100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Aardrijkskunde - Hoofdstuk 3 $5.74   Add to cart

Summary

Samenvatting Aardrijkskunde - Hoofdstuk 3

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Een samenvatting van het boek BuiteNLand van het 2e jaar op de middelbare school. Alles is in begrijpelijke taal uitgelegd en sluit perfect aan op het boek. Daarnaast is er ook een begrippenlijst toegevoegd, zodat je die meteen weet.

Preview 2 out of 5  pages

  • No
  • Hoofdstuk 3
  • August 13, 2023
  • 5
  • 2023/2024
  • Summary
  • Secondary school
  • 2
avatar-seller
Samenvatting Aardrijkskunde – Hoofdstuk 3

Paragraaf 2: De wereld van de grote stad
Wat is een stad?
In de middeleeuwen  Stad = Een plaats met stadsmuren
Vier kenmerken van een stad:
- Een bepaalde omvang
- Een hoge bevolking- en bebouwingsdichtheid, vaak met hoogbouw
- Een beroepsbevolking die vrijwel uitsluitend in de secundaire en tertiaire sector werkt
- Een groot aantal functies van het gebied rond de stad
Steden kun je indelen in:
- Megastad
- Wereldstad
- Hoofdstad
Megastad: Als er meer dan tien miljoen mensen in de stad wonen
Wereldstad (global city): Heeft veel inwoners én is een belangrijk centrum voor de wereld (op het
gebied van economie, cultuur en politiek)  Ze zijn vaak verbonden met andere wereldsteden
Hoofdstad: In een land de belangrijkste stad.
 Een stad kan ook onder al deze drie dingen vallen (bijv. Tokyo en Londen)

Hoe is de spreiding van grote steden?
Als veel rijke landen met elkaar verbonden zijn, vormen ze een stedelijk netwerk.
Ontwikkelingslanden hebben vaak één megastad  Dat heet een primate city.
Kenmerken primate city:
- Het is vaak de grootste stad van het land
- De tweede grootste stad is vaak veel kleiner
- Het is meestal de hoofdstad
- Het ligt meestal aan de kust  Niet centraal in het land
Doordat het niet centraal ligt  Verhuist de regering naar het binnenland.

Hoe kun je de spreiding van steden verklaren?
Kenmerken voor vestigingsplaatsfactoren:
- Kenmerken van het gebied waarin de stad ligt  Site.
Voorbeelden waar steden liggen:
 In vlakke, vruchtbare gebieden
 Langs rivieren
 Op kruispunten van handelswegen
 Aan de kust
 Vindsplaats van grondstoffen
- Kenmerken van de ligging van een plaats ten opzichte van andere plaatsen  Situation.
Voorbeelden van kenmerken van ligging:
 Vrij centraal in het land
 Een prima verbinding met andere steden
Situation  Kan in de loop van de tijd veranderen
In de moderne tijd  Is de situation belangrijker dan de site
Door globalisering  Is het belangrijk om op meerdere manieren bereikbaar te zijn

Steden in ontwikkelingslanden liggen aan de kust  Vormden een ‘doorgeefluik’ naar het achterland
Koloniale stad  Kleine, kronkelige straatjes (oude inlandse stadsdeel)
Brede, rechte straatjes (westerse deel)  Gebouwd door Europeanen
Koloniale dubbelstad: Een stad met een oud, inlands deel en een westers deel

, Paragraaf 3: Steden in verandering
Hoe verandert het stedelijk patroon?
Verstedelijkingsgraad: Hier kun je zien welk percentage van de bevolking in steden woont.
Rijke landen:
- Ze zijn sterk verstedelijkt
- De stadsbevolking neemt nauwelijks meer toe
- Mensen en bedrijven verhuizen naar plaatsen rond de stad  Suburbanisatie
 Zo vervaagd de grens tussen platteland en stad
Rond grote steden vind je een brede overgangszone  Stedelijke functies (woonwijken,
bedrijventerreinen, grote winkelcentra) en meer landelijke, agrarische functies komen voor
Re-urbanisatie: Het proces waarbij de uittocht uit de wordt gestopt en de stad weer groeit.

Snelle stedelijke groei vindt plaats in ontwikkelingslanden  Want ze trekken naar de stad
De verstedelijking  richt zich vaak op de primate city (hier zit de regering, meeste industrie en
diensten, beste voorzieningen)
Gevolg: De helft van het land woont in de primate city
Reden dat de stadsbevolking snel groeit in ontwikkelingslanden:
- Door het grote vestigingsoverschot
- Door de natuurlijke groei (mensen die geboren worden)

Opbouw en verandering in de westerse stad
Volgorde opbouw stad (buiten naar binnen):
1. Suburbs (mensen met hoog inkomen)
2. Gigantische schopping mall (vaak in de buurt van nieuwe kantoor- en bedrijventerreinen)
3. Oudere woonwijken/getto’s (probleemwijken) = hoge bevolkingsdichtheid, mensen uit lage
inkomensgroepen  immigranten
Industrie en werkgelegenheden  Verplaatst naar goed bereikbare bedrijventerreinen
Gentrification: Oude panden die worden opgeknapt en omgebouwd tot woningen voor rijke
stedelingen

Centrum  Bevat vaak hoogbouw
CBD: Central Business District. Het hoogbouw is tegenwoordig het zakencentrum.
Door hoge grondprijzen is het duur om er te wonen  Daarom bouwen ze maar in de hoogte
Hoogbouw  Vind je vaak terug in westerse steden
Historisch centrum  Vind je vaak in Europese steden
Amsterdam:
- Geen plek voor modern CBD in het centrum  Ze verhuizen naar de rand van het centrum,
op goed bereikbare plaatsen

Opbouw en verandering in de niet-westerse stad
Megastad in arm land: Je kunt er geen touw aan vastknopen. Er is geen structuur, omdat er geen
planning was en de steden razendsnel zijn gegroeid.
Wat hebben de megasteden:
- Eén of meer zakencentra. Het CBD gaat steeds meer lijken op het zakencentrum in rijke
landen (hoogbouw). Het historische centrum en de oude woonwijken moeten hiervoor
plaatsmaken.
- De industrieterreinen liggen verspreid (soms nog vlakbij het centrum).
- Woonwijken van rijken en villa’s liggen achter zwaarbewaakte hekken.
- Krottenwijken in de open ruimte  Vaak op plaatsen waar rijken niet willen wonen.
Redenen waarom rijke mensen er niet willen wonen:
- Te gevaarlijk (steile hellingen, langs een spoorlijn)
- Het stinkt (een fabriek of vuilnisbelt)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cradstake. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.74. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73314 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.74
  • (0)
  Add to cart