Hi! Vorig jaar (2022/2023) heb ik examen gedaan in aardrijkskunde en dit was mijn samenvatting die ik onder andere heb gebruikt voor H4 Wereld ! Ik had het boek BuiteNland, de tekst komt overeen met het boek, ik vind het namelijk helemaal niet fijn om uit een boek te leren en leer liever op de mani...
Welvaart
Een groeiende groep landen uit de periferie maakte een snelle sociaaleconomische ontwikkeling
door. Deze landen, met de opkomende grootmachten Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika
(BRIC(S)-landen) voorop, vormen nu de semiperiferie. Centrum, semiperiferie en periferie zijn op tal
van manieren met elkaar verbonden en vormen samen een wereldsysteem.
Verschillen in welvaart kun je meten door te kijken naar:
1. Het bruto binnenlands product per hoofd (bbp/hoofd). Dit lijkt een objectieve maat om
landen met elkaar te vergelijken, maar er kleven een paar bezwaren aan:
De waarde van één dollar verschilt van land tot land. Daarom drukken we het
bbp/hoofd meestal uit in koopkracht.
Alleen de inkomsten uit de formele sector tellen mee bij het vaststellen van het bbp,
terwijl in arme landen een groot deel van het inkomen uit de informele sector komt.
Het bbp/hoofd is een gemiddeld getal geldend voor het hele land. Dat heeft twee
nadelen:
- Juist in arme landen is de regionale ongelijkheid erg groot. Wil je een zuiverder
beeld krijgen van de welvaartsverdeling in een land, dan zul je moeten inzoomen
op het regionale schaalniveau en gebruikmaken van het bruto regionaal product
per hoofd (brp/hoofd).
- De sociale ongelijkheid in een land kan zeer groot zijn. De elite neemt een flinke
hap uit het nationale inkomen, terwijl de armste het met de kruimels moeten
doen. De Gini coëfficiënt geeft een beeld van deze sociale ongelijkheid.
2. De samenstelling van de beroepsbevolking. Wanneer een land tot ontwikkeling komt, kun je
dat zien aan de opschuiving binnen de beroepssectoren. Bedenk wel dat het aandeel van de
beroepsbevolking nog niet zo veel zegt over de productiviteit en de concurrentiekracht van
zo’n sector. In Nederland werkt slechts 1,4 procent van de beroepsbevolking in de landbouw,
maar de agrarische productie is veel hoger dan in Ghana, waar de helft van de
beroepsbevolking in de landbouw werkt. Als regel geldt: naarmate het economische
ontwikkelingspeil van een land hoger is, werkt een kleiner deel van de beroepsbevolking in
de landbouw en een groter deel in de formele dienstensector. De opschuiving van de
beroepsbevolking vindt niet alleen plaats op de schaal van een land, maar ook mondiaal.
Vroeger was de rol van de arme landen in de mondiale economie vooral het leveren van goedkope
arbeidskrachten en van grondstoffen. Als een land afhankelijk is van een of enkele grondstoffen, is de
economie zeer kwetsbaar. Immers:
De oogst kan mislukken
De prijzen op de wereldmarkt kunnen enorm fluctueren.
Door de economische groei van landen als China en India steeg de vraag naar grondstoffen en
energie – en dus ook de prijs - sterk. Bovendien raken voor sommige grondstoffen de voorraden zo
langzaamaan uitgeput. Landen als Rusland en Brazilië, maar ook Angola, dankten hun snelle
economische groei aan deze prijsstijging. Door de afkoeling van de wereldeconomie na 2012 daalden
de prijzen fors en raakten deze landen in een diepe crisis. Door de uitschuiving van de productie van
goederen en diensten van de centrumlanden naar de (semi)periferie, zijn veel arme landen intussen
minder afhankelijk geworden van de grondstoffenexport.
, Welzijn
Het welzijn van de bevolking wordt niet alleen bepaald door de hoogte van het bbp/hoofd. Wil je een
beeld krijgen van het met het welzijn van de mensen is gesteld, dan kun je beter kijken naar de
VN-ontwikkelingsindex. Deze index is samengesteld op basis van de koopkracht, het analfabetisme
en de levensverwachting in een land. Natuurlijk biedt een rijk land zijn inwoners meer kansen om
zich te ontplooien dan een arm land. Maar wanneer onderwijs en gezondheidszorg niet voor
iedereen toegankelijk zijn, zullen de talenten van een deel van de bevolking niet benut worden.
Bovendien hangt welzijn ook samen met voedselzekerheid, gezondheidszorg en
drinkwatervoorziening. Daarom is deze ontwikkelingsindex door zijn brede samenstelling een betere
graadmeter om te meten hoe het echt gaat met een volk. Hoe dichter de index bij 1,0 ligt,
des te hoger het welzijn is.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LisaNuijen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.