100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Neurofilosofie & Cognitieve Psychologie 5102NECP6Y (psychobiologie) $6.86
Add to cart

Summary

Samenvatting Neurofilosofie & Cognitieve Psychologie 5102NECP6Y (psychobiologie)

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting Neurofilosofie & Cognitieve Psychologie (5102NECP6Y) met aantekeningen van alle hoorcollege van psychobiologie. Gegeven in het eerste jaar

Preview 3 out of 24  pages

  • August 13, 2023
  • 24
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Cognitieve psychologie

Hoorcollege 1, H1 en H2
10 januari 2023

HOOFDSTUK 1
- Vergaren van info
- Opslaan
- Ophalen
- gebruiken om doel te bereiken

500 v Chr.
Plato = kennis is volmaakt voor geboorte maar wordt vergeten bij geboorte
Aristoteles = kennis door ervaring (eerste empirist)

17-19e eeuw
Empirisme = alle kennis uit ervaring
Associationisme = ideeën en herinneringen ontstaan door associaties

19e eeuw
Introspectionimse = basiselementen en deze kunnen met introspectie worden onderzocht.
Methode kent gebreken:
> Observeerder vertellen over hun ervaringen in experiment.
> Kan alleen met getraind persoon, geen kinderen
> Geen toegang tot elk cognitief proces.
> Geen toegang tot illusie.
> Interfereert met cognitief proces (je weet dat ze vragen hoe je oplost, je let erop)
Wilhelm Wundt > Uitvinden hoe de menselijke geest werkt op basis van experimenten


20e eeuw
Behaviorisme = je kan bewustzijn bestuderen. Alleen bestuderen wat kan worden geobserveerd. Relatie
tussen input en output en geen theorievorming over tussenliggende mentale processen
> alle mentale activiteit is te herleiden tot gedrag
> alle gedrag kan worden aangeleerd op basis van beloning
Skinner = taal wordt aangeleerd door beloning van goed taalgedrag

Noam Chomsky = het kind krijgt te weinig stimuli om de taal te leren
Kinderen leren taal zonder expliciet leersignaal omdat taal te complex is.
> hij was het niet eens met Skinner omdat je niet altijd beloningen geeft


Latent leren > het einde van behaviorisme
Zelfs zonder een beloning leren ratten het doolhof uit hun hoofd, hiervoor hebben ze geen eten nodig.
Tegen behaviorisme in.

Bezwaren tegen behaviorisme:
> Human factors = reactie op een input hangt af van stress, motivatie…. (menselijke factoren) die de
relatie doen wijzigen.
> Imprinting = niet alle gedrag is aangeleerd (moeder volgen na geboorte)
> Computer doet mentale taken van een mens

,Connectionisme = simuleren van cognitieve processen
Het neurale netwerk leert een cognitief proces correct uit te voeren


HOOFDSTUK 2
Perceptie = eigen ervaring van de wereld.

Sensatie > transformatie van energie naar hersengebied
Cognitie > gebruik van entale presentatie
Perceptie zit tussen deze 2 begrippen

Het inverse probleem = verschillende 3D vormen kunnen hetzelfde 2D beeld produceren
De externe wereld is 3D maar de projectie op retina is 2D

Bottom-up = zuivere transformatie van sensorische input naar een perceptie
Top-down = transformatie van sensorische input naar percept wordt beïnvloed door cognitieve factoren
(voorkennis, verwachtingen)

Waarschijnlijkheidsprincipe > de manier waarop een object gepercipieerd wordt, wordt bepaald door wat
het meest waarschijnlijke is door onze voorkennis.

