100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting VPS - Personeel & Organisatie $6.95
Add to cart

Summary

Samenvatting VPS - Personeel & Organisatie

 131 views  10 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting VPS- personeel & organisatie. Bevat alleen de hoofdstukken voor dit onderdeel, niet de hoofdstukken behorend bij examen Communicatie. Goede, snelle samenvatting om de hoofdzaken te herhalen. Gebruik in aanvulling op het boek om de stof zo snel mogelijk te memoriseren. Examen ruim gehaa...

[Show more]

Preview 3 out of 21  pages

  • No
  • 1 t/m 10 (examenonderdeel personeel & organisatie)
  • August 22, 2023
  • 21
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Hoofdstuk 1 Strategie en organisatiestructuren
Missie = Wat willen we voor wie en hoe raken we daar. Ambities en doelen waaruit de normen en
waarden blijken. De missie is niet tijdgebonden

Visie= Hoe ziet de organisatie haar toekomst. Wat is de organisatie over 10 jaar, wat brengt ze de
stakeholders en klanten? De visie is een toekomstdroom en dient zo nu en dan herzien te worden.

Strategische doelstellingen

 Strategisch niveau= lange termijn, voortbestaan van de onderneming. Doelen zijn er vooral
om grenzen af te bakenen en niet te breed te kijken. Bijvoorbeeld het doel om 40% van het
marktaandeel in Zuid-Nederland te hebben tegen 2030.
 Tactisch/organisatorisch niveau= Middellange termijn, gericht op efficiency en het proces.
Bijvoorbeeld ‘Medewerkers volgen jaarlijkse trainingen om de kwaliteit van het
productieproces te blijven waarborgen’.
 Operationeel niveau = korte termijn, op de werkvloer. Heel concreet.


Plan-do-check-act

 Managers: Plannen-organiseren-coördineren-dirigeren-controleren.
 Besturingsproces volgens Deming: Plannen-uitvoeren-controleren-corrigeren (de PDCA-
Cyclus)



Balanced scorecard:

KSF&KPI (SMART geformuleerd!) dient vanuit 4 perspectieven te worden opgesteld. Per perspectief
worden er minimaal 3-5 KSFs geformuleerd met bijbehorende KPI en normscore.

 Klantperspectief: Hoe ziet de klant onze onderneming?
 Perspectief van innovatie en lerend vermogen: Zijn wij als onderneming voldoende in staat
ons aan te passen aan de veranderende omgeving?
 Perspectief van interne processen: op welke gebieden kunnen we onze onderneming
verbeteren op zo’n manier dat onze prestatie ten opzichte van de klant verbetert?
 Financieel perspectief: in welke mate kunnen aandeelhouders tevreden zijn over de
onderneming?

Voordeel is dat de hele PDCA cyclus bij de balanced scorecard in één methode wordt gevangen.
Nadeel is dat het ook onnodig complex kan zijn, zeker bij een kleine onderneming.



Management-types

1. Strategisch management (zoals hierboven)
2. ICT-management
3. Kwaliteitsmanagement
4. Human Resource management
5. Procesmanagement

, 6. Projectmanagement (start-planning-uitvoering-opvolging/controle-afronding kan in een
projectplan opgenomen worden, samen met deelprojecten, financien, betrokken
medewerkers etc)
7. Verandermanagement (spontane verandering wordt niet gemanaged, geplande verandering
wel. Ontwerpmodel= controle en ontwikkelmodel=vrijheid, vertrouwen,
verantwoordelijkheid)



Organisatiestructuren

De organisatiestructuur bestaat uit:

- Het functiegebouw (functieprofiel, omschrijving, salaris, TVBs)
- Organieke structuur (hiërarchie en afdelingen)
- Personele structuur (bezetting, soort medewerkers, kosten)



Soorten organisaties volgens organigram:

