100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Organizational Behavior $7.59   Add to cart

Summary

Samenvatting Organizational Behavior

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle lessen van organizational behavior

Preview 4 out of 31  pages

  • August 17, 2023
  • 31
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Organisational behavior

Les 3.1 – Introductie organizational behavior

Arbeids- en organisatiepsychologie

De arbeids- en organisatiepsychologie bestudeert de mens in relatie tot zijn werk en zijn werkorganisatie.
In feite gaat het om een vereniging van drie soorten psychologie: arbeidspsychologie,
organisatiepsychologie en personeelspsychologie.

In de arbeidspsychologie wordt de relatie tussen werkkenmerken (bijvoorbeeld werkdruk, de mate waarin
taakuitvoerders zelfstandig kunnen beslissen in hun werk, afwisseling) en welzijn en functioneren van
werknemers onderzocht. Een onderdeel van de arbeidspsychologie dat momenteel sterk in opkomst is, is
de psychologie van arbeid en gezondheid waarin specifiek wordt nagegaan hoe taakkenmerken de
gezondheid (bijvoorbeeld werkstress en burn-out) van taakuitvoerders beïnvloeden.

In de organisatiepsychologie draait het om de relatie tussen de werknemer en diens sociale
werkomgeving. Die omgeving kan de organisatie als geheel zijn, maar ook de afdeling waarop men werkt
of de collega aan de andere kant van het bureau. Sociaal-psychologische theorievorming is in dit veld
uitermate belangrijk; arbeidsorganisaties zijn een belangrijk toepassingsgebied van in de sociale
psychologie verworven inzichten, bijvoorbeeld op het gebied van teams, cultuur en leiderschap.

De personeelspsychologie onderzoekt hoe men de juiste persoon op de juiste plaats krijgt. Het kan daarbij
gaan om werving, selectie en recruitment (dat wil zeggen, men probeert nieuw personeel aan te trekken),
maar ook om het trainen en ontwikkelen van al aanwezig personeel. In dit onderdeel van de arbeids- en
organisatiepsychologie is ook veel aandacht voor de ontwikkeling van psychologische tests. Om te
bepalen wat de juiste plaats voor een bepaalde persoon is, moet men immers inzicht hebben in diens
mogelijkheden en capaciteiten. Ook houdt men zich hier bezig met arbeidsvoorwaarden en dergelijke. De
personeelspsychologie is het meest praktisch georiënteerde onderdeel van de arbeids- en
organisatiepsychologie.

A&O-psychologie opereert in het spanningsveld tussen de belangen van de werkgever en de
werknemers, door te zoeken naar

• Manieren om organisaties optimaal te laten presteren;
• Invloeden uit de sociale omgeving op het gedrag van mensen;
• Verklaringen voor gedrag uit interne processen (bij de mens).

Bedrijfskunde
Bedrijfskunde is het vakgebied dat zich bezighoudt met de organisatie en marktomgeving van bedrijven.
Het jonge vakgebied maakt gebruik van inzichten uit andere disciplines zoals bedrijfseconomie, economie,
psychologie en sociologie.

• Vakgebied: management- en economische vraagstukken
• Doel: optimaal presteren van organisaties (toegepaste wetenschap)
• Disciplines: bedrijfseconomie, economie, sociologie en psychologie
• Thema’s: o.a. organisatiestrategie, bedrijfsprocessen, marketing, ondernemingsfinanciering

Sociologie
Sociologie is de studie van de sociale relaties tussen mensen, en in het bijzonder van de politieke,
culturele, religieuze en economische aspecten van menselijke samenlevingen. Daarbij staan vooral de
inrichting en veranderingen daarvan en sociale problemen centraal.

• Vakgebied: studie naar hoe mensen samenleven
• Doel: onderzoek naar invloed van sociale omgeving op gedrag van mensen (kenniscreatie)

,• Disciplines: o.a. cultuursociologie, arbeidssociologie, onderwijssociologie
• Thema’s: o.a. sociale verbanden, conflicten, ontstaan van normen en waarden, machtspatronen

Psychologie
Psychologie is de academische discipline die zich bezighoudt met het innerlijk leven en het gedrag van
mensen.

