100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting AFPF KT5 I Jaar 2 I behaald met een 8.1 $6.54   Add to cart

Summary

Samenvatting AFPF KT5 I Jaar 2 I behaald met een 8.1

 13 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

In dit document vindt je alle benodigde informatie voor het onderdeel AFPF in KT5. Dit document kan gebruikt worden tijdens KT4/5 en 6. Wanneer je dit goed doorleest/leert is de kans op een goed cijfer groot, Succes!

Preview 4 out of 34  pages

  • August 15, 2023
  • 34
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
AFPF
Een spoedoperatie wordt vaak uitgevoerd als de buikpijn een gevolg blijkt te zijn van een afsluiting
van het maag-darmkanaal, een geperforeerd orgaan of een abces (met pus gevulde infectiehaard)

Peritonitis: ontsteking en meestal infectie van de buikholte en van het buikvlies.

Oorzaak:
- Vaak een infectie die zich verspreid vanuit een geïnfecteerd orgaan in de buikholte.
Veelvoorkomende bronnen van infectie zijn perforaties van de maag, darm, galblaas,
alvleesklier+ of blinde darm. Ook kan de infectie zich via het bloed vanuit andere delen van
het lichaam verspreiden. Het peritoneum (vlies dat de buikholte en buikorganen bekleed) is
opmerkelijk bestand tegen infecties. Peritonitis breidt zich niet uit tenzij de verontreiniging
voortduurt.
- Bij seksueel actieve vrouwen is pelvic inflammatory disease een veel voorkomende oorzaak
van peritonitis. Een infectie van de baarmoeder en de eileiders, veroorzaakt door
verscheidenen type bacteriën.
- Ook kan peritonitis ontstaan na een operatie, beschadiging van bepaalde organen kunnen
het lekken van bacteriën naar de buikholte tot gevolg hebben. Ook peritoneale dialyse
(behandeling van nierinsufficiëntie) kan vrij vaak een oorzaak zijn of het binnendringen via
drains.
- Peritonitis kan ook het gevolg zijn van irritatie van buikorganen zonder enige vorm van
infectie.
- Spontane peritonitis treedt op bij mensen met een vochtophoping in de buik (ascites)
- Buitenbaarmoederlijke zwangerschap
Diagnose:
Een snelle diagnose is erg belangrijk! Er worden röntgenopnamen gemaakt met de patiënt in een
liggende en staande positie. Hierop kan vrij gas in de buikholte worden waargenomen, een
aanwijzing naar peritonitis.

Soms wordt er met een naald vocht uit de buikholte gezogen zodat dit in het laboratorium kan
worden onderzocht op infectieuze organismen en hier worden ze geïdentificeerd. Ook kan het
resistentiepatroon tegen diverse antibiotica worden opgespoord, deze procedure is relatief
eenvoudig en word uitgevoerd terwijl de patiënt recht opzit of in bed ligt

Operatief onderzoek blijft wel de meest betrouwbare diagnostische methode.

Symptomen:
 Braken
 Koorts
 Gevoeligheid van de buik
- Andere symptomen zijn afhankelijk van het feit of de infectie volgt op een ontsteking en van
het soort infectie en de mate waarin deze zich heeft verspreid
Complicaties die kunnen ontstaan zijn:
Ontstaan van abcessen, afsluiting van de darm, stoppen van peristaltiek, lekker van vocht uit de
bloedbaan in de buikholte, gevolg hiervan is ernstige uitdroging en verlies van elektrolyten.
Hieruit kunnen ernstige complicaties volgen zoals long, - nier, - of leverinsufficiëntie en
gegeneraliseerde stollingsstoornissen, shock




1

,Behandeling:
- vaak wordt meteen overgegaan tot operatief onderzoek, vooral als er mogelijk sprake is van
een blindedarmontsteking, een geperforeerde ulcus pepticum of diverticulitis.
- Wanneer er sprake is van acute pancreatitis, pelvic inflammatory disease bij vrouwen of
spontane peritonitis wordt vermoed wordt meestal geen spoedoperatie uitgevoerd.
- Er wordt onmiddellijk antibiotica toegediend, vaak verschillende middelen tegelijk.
- Mogelijk wordt ook via de neus een slang in de maag of darm gebracht om vocht en gas af te
voeren.
- Daarnaast kunnen intraveneus vocht en elektrolyten toegediend ter compensatie van wat
verloren is gegaan.

