Thema 5: Voedingsaspecten – koolhydraat en vet
Zelfstudie uit McDonald’s Animal Nutrition
5.1 Classificatie van koolhydraten
De simpelste suikers zijn de monosacchariden, verdeeld in trioses, tetroses,
pentoses, hexoses en heptoses, afhankelijk van het aantal C-atomen in het
molecuul. De trioses en tetroses zijn van belang omdat zij intermediair zijn in het
metabolisme van andere koolhydraten. Monosacchariden kunnen aan elkaar
worden gelinkt door 1 molecuul H2O te elimineren. De term suiker wordt gebruikt
voor de koolhydraten met minder dan 10 monosaccharide residuen, alle andere
koolhydraten worden oligosacchariden genoemd.
Polysacchariden zijn polymeren van monosacchariden, en worden onderverdeeld
in de homoglycanen (bevatten 1 type monosaccharide) en heteroglycanen
(bevatten meerdere typen). Om ze weer te splitsen is hydrolyse nodig.
Complexe koolhydraten zijn koolhydraten die gecombineerd zijn met non-
koolhydraat moleculen; de glycolipiden en de glycoproteïnen.
5.2 Monosacchariden
Monosacchariden bestaan in een aantal isomeren. Glucose en fructose zijn bijvoorbeeld allebei hexosen, maar hebben
net een andere groep op een andere plek. Ook bestaan ze allebei in 2 spiegelbeeldenisomeren. De D-vormen zijn
biologisch gezien het belangrijkst. Onder fysiologische omstandigheden bestaan suikers vooral in ring- of cyclische
structuren, die ook weer in 2 isomeren kunnen voorkomen (α en β). Zetmeel en glycogeen zijn polymeren van de α-vorm
terwijl cellulose een polymeer van de β-vorm is.
Monosacchariden hebben reducerende eigenschappen omdat ze een
actieve aldehyde- of ketongroep bevatten.
De belangrijkste koolhydraten uit de groep pentoses zijn L-arabinose, D-
xylose en D-ribose. Je vindt L-arabinose in hemicellulose, net als D-xylose.
D-ribose vind je in elke levende cel als onderdeel van RNA.
De belangrijkste koolhydraten uit de groep hexoses zijn glucose en
fructose. D-glucose (= druivensuiker = dextrose) vind je in planten, fruit,
honing, bloed, lymfe en hersenvocht. Het is oplosbaar in water. D-fructose
vind je in groene bladeren, fruit en honing.
Het belangrijkste koolhydraat uit de groep heptoses is D-sedoheptulose, dit
is een intermediair in het PPP.
5.3 Polysacchariden
Homoglycanen vind je vooral in planten, bijvoorbeeld zetmeel en cellulose. Zetmeel is een glucaan, en zit in granulen in
planten. Zetmeel is een mengsel van 2 polysacchariden: amylose en amylopectine. Meestal is amylopectine het
hoofdbestanddeel (70-80%). Om zetmeel aan te tonen kan je het laten reageren met jood, als het blauw aankleurt bevat
het zetmeel. Amylose is lineair in structuur, de glucose-eenheden zijn gebonden met een binding tussen C1 van het ene
molecuul en C4 van het naastgelegen molecuul. Amylopectine bevat voornamelijk α-(1:4) bindingen, net als in amylose,
maar hier zijn ook α-(1:6) bindingen aanwezig, dus het is vertakt.
Glycogeen is een groep sterk vertakte polysacchariden. Bij mobilisatie van glucose kan het snel worden gehydrolyseerd.
Het zit vooral in de lever en spieren. Het zijn ook glucanen, vergelijkbaar met amylopectine. Glycogeen is de belangrijkste
koolhydraatopslag in het lichaam.
De afbraak ziet er ongeveer hetzelfde uit als bij zetmeel; glycogeen/zetmeel dextrine maltose glucose.
Cellulose is een belangrijke polymeer in het plantenrijk, in de celwanden. De herhalende unit is cellobiose. De β-glucose
residuen zijn 1,4-verbonden. Het zit in de celwand samen met hemicellulose en lignine.
Na cellulose is chitine een belangrijke polymeer, vooral in schimmels en algae.
Heteroglycanen kan je opdelen in verschillende
groepen. Een belangrijk heteroglycaan is pectine.
Daarnaast heb je hemicelluloses: polysacchariden
uit de celwand. Sterk geassocieerd met cellulose.
Een andere heteroglycaan is hyaluronzuur, dit zit
o.a. in gewrichten en de huid.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lauraderks97. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.