100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Moleculaire biologie: begrippenlijst $5.82   Add to cart

Answers

Moleculaire biologie: begrippenlijst

 165 views  4 purchases
  • Course
  • Institution

Een uitgebreide begrippenlijst. Zonder H8! Begrippenlijst van volgende hoofdstukken: H1 DNA H2 DNA-replicatie H3 DNA-herstelmechanismen H4 Transcriptie H5 Translatie H6 Wat gebeurt er met eiwit na de translatie H7 Genetische variatie H9 Regeling van transcriptie bij eukaryoten H10 DNA technologie

Last document update: 7 year ago

Preview 3 out of 17  pages

  • May 27, 2017
  • June 1, 2017
  • 17
  • 2016/2017
  • Answers
  • Unknown
avatar-seller
Begrippenlijst Moleculaire biologie

1 Hoofdstuk 1: DNA (p4 – 29)

Leven Voor definitie van ‘leven’ moet je gebruik maken van combinatie verschillende factoren (elke factor kan

ook apart worden gebruikt voor levenloze dingen):

 Afgescheiden van leefomgeving door celmembraan/ celwand.

 Energieopname en energieverbruik is noodzakelijk voor instandhouding en voor de voortplanting

 Groei: evolutie van organisme tot volwassen stadium, zal sterven door ouderdom of deling.

 Voortplanting: seksuele of aseksuele voortplanting, noodzakelijk om uitsterven te voorkomen.

 Beweging: op eigen kracht bewegen naar voedsel of energiebron.

 Interpretatie van prikkels: gegevens uit omgeving verzamelen en reageren op bepaalde condities

 Reageren/ communiceren: tussen soortgenoten maar ook tussen verschillende levensvormen

(communiceren met omgeving)

Cel De cel is basisstructuur van levende organismen dat min of meer autonoom in staat is te overleven. De

cel is eenheid die afgescheiden is van zijn omgeving en die bestaat uit een zeer georganiseerde opbouw

die tot stand komt door wisselwerking tussen proteïnen, lipiden, carbohydraten (koolwaterstoffen) en

nucleïnezuren. Er bestaan twee basistypen van cellen: prokaryoten en eukaryoten.

Genen Genen zijn informatie bevattende elementen die karakteristieken van individu bevatten, maar ook van

soort waartoe dit individu behoort, daarmee coderen ze voor erfelijke eigenschappen. Genen werden

voor het eerst gedefinieerd in studies van Mendel.

Bacteriofagen Bacteriofagen zijn virussen van bacteriën, deze parasiteren op de bacterie en na de infectie komen er

genen tot expressie in de bacterie waardoor bacteriofaag-DNA wordt aangemaakt; de bacterie barst

open en ontstaan nieuwe bacteriofagen.

DNA DNA of deoxyribonucleïnezuur bestaat uit lange polymeren (1m DNA per menselijke cel), opgebouwd uit:

 Deoxyribose (suiker): verbonden via fosfodiesterverbindingen: 5’-C via fosfaatgroep met 3’-C vorige.

 Fosfaatgroepen: ribose en fosfaat wisselen elkaar af, zijn gekoppeld aan 5’ uiteinde deoxyribose.

 De 4 verschillende basen: adenine (A), guanine (G), cytosine (C) en thymine (T).

Nucleoside Een base verbonden aan deoxyribose via N-glycosidische binding: adenosine, cytidine, thymidine,

guanosine, uridine. De nucleosiden zijn beter oplosbaar in water in vergelijking met de basen.

Nucleotide Fosfaatgroep verbonden aan 5’-C van nucleoside. Deze komt meestal vrij voor in de cel. De synthese

van nucleotiden is mogelijk via 3 manieren: ofwel opbouwen, ofwel partiële hydrolyse nucleïnezuren

door nucleasen ofwel door afbraak vrijgekomen basen, ze kunnen door enzymatisch recuperatieproces

omgezet worden tot nucleotiden




1

,cAMP Cyclisch adenosine monofosfaat: signaalmolecule, gesynthetiseerd door adenylaatcyclase (α-fosfaat

ATP wordt verbonden met 3’OH ribose), concentratie aan cAMP wordt bepaald door de enzymen die

het aanmaken en de enzymen die het afbreken. Het wordt afgebroken door het enzyme fosfodiësterase

AMP (door hydrolyse van verbinding tussen fosfaat en 3’OH ribose).


SAM S-adecosyl-methione: methyldonor in verschillende methyleringen van basen en eiwitten.

Cafeïne Inhibitor fosfodiësterase (omzetting van cAMP naar AMP), hierdoor stijgt concentratie en werking van

cAMP en dit houdt het organisme in geëxciteerde toestand. Het gaat PDE binden zodat cAMP geen

AMP kan worde. Opwekkend middel dat voorkomt in thee en koffie.

AZT 3’-azido-2’-deoxythymidine: Aidsremmer, het inhibeert het enzyme reverse-transcriptase van HIV-virus

waardoor er minder nieuwe virussen worden gevormd.


Bèta-helix Dubbele helicale structuur waarbij de ribosen en fosfaatgroepen naar buiten gekeerd zijn en basenparen

naar binnen. Het heeft grote en kleine groeve en is rechtsdraaiend. Andere minder voorkomende helices

zijn Z-DNA en triple helix.

Palindromische Ook in DNA kent men palindroomsequenties; dit zijn sequenties waarvan beide helices in gelijke richting

sequentie dezelfde sequentie hebben (vb. 5’-TCCGATCGGA-3’ → 3’-AGGCTAGCCT-5’). Deze kunnen worden

herkend door restrictie-enzymen (endonucleasen) die DNA-ruggengraat specifiek kunnen knippen. Dit

betekent dat grote DNA fragmenten kunnen worden verdeeld in kleinere door deze enzymen.

