Samenvattingen: boek + hoorcolleges
Week 36
BOEK
Het Nederlands strafrecht is een compromis tussen de Klassieke richting en de Moderne richting: de
verenigingstheorie vergelding is de grondslag voor straf en gedragskundig gekleurde doelen
bepalen de grenzen van binnen de grenzen van de vergelding op te leggen straffen.
Strafrecht als ultimum remedium: terughoudendheid.
Absolute vergeldingstheorieën: het misdrijf vormt de grondslag van de straf. Het doel is
ondergeschikt.
Klassieke Richting: ook het beginsel van vergelding als grondslag van de straf. Beccaria: het doel is
maximaal geluk voor het maximaal aantal mensen, dus criminaliteit voorkomen. Dit houdt in
willekeur inbannen (geschreven wetboeken) en geen onnodige strafbaarstellingen. Het karakter van
daadstrafrecht, maar met oog voor individuen en crimineel-politieke doeleinden van het strafrecht.
Optimale respectering van de vrijheid van de burger.
- Daadstrafrecht, oog voor bepaalde doeleinden en het individu
- Vergelding belangrijkste grondslag
Relatieve of doeltheorieën: de rechtsgrond van de straf wordt bepaald door het doel.
Moderne richting: bijdrage van sociale politiek aan de preventie van misdaad en een individualisering
van het strafrecht; wetenschappelijke benadering van de te bereiken strafdoelen in het licht van de
bestrijding van de misdaad. Kritiek op de Klassieke richting: niet de daad maar de dader moet centraal
staan. Bepaalde strafbepalingen gerechtvaardigd door de doelen en de oorzaken van criminaliteit. Het
karakter van daadstrafrecht, maar met oog voor individuen en crimineel-politieke doeleinden van het
strafrecht.
- Dader centraal
- Maatschappelijke invloeden op het strafrecht
- Doelen strafrecht
Utilitarisme: het doel van straffen is ter voorkoming van toekomstige criminaliteit. De effectiviteit van
de straf is van groot belang: hoe kan het doel het beste bereikt worden. Beccaria’s doel is maximaal
geluk voor het maximaal aantal mensen. Hij wilt dus criminaliteit voorkomen om mensen gelukkig te
maken. Dit sluit aan bij het utilitarisme, dat zich bezig houdt met de doelen van straffen.
De verenigingstheorie: onderscheid tussen de rechtsgrond en het doel van het strafrecht. Bescherming
individu, de dader, maar ook straffen met oog op het doel van de straf. Vergelding + plaats voor een
breed scala van doeleinden.
Na de oorlog: paternalistisch-humaan strafrecht meer nadruk op de maatschappelijke
doelgerichtheid van strafrecht, ‘instrumentalisering’ van het strafrecht.
- De Utrechtse School met Pompe als Voorman
- De School van M.P. Vrij
- Juridisering en welzijn (1970-1980)
1980: veel maatschappelijke ontwikkelingen verzakelijking en neo-vergelding, niet meer strafrecht
gericht op de persoon van de dader, maar accent op de vergelding. Ook verzakelijking
tenuitvoerlegging van straffen, door o.a. toename criminaliteit zoals terrorisme. Veranderende kijk op
,Materieel Strafrecht 2020-2021
strafrecht: als instrument van veiligheidspolitiek. Strafrecht flink aangescherpt de afgelopen decennia.
Beeld dat het mensbeeld van de verdachte een vijand van de samenleving is, wat gepaard gaat met
verlangen naar vergelding en slachtofferbescherming.
Het strafbare feit en de strafbare dader
Strafbaar feit in drie dimensies: de gedraging van iemand (het historische strafbare feit), de
delictsomschrijvingen (wettelijke strafbare feiten), voorwaarden van strafbaarheid (juridische strafbare
feit).
De bestanddelen van het wettelijk omschreven delict: delictsomschrijvingen zijn
opgebouwd uit ‘bestanddelen’. Iedere delictsomschrijving bevat als bestanddeel
een vorm van menselijk gedrag.
De gedraging in een delictsomschrijving:
- Handelen, een doen of een niet-handelen, een niet doen (nalaten) = commissiedelict vs
omissiedelict.
