100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Celbiologie 5102CELB9Y (psychobiologie/biomedische wetenschappen) $6.71   Add to cart

Summary

Samenvatting Celbiologie 5102CELB9Y (psychobiologie/biomedische wetenschappen)

 13 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting Celbiologie 5102CELB9Y (psychobiologie/biomedische wetenschappen). Gegeven in het eerste jaar voor beiden modules met aantekeningen van colleges

Preview 4 out of 39  pages

  • August 13, 2023
  • 39
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Hoorcollege 1
6 maart 2023 – module 3
H11, H12, H13, H15

- Functies van ionenkanalen
- Lokalisatie van eiwitten in membraan
- Transport vesicles


Transport van ionen en metabolieten over membranen en elektrische eigenschappen membraan




Transporter = transporteren iets over het membraan
Kanalen = open gaten in membraan, die soms gereguleerd worden
Exchange eiwit = Na en K uitwisselen (alleen zoogdieren)

Ion concentratie binnen en buiten de cel verschilt:
Na+/Cl- ionen in de cel → weinig
Na+/Cl- ionen buiten de cel → veel
K+ ionen in de cel → veel
K+ ionen in de cel → weinig

Iets wat hydrofoob is kan door de lipide bilayer, hormonen ook.
Je hebt synthetische lipid bilayer en biologisch (uit cel), deze heeft grotere
permeabiliteit heeft voor ionen en water



Transporter eiwit kan opgeloste stof transporteren in
membraan. Kanaal is anders want het is permeabel

Transport → diffusie, passief en actief transport
Elektrochemische gradiënt → remt transport, begint transport
Komt door een ladingsverschil van ionen en dit kan ook als
energiebron dienen (drijvende kracht van transport)

, TRANSPORTER
Je hebt passief transport en actief transport
Als er een hoge conc is van een stof aan de ene kant dan is het
makkelijk naar de lage conc te diffunderen
Voor actief transport is energie nodig (tegen de conc in)


Actief transport:
1. ion gekoppeld transport = er is een gradiënt verschil en er
gaat 1 molecuul mee en de rest gaat tegen gradiënt in
Uniport = transport molecuul gaat er doorheen
Symport = transport molecuul + co-transport ion samen
Antiport = co-transport eruit en transport molecuul erin
2. ATP gedreven transport
3. licht gedreven transport



NA/K POMP
Transporter Na naar binnen een K naar buiten

Na gradiënt is nodig om glucose transport de cel mogelijk te
maken. Deze transporter noem je symporter. Zodra natrium
bindt kan glucose ook naar binnen. In de toekomst moeten die
Na weer naar buiten. Dit kost energie want voor iedere Na had
je 3 ATP nodig


IONKANALEN
Alleen het ion wat kan binden aan het kanaal kan erdoorheen
→ Selectiviteit

1. voltage gated
2. ligand-gated (buitenkant)
3. ligand-gated (binnenkant)
4. mechanically gated

In een gewoon neuron zit het vol met ionenkanalen


ACTIEPOTENTIAAL

Na gaat tegen de gradiënt in naar buiten
K gaat tegen de gradiënt in naar binnen
→ K lekt altijd langzaam de cel uit (hoog binnen, laag
buiten). Actief transport naar binnen van K herstelt balans

Netto positieve lading aan de buitenkant van de cel

Rust membraan potentiaal = meer kalium in de cel dan
buiten (negatief)

,Er zit ook heel veel Cl buiten dus hoe komt het dat de buitenkant positiever is dan binnenkant?
De negatief geladen moleculen is het cytoplasma zorgen ervoor dat Cl
wordt uitgebalanceerd (A-)

Buiten → veel Cl-, minder K+ en veel Na+ (+)
Binnen → veel A- en veel K+ en minder Na+ (-)


De Nerst vergelijking hangt af van conc ionen aan beiden kanten
→ Potentiaal over membraan berekenen

Neuronen zijn elektrisch stimuleer baar (exciteer baar)
Neuronen hebben een negatieve rustpotentiaal over celmembraan

Neuronen:




Na/K kanalen kunnen ook door elektrische stimuli open/dicht gaan
Als er een actiepotentiaal komt gaat het kanaal open en komt natrium de cel in
→ Verandering van membraan potentiaal

Degene die reageren op membraan potentiaal = natrium kanaal
Wanneer de potentiaal veranderd en de buitenkant meer – wordt, gaat het kanaal open →


Depolarisatie = wanneer de buitenkant van + naar – gaat en de binnenkant van – naar +




Natrium pomp heeft 3 stadia:
1. dicht
2. inactiveert
3. open

, Actiepotentiaal:
1. rustpotentiaal van -60mV en kalium lekt naar buiten, Na/K pomp
herstelt balans
2. wanneer er een membraan potentiaal aankomt, enkele Na
kanalen worden geactiveerd (Na naar binnen)
3. depolarisatie = boven -55mV worden alle natrium kanalen
opengezet, bereikt een piek
4. re-polarisatie = Na kanalen inactieve fase en K kanalen geactiveerd
(K naar buiten, meer – want + weg), bereikt bodem
5. hyperpolarisatie = wanneer de polarisatie terug naar -70mV gaat
6. Na/K pomp herstelt balans → rustpotentiaal



De actiepotentiaal verplaatst in 1 richting door
opeenvolgende activatie van natrium kanalen
en de de-activatie van deze kanalen. Als je 1
natrium kanaal activeert, dan wordt de vorige
geïnactiveerd.

Refractaire periode = bij -70mV,



Snelle sprongsgewijze actiepotentiaal beweging door myeline axonen. De actiepotentiaal negeert grote
delen van de axon. De ion kanalen zitten in knopen van Ranvier. Het actiepotentiaal zit in ion kanaal.

Als myeline niet on orde is → het signaal gaat niet goed bijv bij multiple sclerosis
(Myeline wordt langzaam afgebroken)


Actief transport van kanalen:
Optogenetica = kunstmatig stimuleren/inactiveren van neuronen. Licht-afhankelijke activatie van ion
kanalen voor signaal (natrium/chloride kanalen). Meestal doen neurotransmitters dit maar nu licht


Verschillende ion kanalen hebben overeenkomstige porievormende subunit topografie in de membraan
De aminozuurvolgorde bepaalt op er een natrium doorheen kan, of een calcium
Bij kanaalafwijking zorgt dit voor ziektes

Patch-clamp techniek = met een glazen pipet de stroom door een klein gedeelte van het membraan meten
Je zet pipet op een kanaal en meet de hoeveelheid ionen

Doorgeven van signaal:
Een axon eindigt ook op een cel (spier), klieren
1. actiepotentiaal komt in de presynaptische cel aan en de calcium kanalen worden geactiveerd.
2. Calcium wat naar binnen gaat fuseren met blaasjes met neurotransmitters.
3. Deze fuseren met het membraan en de neurotransmitters komen in de intracellulaire ruimte terecht
→ Post-synaptische cel (kunnen excitatoir of inhibitoir zijn voor minder hoge signaal)
4. daar beïnvloeden de neurotransmitters de receptoren (nieuwe actiepotentiaal maken)
5. natrium gaat de post-synaptische synaps in en hierdoor depolarisatie van synaps
6. Ca+ kanalen gaan open in post-synaptische synaps en de spier trekt samen/ myosine

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nummer34. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.71. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77858 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.71
  • (0)
  Add to cart