Hyperchromiciteit Dubbelstrengig DNA neemt minder licht op dan enkelstrengig DNA, er bestaat maximale waarde (smelt-

temperatuur) van DNA. Als men absorptie van een DNA oplossing volgt in functie van temperatuur, dan

zal deze bij bepaalde temperatuur (smelttemperatuur) toenemen tot de volgende plateauwaarde. Als de

temperatuur omhoog doet gaat DNA denatureren en enkelstrengig worden. Op dat punt spreek je van

hyperchromaciteit omdat dan lichtabsorptie ineens snel toeneemt.

Hybridisatie Als je DNA eerst denatureert en dan de oplossing laat afkoelen, zullen de 2 strengen elkaar terug vinden

omwille van hun complementariteit en dan zullen ze met elkaar hybridiseren tot een dubbelstreng. Op

voorwaarde dat het DNA mengsel niet te complex is en de temperatuurdaling traag gebeurt.

DNA- Hiermee kan je DNA bekijken, DNA-moleculen van verschillende lengten scheiden en DNA-fragmenten

elektroforese zuiveren. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een agarose-gel. Deze gel wordt aangebracht in een bak,

waarop elektrisch veld is aangelegd. Gezien het feit dat fosfaatgroepen van de ruggengraat negatief zijn,

zal het door gel migreren naar positieve pool. Scheiding vindt nu plaats op basis van lengte omdat grotere

fragmenten zich moeilijker door de netwerken van de gel kunnen wringen.

Agarose Agarose is polysacharide dat geëxtraheerd wordt uit zeewier, wordt als basis gebruikt bij elektroforese.


Ethidium- De scheiding moet nog zichtbaar worden gemaakt. Ethidium-bromide (EtBr) werd gebruikt hiervoor, het

bromide zal zich tussen basenparen in dubbelstrengig DNA zetten. Het fluoresceert wanneer het belicht wordt met

UV licht, na belichting weet men dus via de fluorescentie waar DNA zich bevindt. Nu gebruikt men SYBR-

Safe aangezien EtBr kankerverwekkend is.



2

, 2 Hoofdstuk 2: DNA-replicatie (p30 – 47)

DNA DNA polymerasen zijn enzymen die instaan voor DNA-synthese, deze kunnen DNA maken op basis van

polymerasen deoxyribonucleotiden. Hiervoor moet deoxy-ribonucleoside-monofosfaten (dNMPs) worden geactiveerd,

deze activatie gebeurt doordat op 5’ twee bijkomende fosfaatgroepen worden aangebracht tot kinasen.

Hierdoor ontstaan deoxy-ribonucleoside-trifosfaten (dNTPs).


5’-3’ exonuclease Zorgt voor het verwijderen van de RNA-primer zodanig dat deze vervangen kan worden door een DNA

fragmentje

3’-5’ exonuclease Een activiteit van het DNA polymerase dat gebruikt word bij proofreading. Wanneer foute basen ingeplant

zijn zal dit nucleasen ervoor zorgen dat het verwijderd wordt zodat de nieuwe, juiste base ingeplant kan

worden

Replicatievork De replicatievork is Y vormig gebied op replicerende DNA-molecuul waarbij oudere strengen ontwonden

worden en nieuwe strengen aangroeien. DNA streng kan alleen gevormd worden in de 5’-3’ richting.

Topoisomerase I Enzym dat een streng gaat doorknippen waardoor de andere streng kan roteren en kan relaxeren. Nadien

worden beide strengen terug aan elkaar gekoppeld. Dit is een enzym dat aanwezig is in de replicatievork

Topoisomerase Enzym dat instaat om in één keer veel spanning van het DNA weg te nemen. Het zal ervoor zorgen dat

II een helix gebroken wordt, zodat een andere helix erdoor kan.


Single stranded SSBP-enzymen beschermen enkelstrengig DNA tegen afbraak en ze voorkomen dat het DNA terug

binding proteine hybridiseert na denaturatie. Ze komen voor in de replicatievork.

Sliding clamp Soort van haak die over het DNA-polymerase hangt en ervoor zorgt dat dit niet loskomt van het DNA

zodat het in één keer zijn werk kan doen zonder steeds te moeten verplaatsen.

Leading strand Leading strand (sense streng) (5’-3’) heeft een snelle aanmaak complementaire DNA streng, kan continu

groeien in richting replicatievork omdat DNA-synthese richting gelijk is aan helicase richting. Primase hoeft

hier dus ook maar eenmalig RNA-primer aan te maken.

Primase Enzym dat ervoor zorgt dat er RNA primers aangemaakt worden die bij de replicatie dienst doen als

startpunt voor het DNA-polymerase.

Primer Kort stukje RNA dat aangemaakt wordt door het primase en een vrij 3’OH uiteinde heeft waaraan het

DNA-polymerase kan binden om de replicatie verder te laten gaan.

Okazaki- Lagging strand (anti-sense streng) (3’-5’) heeft een trage aanmaak complementaire DNA, kan niet continu

fragment aangemaakt worden omdat de DNA-synthese richting tegengesteld is aan helicase richting. Het primase

moet op het vrijgekomen stuk dus telkens nieuwe korte RNA-primer maken waarop het DNA-polymerase

III kan aangrijpen. Hierdoor worden steeds korte DNA-okazakifragmenten van ongeveer 1000 basenparen

gemaakt die aan 5’ uiteinde een kort RNA gedeelte hebben. Het RNA wordt daarna verwijderd door DNA

polymerase I (prokaryoten) of een herstel-polymerase (eukaryoten).




3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marievr. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

71498 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.82  4x  sold
  • (0)
  Add to cart