- Formeel geschreven delict: het handelen (commissie) in de delictsomschrijving is specifiek
aangeduid. Materieel omschreven delict: het handelen naar het gevolg omschreven; een
commissiedelict, maar daaronder kan ook een oneigenlijke commissie (het nalaten van een
rechtsplicht, omissiedelict is altijd formeel geschreven).
- Krenkingsdelict of gevaarzettingsdelict (concreet gevaarzettingsdelict of abstract).
Formele delicten: waarbij de gedraging omschreven wordt die strafbaar is. Materiële delicten: het
gevolg van een gedraging is strafbaar (‘met zelfdoding als gevolg’).
De strafbaarstelling van een menselijke gedraging (doen of nalaten) onder bepaalde omstandigheden:
persoonlijke omstandigheden (dolus en culpa enz.) en onpersoonlijke omstandigheden (begeleidende
omstandigheden). Geobjectiveerd bestanddeel: dat het voor de strafbaarheid van de dader niet van
belang moet worden geacht of diens opzet op een bepaalde omstandigheid al dan niet is gericht. De
bijkomende voorwaarde van strafbaarheid: omstandigheid die een gedraging met alle omstandigheden
en directe gevolgen van dien ex post strafbaar maakt (dus dan pas strafbaar met die voorwaarde,
zonder die voorwaarde maar wel alle gedragingen is het niet strafbaar).
Art. 350 Sv: vier materiele vragen: voorwaarden voor strafbaarheid die het juridische strafbare feit
construeren (1 een gedraging die 2 een wettelijke delictsomschrijving vervult 3 wederrechtelijk is en 4
aan schuld te wijten ofwel verwijtbaar is):
1. Is het bewezen dat het feit door de verdachte is begaan? (Nee: vrijspraak art. 352 Sv)
2. Indien het feit bewezen is, welk strafbaar feit levert het op: is het feit strafbaar? (bij
rechtvaardigingsgrond vervalt strafbaarheid) (Nee: OVAR vanwege niet strafbaarheid van het
feit)
3. Indien het feit strafbaar is, is dan ook de verdachte strafbaar (bij schulduitsluitingsgrond
vervalt verwijtbaarheid) (nee: OVAR vanwege niet strafbaarheid dader)
4. Indien de verdachte strafbaar is, welke straf/maatregel dient te worden opgelegd?
Eerste vraag: alle bestanddelen dienen in de tll (tenlastelegging) te worden verwerkt, omdat anders de
bewezenverklaring van het ten laste gelegde geen strafbaar feit oplevert (zie vraag 2 art. 350).
Tweede vraag: kwalificatie van de bewezenverklaring, ofwel de vraag welke wettelijke
delictsomschrijving daarop past. Rechtvaardigingsgronden nemen de wederrechtelijkheid weg van het
strafbare feit en derhalve de objectieve kant ervan.
Derde vraag: schulduitsluitingsgrond betreft de subjectieve kant van het strafbare feit: de schuld in de
zin van verwijtbaarheid van de dader wordt er door uitgesloten.
,Materieel Strafrecht 2020-2021
Vierde vraag: voorwaarde is ja op de eerste drie vragen.
Hoofdstuk 3: Inleiding strafrecht.
De afwezigheid van alle schuld: in het Melk en water-arrest werd de leer van het materiële feit
verlaten avas ingesteld: indien schuld niet in de delictsomschrijving voorkomt en er geen beroep op
een wettelijke schulduitsluitingsgrond mogelijk is, gebaseerd op geen straf zonder schuld.
Leer van het materiele feit: dat je strafbaar bent als je hebt voldaan aan de delictsomschrijving. Arrest:
tweede laag aan dit arrest toegevoegd, je kijkt naar de verwijtbaarheid. Ondanks dat schuld niet is
opgenomen in de delictsomschrijving. Leer van het materiele feit werd dus afgezwakt met HR Melk
en water.
Verschil culpa en avas: culpa is bij sommige delicten een bestanddeel en moet worden bewezen door
het OM, terwijl de verdachte zelf schulduitsluitingsgronden moet bewijzen.
Samensmelting feit en schuld: straftoemetingsschuld; hoe ernstiger het feit, hoe zwaarder de straf.
Straftoemeting voor de ernst van het feit: wettelijk strafmaximum. De persoon van de dader: de
processtructuur en proceswerkelijkheid oefenen grote invloed uit op de perceptie van de persoon van
de dader en ook de ernst van het feit. Welk doel moet de straftoemeting in het concrete geval dienen?