1. Lijnorganisatie
 niet flexibel, risico op bureaucratie en lange besluitvorming. Risico overbelasting
leidinggevende, samenwerken tussen afdelingen is lastig.
 Eenheid van bevel, goedkoper omdat er weinig leidinggevenden nodig zijn, snelle
probleemoplossing binnen afdelingen, TVB duidelijk.
2. Lijn-staforganisatie
 Lijn en staf kunnen langs elkaar heen werken, of er kan spanning ontstaan. Lijn kan
afhankelijk worden van advies staf. Staf is vaak kostenverhogend en dijt uit.
 Eenheid van bevel, steun van staf vergroot omspanningsvermogen leidinggevenden,
samenwerking tussen afdelingen is beter, efficiency is groter
3. Functionele organisatie
 Specialistisch dus duur, geen eenheid van bevel, functiescheiding is lastiger,
personeel niet overal inzetbaar, resultaten lastig per afdeling toe te rekenen
 Capaciteit wordt optimaal benut, dus schaalvoordelen. Kennisontwikkeling wordt
gestimuleerd, werk is zeer gestructureerd
4. Divisieorganisatie
 De afdelingen functioneren vrijwel als aparte bedrijven los van elkaar, eigen belang
eerst, identiteitsproblemen, minder kennisuitwisseling tussen divisies
 Martkgericht, sturen op resultaten, klein bedrijf in groot bedrijf, niet afhankelijk van
andere divisies, gedeelde faciliteiten en staf.
5. Matrixorganisatie
 Is een mix van functionele organisatie met p/m/g divisiestructuur. Duaal leiderschap
door lijnchef en functionele chef. Tegengestelde belangen, dure vorm, lastig te
managen, veel overleg nodig
 Kennisoverdracht is makkelijker, flexibele vorm, inspelen op de markt,
schaalvergroting mogelijk, experts tussen afdelingen communiceren makkelijker
6. Projectorganisatie
 Twee petten op als projectdeelnemer. Loyaliteitsproblemen en lastig om contact met
afdeling te behouden
 Makkelijk in en uit stappen en geschikt voor multidisciplinaire vraagstukken

, 7. Netwerkorganisatie



Mintzberg’s organisatiestructuren

1. Strategische top
2. Middenmanagement
3. Uitvoerend deel
4. Technostructuur= HMR, werkvoorbereiding, planning en control, marketing
5. Ondersteunende afdelingen= Catering, schoonmaak

Elk van de bovengenoemde afdelingen is in meer of mindere mate relevant bij onderstaande
composities:

Organisatiestructuur Beheersingsmethode Belangrijkste onderdeel

 Eenvoudige structuur Directe supervisie Strategische top
 Machinebureaucratie Standaard werkprocessen Technostructuur
 Professionele .bureaucratie Standaard bekwaamheden Uitvoerend deel
 Divisiestructuur Standaard output Middenmanagement
 Adhocratie Onderling afstemmen Ondersteunende afdelingen



Hoofdstuk 2 Begroting en budgetteren
De begroting, voortgekomen uit de bedrijfsstrategie, vormt de basis voor het budget. Hierin staat:

1. De activiteiten die verricht gaan worden.
2. De kosten die daarbij horen.
3. De omzet die wordt verwacht.
4. Het resultaat dat wordt verwacht.

Functies van afdelingsbudget voor de budgethouder

1. Huishoudplan- Welke activiteiten gaan we doen met welke middelen
2. Taakstelling – Wat wordt verwacht van de budgethouder (uitvoeren van dit plan)
3. Coördinatiemiddel – Afdelingsbudgetten als middel om af te stemmen tussen afdelingen. Neemt
productie een hoger productievolume op in de budgetten, dan is dat een sein voor inkoop om
rekening te houden met méér grondstofinkopen.
4. Communicatiemiddel – duidelijker welke activiteiten en doelen er nu verwacht worden van de
afdeling
5. Evaluatiemiddel – het budget kan een norm zijn voor beoordeling.
6. Beheersingsinstrument – Het budget kan helpen bij tussentijdse evaluatie en bijsturing van de
onderneming.

Performance indicatoren

 Economic performance – efficiency (KSF: meer winst bij gelijke omzet)
 Management performance - effectiviteit (KSF: bv. ziekteverzuim)

Soorten budgetten

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kort0025. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53022 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.95  10x  sold
  • (0)
Add to cart
Added