Meest effectieve moleculen kunnen in lagere dosis gegeven worden, wat de kans op nevenwerkingen (die niet rechtstreeks
gerelateerd zijn met de receptorwerking) verlaagt.
INLEIDING
Farmacodynamiek = hoe en waar werkt een geneesmiddel in een organisme
Onderverdeling geneesmiddelen
- Weinig specifieke werking: lage chemische en biologische specificiteit
o Simpele fysicochemische werking (antacida, actieve kool, plasmavervangingsmiddelen)
o Relatief grote hoeveelheden nodig voor effect
- Specifieke werking: hoge chemische en biologische specificiteit
o 4 aangrijpingspunten: receptoren, ionkanalen, enzymen, transportmoleculen
Biologische specificiteit: bepaald door verschillen in expressie van aangrijpingspunten
- Bv: angiotensine II: medieert contractie GSC in bloedvaten, maar niet in andere organen
Chemische specificiteit: 3D conformatie bepaalt affiniteit met zijn doelwit
- Bv: angiotensine II: octa-peptide, vervanging/afsplitsing van 1 AZ geeft activiteit verlies wegens mindere affiniteit voor
receptor
Agonisten = farmaca die receptoren stimuleren
Antagonisten = farmaca die werking receptoren blokkeren
RECEPTOREN
= sensoren voor bepaalde moleculen die chemische communicatie tussen cellen mogelijk maakt
Sleutel-slot: receptoren hebben grote chemische en biologische selectiviteit
Onderverdeling obv werkingsmechanisme
1
, Type Ion-kanaal G-eiwit Tyrosine kinase Intracellulair
(ionotropic receptor) (GPCR, metabotropic R) (ligand-kinase (nucleaire receptor)
receptor)
Algemene werking Ion-kanaal geactiveerd Indirecte regulatie van Receptoren gekoppeld Receptor-agonist
door rechtstreekse functie 2nd messenger of aan kinase (enzymen complex diffundeert
binding ionenkanalen die eiwitten naar celkern om DNA-
Activatie → Structuur: 7 fosforyleren) transcriptie te
ionenstroom transmembranaire helices beïnvloeden
die IC gekoppeld zijn aan
G-proteïne
Reactietijd Milliseconden Seconden Minuten Uren
Plaats Membraan Membraan Membraan Cytoplasma
Transductie Direct Via G-eiwit Direct Via DNA
Versterker Kanaal Kanaal/enzym Tyrosine kinase Gentranscriptie (↑/↓)
2e boodschap Ionenpotentiaal Ca2+, cAMP, cGMP, IP3, mRNA, eiwitten
DAG
Voorbeeld nAChR, GABAA mAChR, β-adrenoreceptor Receptoren voor Receptoren voor alle
insuline, groeifactoren steroïden en
thyroïdhormonen
2ND MESSENGER SYSTEMEN VAN GPCR
KOPPELING AAN ADENYLAATCYCLASE MET VORMING VAN CAMP
2 soorten koppeling: positieve (Gαs) of negatieve (Gαi)
Effecten van cAMP in verschillende weefsels
- GSC (in bv bloedvaten of bronchi)
o Contractie van GSC via activatie van het fosfolipaseC (PLC) systeem → IC Ca2+ vrijgesteld uit sarcoplasmatisch
reticulum (SR)
o cAMP gaat meeste GSC relaxeren (behalve in uterus)
▪ Stimulatie cAMP door bv stimulatie bèta2-adrenerge receptoren → activatie proteïnekinaseA (PKA)
→ fosforylatie myosine light chain kinase → MLC kinase inactief → contractie eindigt
▪ PKA stimuleert Ca2+ pomp in SR → vrije IC Ca2+ daalt
- Hart
o Contractie cardiomyocyten door stijging IC Ca2+ via L-type Ca2+ kanalen
o cAMP → PKA → fosforylatie Ca2+ kanalen → meer Ca2+ influx → toegenomen contractie (= positief inotroop)
- Neuronen
o cAMP faciliteert vrijgave neurotransmitters (bv: faciliterende bèta2-adrenerge receptoren)
o Verlaging cAMP → verminderde vrijgave (bv: auto-inhibitie door presynaptische alfa2-adrenerge receptoren)
cAMP wordt afgebroken door fosfodiësterase (FDE), vnl FDE III
2
, KOPPELING AAN FOSFOLIPASE C/INOSITOL FOSFAAT SYSTEEM
Verschillende receptoren van 7TM type activeren via G-eiwitten een membraangebonden PLC
- PLC klieft PIP2 → IP3+DAG (beide 2nd messengers)
o DAG: activatie PKC
o IP3: stimulatie afgifte IC Ca2+ uit SER → stijging cytoplasmatische Ca2+ → cellulaire antwoorden
▪ Contractie GSC
▪ Activering trombocyten
▪ Afgifte mediatoren
- PI cyclus: IP3 + DAG → PIP2
GUANYLAATCYCLASE EN CGMP
Soluable guanylaatcyclase (sGC) is niet gekoppeld aan GPCR, maar wordt geactiveerd door stikstofmonoxide (NO)
- cGMP → stimulatie kinases
o bv: cGMP → stimulatie PKG → daling IC Ca2+
Effecten cGMP
- Relaxatie in GSC
- Inhibitie bloedplaatjes
GENEESMIDDELEN EN SIGNAALTRANSDUCTIE
Weinig farmaca werken rechtstreeks in op de IC signaaltransductie
- Lithium en FDE-remmers zijn uitzonderingen!
LITHIUM
- Psychofarmacon (zie Hoofdstuk CZS)
- Werkt mogelijk door blokkering IP cyclus
FOSFODIËSTERASE REMMERS
- cAMP en cGMP worden door FDE geïnactiveerd
- FDE = familie iso-enzymen met verschillen in weefsel lokalisatie, substraatspecificiteit en wijze waarop ze door cyclische
nucleotiden worden geactiveerd/geremd
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nce. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.