Pre-operatief onderzoek:
Dit heeft als doel het zo optimaal en veilig mogelijk late verlopen van de anesthesie bij de
voorgenomen ingreep, zo wordt bijvoorbeeld de gezondheidstoestand van de patiënt onderzocht.
Dit onderzoek wordt verricht om de conditie van de patiënt en het anesthesierisico vast te stellen. De
complicaties die na anesthesie ontstaan worden voor een groot deel bepaald door de lichamelijk en
psychische toestand van de patiënt. Door het verbeteren van de conditie kan het risico verkleind
worden. Dit onderzoek wordt vaak poliklinisch gedaan.

Alleen bij patiënt die een acute operatie ondergaan of al zijn opgenomen wordt dit in het ziekenhuis
gedaan. Dit onderzoek blijft 6 tot 9 maanden geldig en word meestal uitgevoerd door een
anesthesiologisch.

De basis van het onderzoek is een anamnese en een lichamelijk onderzoek, aanvullend onderzoek
wordt alleen uitgevoerd als hier indicatie voor is.

Bij de anamnese zijn de belangrijkste aandachtspunten:
 Bestaande ziektes en aangeboren afwijkingen, hierbij wordt vooral aandacht besteed aan het
hart- en vaatstelsel, de longen, de luchtwegen en stollingsproblemen
 In verband met mogelijke geneesmiddeleninteractie wordt er gevraagd naar roken,
medicijnen, alcohol en drugs
 Er wordt gevraagd naar allergieën
 Inspanningstolerantie
 Eerdere reacties op anesthesie en vreemde reacties op anesthesie in de familie

Het lichamelijk onderzoek bestaat uit:
 Hart en longen (symptomen van decompensatio cordis en ontsteking van longen)
 In verband met mogelijke intubatie wordt aandacht besteed aan de mond- keelholte en aan
de status van het gebit
 Bij operatie onder regionale anesthesie (spinaal of epiduraal), word de rug onderzocht en
word gekeken naar de bewegelijkheid van de wervels en eventuele lokale infecties

Een risico-inschatting bij een operatie wordt gemaakt aan de hand van de ASA-classificatie
ASA I Patiënt in goede gezondheid
ASA II Patiënt met een lichte aandoening, die geen invloed heeft
op zijn dagelijks functioneren. Bijv. lichte hypertensie die
goed onder controle is met medicijnen
ASA III Patiënt met een ernstige aandoening, die wel invloed
heeft op zijn dagelijks
functioneren. Bijvoorbeeld ernstige diabetes mellitus met
hart- en vaatproblemen
ASA IV Patiënt met ernstige preoperatieve
gezondheidsproblemen. De patiënt heeft


2

, een aandoening (hart, lever-of nierfalen) die levensgevaar
oplevert bij operatie
ASA V Patiënt met zeer ernstige preoperatieve
gezondheidsproblemen. De patiënt
heeft met of zonder operatie een grote kans om te
overlijden (bijvoorbeeld
een patiënt met een aneurysmaruptuur)



Wanneer aanvullend onderzoek en wat dan?
 Stollingsonderzoek bij een stollingsstoornis of gebruik van antistollingsmiddelen
 Bij de kans op een bloedtransfusie wordt de bloedgroep en resusfactor bepaald
 Thoraxfoto wanneer er na anamnese of lichamelijk onderzoek verdenking is op longziekte,
decompensatio cordis of als de operatie in de borstholte plaats vindt.
 Bij patiënten boven de 60 wordt standaard ecg gemaakt of bij andere mensen met
hypertensie, diabetes, kortademigheid of oedeem aan benen.
 Bij afwijkingen wordt gekeken of het wenselijk is een patiënt door een medisch specialist te
laten onderzoeken zoals een cardioloog

Operatierisico’s zijn:
- Roken (dit neemt pas af na 8 weken niet roken) hierdoor neemt slijmvorming toe en
ophoesten ervan af, dit leidt tot obstructie van de luchtwegen.
- Alcoholmisbruik (wanneer 5 eenheden per dag wordt genomen) is een operatierisico, dit
neemt af als er een maand voor de operatie wordt gestopt.

Voorbereiding op de operatie:
Als onderdeel van het pre-operatief onderzoek wordt er voorlichting gegeven over de ingreep, de
anesthesietechniek, de risico’s en mogelijke complicaties en instructies. Ook moet de patiënt
toestemming geven ook worden er afspraken gemaakt met betrekking tot het nuchter zijn, de
medicatie en de premedicatie.
Voor de operatie moet de patiënt zich douchen of wassen, make-up, nagellak, piercings, sieraden,
protheses of brillen verwijderen. Eerder moest het operatiegebied ook worden geschoren maar het
achterblijven van sneetjes vormt eerder een vergroot risico op infecties, daarom gebeurt dit nu
alleen nogal het noodzakelijk is voor operatie technische redenen
Voor de operatie begint is het van belang dat de verpleegkundige zorg dat de patiënt goed
(uit)geplast heeft, een tot twee uur voor de operatie krijgt de patiënt premedicatie, hierna krijgt de
patiënt operatiekleding aan en word vervolgens naar het operatiecomplex gebracht.

de chirurg, arts-assistent en operatieassistent hebben schone operatiekleding aan, het haar wordt
bedekt met een operatiemuts en er wordt een mondkapje gedragen, vervolgens starten zij met het
wassen van de handen en onderarmen.