Een percept wordt bepaald door:
> Likelihood, de onzekerheid
> Prior, de kennis over het percept voorafgaand aan de waarneming
> Beslissingsregel, interpretatie is afhankelijk van de taak


1. Pandemonium model
Verschillende cellen hebben verschillende functie
2. Prototype theorie
Een object wordt bepaald aan de hand van de gelijkenis met het beste exemplaar van die categorie
3. Recognition by components
Viewpoints invariant features om 3D te herkennen uit 2D informatie. Creatie van volumetrische
primitieven op basis van features. Alle objecten kunnen voorgesteld worden adhv een klein aantal
componenten, geometrische primitieven.
> objecten herkend op basis van geons die geconstructueerd zijn op basis van viewpoints

Imaged based herkenning = object herkennen door representatie van een aantal beperkte views van
object

Herkenning van visuele scenes
- gaat heel snel <250 ms
- ten koste van accuraatheid
Om meer accuraat perceptie te krijgen moeten we oogbewegingen maken
> bottom-up info (helderheid, kleur)
> top-down controle (in het echte leven wordt er minder gekeken naar een andere persoon in
vergelijking met een video

Sociale perceptie
Gezichten zijn speciaal en worden verwerkt in FFA
Syndroom van Capgrass > je herkent gezicht maar denkt dat iemand je moeder nadoet, dus hangt
herkenning niet alleen af van visuele systeem

, Hoorcollege 2
HOOFDSTUK 2
Interne aandacht = gericht op eigen gedachten, motivatie
Externe aandacht = gericht op uitwendige sensorische stimuli

Posner = aandachtssyteem is anatomisch te onderscheiden van andere functies
1. waarschuwende systeem
Om de staat van alertheid te bereiken. In de hersenstam projecteren op de cortex > norepinephrine
2. oriënterende systeem
Het selecteren van aandacht op het doel wat je hebt > acetylcholine.
Top-down: parietal cortex + FEF (dorsal)
Bottom-up: temporoparietaal junction + frontaal (ventral)
3. executieve systeem
Superviserend systeem dat bepaald waar aandacht naartoe gaat. Mediaal, frontaal, pariëtaal
gebieden. Gerelateerd aan de interne aandacht > dopamine.


Filtertheorieën:
Cocktailparty effect = proefpersonen krijgen verschillende spraakboodschappen op linker- en rechteroor.
Als we 1 oor schaduwen merken we geen verandering in het andere oor.

Theorie van vroege selectie = niet relevante info wordt tegengehouden voordat het verwerkt kan worden
Sensorisch geheugen: houdt gedurende korte tijd info vast die zintuigen bereikt.
Selectieve filter: slecht 1 informatiekanaal wordt doorgelaten
Kortetermijngeheugen: selecteert signaal uit sensorisch geheugen voor verwerking.

Theorie van late selectie = alle sensorische info ondergaat een belangrijke mate van perceptuele
verwerking

Attenuatietheorie = aandacht speelt een vroege rol bij perceptuele verwerking, maar de filter verzwakt de
sensorisch info in plaats van ze volledig te blokkeren.


Load of attention:
Vroege of late selectie is afhankelijk van workload. Het verwerken van aandacht van je niet opgericht bent
is afhankelijk van de middelen. (Taak is bij X links drukken, bij N rechts drukken).
Je moet echt gefocust zijn als er een hoge workload is en je de informatie goed moet filteren. Bij lage
workload heb je snellere responses op de stimuli.

Een distractor heeft meer effect bij een lage workload dan bij ene hoge. Omdat bij een hoge workload al
veel info moet gefilterd worden.

Bij lage workload > late selectie. Alles wordt verwerkt op distractor en daarna pas de verwerking
Hoge workload > vroege selectie. Minder interferentie en je gaat concentreren op wat je wilt verwerken.
Aandacht middelen beschikbaar > distractoren zullen verwerkt worden (=late selectie)
Geen aandacht middelen beschikbaar > distractoren niet verwerkt (=vroege selectie)


Resource theorie = beschikbare aandacht middelen verdelen over perceptuele input (where is wally?)
Zoomlens model: je kan het aandachtsveld groter of kleiner maken

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nummer34. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.86. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

54879 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.86
  • (0)
Add to cart
Added