• Vakgebied: studie naar interne processen om gedrag te verklaren
• Doel: begrijpen hoe de mens functioneert en waarom de mens zo functioneert (kenniscreatie)
• Disciplines: o.a. experimentele psychologie, klinische psychologie, neuropsychologie,
ontwikkelingspsychologie
• Thema’s: o.a. hersenfunctie (waarneming, tastzin), stoornissen, gedrag in levensfasen,
persoonlijkheidsleer, drijfveerstudie

Historie van de Arbeids- en organisatiepsychologie
Toegepaste psychologie (o.a. Taylor en het Scientific Management). Bedrijfspsychologie: hoe kunnen
bedrijven optimaal functioneren? Psychology as a technology, o.a. taakontwerp (taylor) en motivatie
(Hawthorne). Thema’s o.a.; Discipline, Efficiency, Motivatie, Leiderschap. ca. 1950 Arbeids- en
organisatiepsychologie: van managerial (werkgeversbelang) naar neutralere positie; accent op arbeid
en organisatie. Thema’s o.a.; Werkbereidheid, Werkomstandigheden, Welzijn & gezondheid (stress).

Huidige ontwikkelingen binnen de Arbeids- en organisatiepsychologie
Werken als ‘topsport’. Soft skills; Inspelen op de toenemende complexiteit van arbeid, Veel werken
in teams, Toename van klantvriendelijkheid en klanttevredenheid als beoordelingscriterium. Hoe
kunnen we de maatschappelijke participatie van diverse groepen in de samenleving verhogen? Hoe
kunnen we ‘duurzame inzetbaarheid’ van mensen bereiken?

Economisch-instrumenteel gebruik van A&O-psychologie (managerial)

“De A&O psychologie wordt beperkt door eenzijdig economisch instrumenteel denken”

Wat verstaan we onder neoliberalisme?
Een economisch systeem dat gebaseerd is op de maximalisatie van winsten, de minimalisatie van
kosten en de concurrentie van economische blokken.

Wat is het gevolg van neoliberalisme (op de A&O psychologie)?
De werknemer is niet meer dan een middel waarmee de organisatie zo veel mogelijk winst behaald.
Individualisme en
zelfredzaamheid. Een
alternatief voor het
neoliberalisme is
menselijke waardigheid
en
organisatiedemocratie

,Bijeenkomst 3.2 – Het individu. Wie ben ik?

Het ‘zelf’ wordt gevormd door een samenspel van nature en nurture. Nature zijn Neuronen,
hormonen, genen: impulsen en impulscontrole. Voorbeelden: Lambroso, gescheiden eeneiige
tweelingen. Nurture is Sociale invloed. Groepsgedrag, -druk en -conformisme.

Verandering van karakter lastig is. Karakter wordt gevormd door genetische achtergrond en
omgevingsinvloeden tijdens en na de zwangerschap (roken en alcohol tijdens zwangerschap). IQ,
karakter, creatief vermogen en seksuele differentiatie zijn genetisch bepaald. Je niet kunt spreken
van een vrije wil, want de hersenen programmeren impulsen voor (o.a. seksuele voorkeur,
eetpatroon).

Sociale invloed
Sociale invloed is het effect dat woorden, daden of alleen al de aanwezigheid van andere mensen
hebben op gedachten, gevoelens, attitudes of gedrag. Sociale invloed kan bijdragen aan
conformisme.

Sociale vergelijking is de optelsom van ervaringen die je opdoet in interactie met andere mensen. Dit
begint al op jonge leeftijd. Dit zelfbeeld heeft eigenlijk niet met het ‘zelf’ te maken, maar is veel meer
een beeld dat je denkt dat anderen van je hebben of dat je graag van jezelf wil laten zien.

Need to belong
Dit is de emotionele behoefte om bij een specifieke groep te horen. Deel uitmaken van iets dat
belangrijker is dan de persoon zelf; persoon voelt zich hierin ondergeschikt. Aansluiten omdat er
overeenkomsten zijn, zoals doelstellingen, eigenschappen en interesses. Belangrijk effect: acceptatie,
aandacht en steun. Behoefte is instinctief en cruciaal element van het welzijn. Vanuit de ‘need to
belong’ kan men groepsdruk ervaren. Impliciet, Individu ervaart groepsdruk terwijl er geen sancties
zijn of gedragsverwachting is uitgesproken. Expliciet, Conformeren aan de normen van de groep
omdat hij ertoe gedwongen is. Gevolgen door je aan te passen aan groepsdruk: Acceptatie, Beloning,
status.