Als de patiënt op de OK is aangekomen worden de patiëntgegevens gecontroleerd en de zijde waar
aan wordt geopereerd, de patiënt wordt aangesloten op de standaardbewaking zoals ECG,
pulsoxymeter en bloeddrukmeter ook wordt er een intraveneuze toegangsweg aangelegd, het
gebied van operatie wordt gedesinfecteerd en de rest van het lichaam wordt afgedekt.

Aandachtspunten recovery:
Na een ingreep gaan patiënten naar de IC, medium care of een 24-uurs recovery. De behandeltijd op
de recovery is maximaal 24 uur, wanneer de patiënt hierna nog onvoldoende is hersteld gaat hij naar
de IC. Aandacht voor ventilatie is meestal van groot belang omdat de patiënt vaak net uit narcose
wordt geleid, na aankomst op recovery wordt meteen zuurstof toegediend doormiddel van een


3

, neussonde of masker. Ook wordt de ECG, bloeddruk ademhalingsfrequentie en zuurstofsaturatie
gecontroleerd.
Er wordt specifiek gelet op de ademhalingsfrequentie omdat er bij opiatengebruik ademdepressie
kan optreden.
Wanneer de patiënt bij bewustzijn is wordt de VAS-score bepaald en word er vaak een aldrete-score
voor het bewustzijn gebruikt, voor het ontslag uit de recovery moet de totale score tenminste 9 zijn.
Bij regionale anesthesie wordt gelet op of het gevoel in de benen terugkomt, ook wordt gekeken
naar de ligging van de benen zodat tijdig kan worden begonnen met pijnbestrijding wanneer het
gevoel terugkomt.

premedicatie:
premedicatie wordt bij moderne anesthesie niet meer noodzakelijk als medische reden maar word
vaak gegeven voor; angstvermindering, sedatie, amnesie, vermindering van pre-operatieve pijn en
verminderen van de kans op aspiratie van zure maaginhoud. Het wordt voornamelijk gegeven om de
patiënt rustiger, ontspannen te maken.

De volgende medicijnen kunnen worden ingezet als premedicatie:
- Benzodiazepinen: Diazepam, Lorazepam, Midazolam
- Opiaten
- Anticholinergica: atropine, scopolamine
- Medicatie ter vermindering van de kans op aspiratie van zure maaginhoud

Deze medicatie moet op een adequaat tijdstip worden toegediend, dit wordt vaak op een vast tijdstip
afgesproken of na een telefonisch verzoek van de OK

Benzodiazepinen: dit heeft als effect:
- Angstreductie (remming van limbisch systeem)
- Kalmerende werking (sedatie)
- Amnesie (herinnering aan mogelijk onaangename ingreep gaan verloren)
- Anti-epileptische eigenschappen
- Enige spierverslapping
Dit is dus geen pijnstillend middel en kan zelfs een tegengestelde werking hebben zoals rusteloosheid
of zelfs delirium

Profylaxe: maatregel of medicijn die kan worden genomen ter preventie

De volgende operaties en aandoeningen geven een verhoogde kans op diep-veneuze trombose:
-Grote abdominale -orthopedische operaties
-hoge leeftijd -vetzucht (obesitas)
-spataderen (varices) - kwaadaardige tumoren
-voorgeschiedenis met trombose - kraambed
-trauma -hartinfarct/decompensatio cordis
-bypass operatie/klepoperaties
Patiënten met deze aandoeningen komen in aanmerking voor profylaxe.

Heparine: voor onmiddellijke tromboseprofylaxe wordt gebruik gemaakt van een laag moleculair
gewicht heparine (LMWH) bij een matig trombose risico (algemeen chirurgie) krijgt de patiënt 1 tot 2
uur voor de ingreep subcutaan LMWH toegediend, gevolgd door ’s ochtends gedurende 5 tot 7
dagen na de operatie tot mobilisatie is bereikt.
Bij een hoog risico (orthopedische operaties) krijgt de patiënt de avond voor de operatie LMWH
toegediend, daarna ’s avonds gedurende 5 tot 7 dagen of tot volledige mobilisatie, vaak wordt het bij
hoog risico nog doorgezet gedurende 6 weken tot 3 maanden.

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller riannekil. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.54. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75323 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.54  1x  sold
  • (0)
  Add to cart