Vergelding niet eerste plaats. Maar al langere tijd tendens van langere en zwaardere straffen en ook
vaker. Neo-vergelding, basis voor straftoemeting verbreed, meer generaal-preventieve doelen.
HOORCOLLEGE
HR Zwarte Ruijter: 20e kind dat zich specialiseerde in inbraken en gewapende overvallen. Postkantoor
overvallen, hij schoot een bediende neer. Hiervoor kreeg hij tbs opgelegd + 15 jaar celstraf. Hij was
verminderd toerekeningsvatbaar door psychische stoornissen.
Straftoemeting legitiem?
Rechtvaardiging van het strafrecht en de straf
Materieel strafrecht: open en vage systematiek, heel veel komt aan op argumentatie. Ook ethisch
uitdagend.
Wat is (materieel) strafrecht
- Een definitie
- Strafrecht is sanctierecht
- Rechtsbescherming en instrumentaliteit
- Dogmatiek en systematiek van het strafrecht
Waartoe bestaat (materieel) strafrecht?
- Hoofddoel: voorkomen van eigenrichting
- Achtergrond: maatschappelijk contract-denken
Rechtvaardiging van de straf
- Absolute theorieën: vergeldingsleer of retributivisme
- Relatieve theorieën: utilitarisme of consequentionalisme
- Verenigingstheorieën
Retributivisme – absolute theorie
Vergelding als grondslag van de straf:
, Materieel Strafrecht 2020-2021
- Absolute theorie: rechtvaardiging straf staat los van de effecten (omdat is misdaan: quia
peccatum)
- Bestraffing van schuldigen is verdiend en daarmee intrinsiek goed
- Straf is een doel van zichzelf
- Proportionaliteit van de straf aan het gepleegde feit
- Herstel van een balans
- Retrospectieve oriëntatie
Twee varianten
- Positief retributivisme: gerechtigheid eist bestraffing van schuldige elk strafbaar feit wordt
bestraft in een ideale wereld (Kant)
- Negatief retributivisme: alleen schuldige mag (niet moet) worden bestraft (Hegel) alleen de
daadwerkelijk schuldigen mogen gestraft worden, bevoegdheid
Utilitarisme – relatieve theorie
Verwachte nut als grondslag van de straf
- Relatieve theorie: rechtvaardiging straf is gebonden aan de effecten (opdat niet wordt
misdaan; ne peccetur)
- Nut van bestraffing ligt in reductie en preventie van criminaliteit
- Straf is dus geen ‘recht’ maar een instrument voor het bereiken van toekomstige doelen
- Prospectieve oriëntatie
Strafdoelen
- Generale preventie, speciale preventie, rehabilitatie, incapacitatie, beveiliging
Bentham: wreder straffen voor een nog groter geluk voor nog meer mensen
Beccaria: proportionele straf, geluk voor mensen is het grote doel
Verenigingstheorieën (beide theorieën nemen ze deels over)
Nadelen van ‘puur’ retributivisme en utilitarisme: straffen wordt erg hard bij de absolute theorie en
een verplichting, en bij utilitarisme is het moeilijk om het proportioneel en billijk te houden.
Twee spiegelbeeldige varianten
- Utiliteit als algemene rechtvaardiging, aangevuld met negatief retributivisme. Dus alleen
doelen naleven indien er een schuldige is, dus proportioneel straffen van de schuldigen
- Vergelding als algemene rechtvaardiging, afgezwakt met utilitaristische overwegingen
Tweede variant is dominant in Nederland
- Scherpe kanten van zuiver utilitarisme en retributivisme afgeslepen
- Maar biedt de theorie werkelijk houvast?
- Eclecticisme in de praktische uitwerking?
Het begrip strafbaar feit
Drie dimensies: historisch, wettelijk, juridisch
(wettelijk) typen delicten: misdrijven en overtredingen – materieel (gevolg staat centraal) en formeel
(gedraging scherp getypeerd) omschreven – commissie- en omissiedelicten (niet voldoen aan
wettelijke plicht) – krenkings- en gevaarzettingsdelicten – gekwalificeerde (delicten die strafbaarder
zijn; moord als meerdere van doodslag) en geprivilegieerde delicten
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nikki2410. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.00. You're not tied to anything after your purchase.