HC 3 – Herontdekking en ontwikkeling van het Romeinse recht in West-Europa
Slide 51
Wanneer we in de 5de eeuw nC zijn beland, is de situatie ondertussen geheel anders. Formeel is het rijk
nog steeds vrij groot, al zie je dat er aan de randen van alles afgeknabbeld is. Het grote probleem is met
name dat de grensgebieden in wat nu Oost-Europa is, dat die te schaars bewoond zijn om ervoor te
zorgen dat de aanvallen van wilde Germanenstammen van erbuiten goed tegengehouden kunnen worden.
Slide 52
Dan is er een keizer in de 3de eeuw nC die iets heeft van “Als we ze toch niet kunnen tegenhouden,
kunnen we ze dan geen rol geven binnen ons keizerrijk die ervoor zorgt dat we vervolgens een stukje
veiliger zijn?”. Wat deed hij? Hij vroeg aan bepaalde van die binnenvallende stammen om in die
grensstreken zich te komen vestigen onder de voorwaarde dat zij die grenzen zullen verdedigen tegen
invallen van de overige stammen.
Wat hebben deze stammen gedaan? Voor een jurist is het interessant om te weten dat zij hun eigen recht
meebrachten. Want die Constitutio Antoniniana uit 212 nC was een eenmalige actie die aan allen die op
dat moment in het rijk woonachtig waren het Romeins burgerrecht verschafte. Wie daarna in het rijk
kwam, behield gewoon opnieuw zijn eigen rechtssysteem en werd niet automatisch Romeins burger.
Al heel snel zaten deze bondgenoten niet alleen aan de grenzen, maar werd er ook onder hen gerekruteerd
specifiek om de keizer te beschermen. Dit wil zeggen dat de praetoriaanse garde op een bepaald moment
geheel uit Germanen bestond. Als je als heerser afhankelijk bent voor het voortbestaan van je
heerserschap van een stelletje militairen, dan gaan die militairen op een bepaald moment dicteren wie de
volgende heerser wordt, hetgeen gebeurde. Dus eigenlijk de gehele 5de eeuw waren het de Germanen van
de praetoriaanse garde die bepaalden wie de volgende keizer werd. En die hadden ze ook helemaal in de
zak. Het was hun marionet.
Tot uiteindelijk de laatste keizer van het WRR (285 is het jaar van de administratieve verdeling van het
Romeinse Rijk in een oost- en westdeel), zijnde Romulus Augustus. Die is afgetreden en vervolgens is er
door de toenmalige commandant van de praetoriaanse garde (Odoaker) geen nieuwe keizer meer
benoemd. Hij heeft simpelweg zelf het bestuur over het WRR overgenomen. Dat gebeurde in 476. Men
zegt ook wel dat in dat jaar het WRR gevallen is. Alleen, wij juristen zien dat dat alleen maar de facto het
geval was. De iure bleef het WRR gewoon onderdeel van het grote Romeinse Rijk. Dat werd ook erkend
door Odoaker. Hoe zien we dat? Omdat hij de tekenen van het keizerschap (kroon en scepter) opstuurde
naar de OR keizer en ze dus niet voor zichzelf nam. Zo zie je dat Odoaker de OR keizer als zijn overheer
erkende, maar dat de facto de keizer niets meer te zeggen had in het westen.
Het probleem is alleen dat al hadden die Germanen al een beetje van de cultuur van het keizerrijk
overgenomen. Mede omdat ze leefden naar hun eigen stamrechten en het geen één homogene groep
Germanen was die langzamerhand dat keizerrijk binnen waren getrokken. Zie je dat ze uiteindelijk
allemaal stukjes van de WRR voor zichzelf claimen en dat ze in dat gebied zelf naar een eigen stamrecht
blijven leven. Maar ze hadden al wel zoveel beschaving overgenomen dat ze de oorspronkelijke bevolking
niet echt onderdrukten, althans niet in rechte.
Slide 53
Maar die Germaanse volkeren hadden al gezien dat het voor hen heel goed mogelijk was om onder hun
eigen rechtssysteem te leven naast de Gallo-Romeinse of Hispano-Romeinse of de Italo-Romeinse
bevolking, onder hun rechtssysteem. Sterker nog, ze zagen dat de abstractie en de saffistication van het
Romeinse systeem eigenlijk heel aantrekkelijk was. En te beginnen met de Westgothen (= Visigothen) die
in zuid-Frankrijk en noord-Spanje zaten, gaan ze ook hun eigen stamrecht optekenen in de barbaarse
wetten (leges barbarorum). Tegelijkertijd laten ze ook optekenen op welke wijze het op dat moment
geldende recht van de Romeinse onderdanen nog wordt gebruikt.
Wat je dus ziet, is dat deze barbaarse Germaanse vorsten aan het einde van de 5de, begin van de 6de eeuw
een aantal compilaties het licht doen zien waarin aangegeven wordt op welke wijze het Romeinse recht op
1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lawstudent123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.