hebben
, 2
effectmoderatoren: heeft effect op een relatie tussen twee dingen (en beïnvloedden het effect dat je onderzoekt)
○ VB: stel je bent ziek en dit kan effect hebben op een relatie die je met je partner hebt. Als
je daarnaast ook nog angstig bent om dood te gaan, dan vergroot dit de kans op een
moeizame relatie met je partner. Angst heeft niet persé effect op je ziekte en niet persé
effect op je relatie, maar doordat dit er bij komt en het de relatie beïnvloedt dan heeft het
wel effect.
Meetniveaus bij variabelen
soorten meetniveaus:
• categorisch: opgedeeld in categorieën en je kunt er niet goed meerekenen
• nominaal: geslacht, soorten honden (boxer, teckel, etc.)
• ordinaal als je categorieën kunt ordenen met een volgorde (VB: honden van klein naar groot &
opleidingsniveau)
• continue: je kunt er goed mee rekenen en je kunt er cijfers aan koppelen
• interval: je kunt het ordenen en de intervallen zijn van gelijke grootte (VB: temperatuur; van 1 naar 2
graden is een even groot verschil als van 2 naar 3 graden)
• ratio als er een betekenisvol nulpunt is (VB: percentage plaque; 0% is geen plaque, dus dit is een
betekenisvol nulpunt en als je 10% plaque hebt is er meer plaque aanwezig dan bij 0%)
Oefeningen met meetniveaus
1. variabele: plaquescore → meetniveau: ratio (want je hebt een nulpunt)
2. variabele: hoogst afgeronde opleiding (Havo/VWO/MBO/HBO/WO) → meetniveau: ordinaal (niet interval, want
er is geen betekenisvolle interval tussen
Havo en VWO)
3. variabele: tandpastamerk → meetniveau: nominaal (niet ordinaal, want je kunt het niet op volgorde zetten)
PICO
pico: hulpmiddel om onderzoeksvragen op te stellen die het effect van een interventie (onafhankelijke variabele) op een
uitkomst (afhankelijke variabele) willen meten (en verschillende groepen te vergelijken)
○ VB: wat voor tandenborstel heeft de beste uitkomst betreft plaquescore?
►is het één beter dan het ander?
VB: is de nieuwe beugel beter dan beugels die we al hebben
• I: nieuwe beugel
• C: beugels die we al hebben
►I & C zijn samen de onafhankelijke variabele (als er meerdere zijn, dan verwerk je de belangrijkste in PICO)
►O is de afhankelijke variabele
PICO-onderzoeksvraag: is er bij P verschil in O tussen condities I en C? (zinsconstructie kan verschillen)
○ VB: Is er bij mensen met diabetes verschil in plaquescore tussen of ze poetsen met of zonder fluoride?
voorbeelden PICO-vragen:
1. P: patiënten met extrinsiek verkleurde gebitselementen
I: zout (airflow)
C: polijsten met polijstpasta
O: vorming van verkleuringen
PICO: Is er bij behandeling met zout (airflow) bij patiënten met extrinsieke verkleuringen op de gebitselementen
verschil in vorming van verkleuringen in vergelijking met het polijsten met polijstpasta?
2. P: patiënten die een verstandskies laten trekken
I: rokers
vormen samen één variabele = rookstatus
C: niet rokers
O: wondontsteking
, 3
PICO: Is er bij patiënten die een verstandskies laten trekken verschil in frequentie van wondontsteking na de
ingreep tussen rokers en niet-rokers?
3. P: patiënten met teruggetrokken tandvlees
I: na gebitsreiniging
C: voor gebitsreiniging
O: gevoeligheid tanden
PICO: Is er bij patiënten met teruggetrokken tandvlees verschil in gevoeligheid van de tanden voor en na
gebitsreiniging?
4. P: tieners met orthodontistische apparatuur
I: elektrische tandenborstel
C: handtandenborstel
O: plaquescore
PICO: Is er bij tieners met orthodontistische apparatuur verschil in plaquescore tussen elektrische en
handtandenborstel?
PICO: Is er bij gezonde
volwassenen op het gebied van
hoeveelheid plaqueverwijdering verschil
tussen OR-PTB borstel en HFS-PTB
borstel?
Onderzoeksdesign
onderzoeksdesign: methode die onderzoekers gebruiken om onderzoek te doen
LET OP: verschillende onderzoeksdesign helpen onderzoekers verschillende soorten vragen te beantwoorden, dus de soort
vraag bepaalt welk onderzoeksdesign er wordt gebruikt
hoe weet je welk onderzoeksdesign er wordt gebruikt: staat vaak beschreven in methode of onder het kopje ‘research
design’ en herken eigenschappen van een onderzoek
soorten onderzoeksdesign:
• cross-sectioneel onderzoek/transversaal/dwarsdoorsnede; onderzoek dat je op één moment in tijd uitvoert, dus
wat is op dit moment de stand van zaken (vaak
survey)
○ VB: Er is een verband tussen cariës en leeftijd? → je kunt op dit moment kijken hoeveel gaatjes er per
leeftijd zijn (GEEN PICO-vraag, want geen onafhankelijke variabele)
○ VB: Is er een verband tussen aantal eetmomenten en pocketdiepte? → je kijkt op dit moment hoe veel
eetmomenten mensen hebben en wat de pocketdiepte is. (GEEN PICO-vraag, want geen onafhankelijke …)
►makkelijk en snel uit te voeren, geen sprake van uitval (want deelnemers hoeven maar één keer mee te
doen, maar je kunt geen uitspraken doen over oorzaak-gevolg relatie
• longitudinaal onderzoek/follow-up onderzoek; onderzoek waarbij data wordt verzameld over een langere
periode met meerdere meetmomenten
○ VB: Zijn mensen slimmer naarmate ze ouder worden? → IQ-test op meerdere leeftijden afnemen
○ VB: Wat is het effect van tandpasta x op het tandglazuur over een periode van 5 jaar? → je kunt patiënten
ieder jaar laten terugkomen, om te kijken hoe het met het tandglazuur is
► je kunt uitspraken doen over ontwikkeling (want je hebt meerdere meetmomenten), maar het duurt lang
en het is duur en er kan sprake zijn van uitval
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller biemans2610. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $15.20. You're not tied to anything after your purchase.