Conformisme
Conformisme is het aanpassen van zichzelf aan het gedrag en de opvattingen die heersen in een
bepaalde groep met als doel geaccepteerd te worden binnen deze groep.Redenen waarom we
conformeren: Maatschappelijke regels, Aardig gevonden willen worden,
Sancties.

Zelfschema
Hierin zet je op een rijtje welke
eigenschappen je bezit, waar dit uit
blijkt en wat hier een voorbeeld van is.
De verchillende aspecten van het zelf
zijn in het geheugen hierarchisch
georganiseerd, van algemene/
abstracten kenmerken, tot specifieke
voorbeelden. Zie voorbeeld hieronder.

Zelfcomplexiteit
De manier waarop de verschillende
zelf-schema's van een persoon zijn
georganiseerd.

, Zelfevaluatiemotieven

We verwerken de hele dag informatie, ook over ons zelf. Diverse motieven kunnen daar bij een rol
spelen:

1. Zelfverheffingsmotief
We hechten waarde aan informatie die onze zelfwaardering ten goede komt. Positieve
opmerkingen onthouden en negatieve wegstoppen. Jezelf vergelijken met iemand die het
slechter doet dan jij levert je een goed gevoel op over jezelf (neerwaartse sociale
vergelijking). Negatieve informatie wordt omgebogen of weggefilterd. ‘Above average effect’
of ‘Illusoire superioriteit’. ‘’Ik ben een betere chauffeur dan de gemiddelde chauffeur’’
2. Zelfdienende attributies en vertekeningen
Verklaringen van eigen successen toeschrijven aan interne factoren en verklaringen van
eigen mislukkingen toeschrijven aan externe, situationele factoren. In deze toeschrijving
maken we fouten zodat ons positieve zelfbeeld in stand blijft. Vb: als je zakt voor je
rijexamen heeft het te maken met het gladde wegdek of de examinator. Als je slaagt heb je
het volledig aan jezelf te danken. Dit wordt ook wel interne en externe attributie genoemd
3. Consistentiemotief
We hechten waarde aan informatie die overeenkomt met het beeld dat we van onszelf
hebben. Feedback wordt zo geïnterpreteerd dat het zelfbeeld wordt bevestigd. Denk aan een
beoordelingsgesprek. We hebben de neiging om het positieve uit te vergroten en het
negatieve weg te filteren. Ook hierbij kan sprake zijn van externe attributiefouten: dat ik mijn
doelstellingen niet heb behaald komt door een collega die zijn zaken niet op orde had.
4. Zelfverbeteringsmotief
We streven ernaar onszelf te ontwikkelen en te verbeteren. In het kader van de
zelfverbetering heeft ze een extra uitdagende tip: vraag feedback aan een collega die niet op
je lijkt en die het niet met je eens is. "Zoek iemand op van wie je het gevoel hebt: ik vind het
niet leuk om er met jou over te praten. Bereid je daarop voor; kiezen op elkaar. Lukt het je
om wél naar hem te luisteren, dan leer je veel meer dan wanneer je alleen maar
medestanders op zoekt.”

Barnum/Forer effect
Mensen zijn geneigd te denken dat persoonsbeschrijvingen speciaal op hen van toepassing zijn,
ondanks het feit dat de informatie bestaat uit algemeenheden. Hierin herken je het
zelfverheffingsmotief.

“Het Barnum-effect verklaart het succes van allerlei pseudo-wetenschappen zoals astrologie,
grafologie, en numerologie. Doordat mensen zichzelf herkennen in de beschrijving denken ze dat de
ander een bijzonder inzicht heeft in hen. Ook het succes van populaire persoonlijkheidstesten berust
deels op dit verschijnsel, want veel testen waar “types” uit komen zijn wetenschappelijk niet goed
onderbouwd”

Emotie
Een emotie is een innerlijke beleving of gevoel als vreugde, angst, boosheid, verdriet dat door een
bepaalde situatie wordt opgeroepen of spontaan kan optreden. Emoties zijn subjectieve gevoelens
en gaan samen met lichamelijke reacties en gezichtsuitdrukkingen en gedrag.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Tararomberg. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.59. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75632 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.59
  • (0)
  Add to cart