Economie
Inleiding
Twee belangrijke hefbomen voor een duurzame economie
1. De doorbraak van nieuwe energiebronnen
2. ICT maakt de uitbouw van de deeleconomie (van eigendom naar gebruik mogelijk)
Waarom economie?
Als sociaal werker
o Armoede en welvaarsverdeling
o Werkloosheid en jobcreatie
o Subsidies en overheidsbudgetten
o Internationale bewegingen en veranderingen
Economie staat centraal in de veranderingen die wereldwijd plaatsvinden
Actualiteit opvolgen
o De wereld verandert snel
o Achterliggende mechanismen ontdekken
Belangrijkste thema’s
Marktwerking als basis voor onze welvaartsstaat
Verdeling van deze welvaart?
Duurzaamheid van deze welvaart?
Nood aan een actieve overheid
Doelstellingen
De student kent de economische en de sociaal economische basisbegrippen
De student kan de groei van de economische welvaart verklaren en de betrokken
indicatoren correct en kritisch interpreteren
De student heeft kennis en inzicht in het vrije markt mechanisme van ons sociaal
economisch stelsel
De student kan de noodzakelijke rol van een actieve overheid in ons economisch
stelsel duiden, verklaren en concretiseren
De student kan de problematiek van de duurzame ontwikkeling en de duale
samenleving vanuit het economisch model benaderen
De student heeft een realistisch beeld van de belangrijkste economische
grootheden van België, Europa en de wereld. Tevens heeft de student inzicht in de
recente ontwikkelingen van deze grootheden
Examen
30 QMP vragen op 10 punten
6 open vragen op 10 punten
1
,Emelie Vloebergh
1 SW B15
1 Wat is economie en hoe denken economen
1.1 De twee betekenissen van het woord ‘economie’
Economy ↔ economics
1. De economie als werkelijkheid
The economy
o Behoeftebevrediging staat centraal
o Produceren, verdelen en aanwenden van middelen die voor
behoeftebevrediging in aanmerking komen
2. De economie als menswetenschap
Economics
o Invalshoek
o Schaarsteverschijnsel
o De beperking van de mogelijkheden om alle behoeften te bevredigen
o Dus
Streven naar behoeftebevrediging
Daarvoor omgaan met schaarse middelen
Streven van mensen naar welvaart
Individueel en collectief (land, regio,…)
Economie → jonge wetenschap
Adam Smith (1723 – 1790)
An Inquiry into the Nature and Causes of Wealth of Nations
Periode van
Verlichting
Industriële revolutie
Uitbreiding van de wereldhandel
Marshall:
“Economics is a study of mankind in the ordinary business of life; it examines that part of
individual and social action which is most closely connected with the attainment and with
the use of the material requisites of wellbeing.” (Marshall, 1890)
1.2 De kern van het economisch probleem: schaarse verplicht tot kiezen
1.2.1 Schaarste
→ Beperkt budget
Het economisch probleem volgt uit de feitelijke leefomstandigheden: het leven zo aangenaam en zo
kwaliteitsvol mogelijk maken
Behoeften: tekorten
Productie: voortbrengen van de middelen tot behoeftebevrediging
Spanning tussen behoeften en middelen: schaarsteverschijnsel of welvaartstekort
Relatief begrip: zowel in de tijd als in de ruimte verschillend
De toename van de middelen volstaat niet om het schaarsteprobleem op te lossen
1.2.2 Economisch handelen is kiezen
De schaarste van de beschikbare middelen verplicht ons om te kiezen. Kiezen gebeurt op basis van
voorkeuren, preferenties of prioriteiten
2
,Emelie Vloebergh
1 SW B15
Alternatieve aanwendbaarheid: baten en offers, ‘kiezen is verliezen’
Schaarste
≠ absoluut tekort
= legt beslag op de ingezette middelen, deze kunnen niet meer voor andere doeleinden
aangewend worden
Keuzes worden niet alleen gemaakt op individueel en gezinsniveau, maar ook collectief
(groepen, organisaties, landen,…)
Ook niet-monetaire factoren spelen hierbij een belangrijke rol (vrije tijd, psychologische
voldoening,…)
Opportuniteitskosten: de waarde van de gederfde baten van het beste alternatief dat niet
gerealiseerd werd
→ zijn de kosten van een economische keuze, uitgedrukt in termen van de beste “gemiste
kans”: het waardeert de (niet gerealiseerde) opbrengst van het best mogelijke alternatief ten
opzichte van de uiteindelijk genomen beslissing ("Kiezen is verliezen"). De winst die aan de
hand van deze kosten wordt behaald wordt de economische winst genoemd.
Kiezen volgens het optimalisatie-principe
= Met de schaarse middelen een zo groot mogelijke bevrediging van de behoeften
= Doelmatig handelen om de welvaart te optimaliseren
= Maximaliseren van de baten en minimaliseren van de offers
1.3 Behoeften
Economie is de wetenschap die het menselijk handelen bestudeert in zijn streven naar
behoeftebevrediging en daarvoor schaarse middelen inzet
1.3.1 Soorten behoeften
Individuele behoeften: primaire (behoud van het leven en zekerheid) en hogere (leven
aangenamer maken) behoeften
Collectieve behoeften: de gemeenschap bepaalt hoeveel middelen voor de bevrediging van
welke behoeften worden ingezet en wie hiervoor moet betalen (belastingen, legerdienst,
burgerdienst)
1.3.2 Kenmerken van behoeften
Verzadiging, maar terugkerend in de tijd
Veelvuldig en onbeperkt
Rangorde in belangrijkheid, verschillend per individu
Niet alleen individueel maar ook collectief
Veranderlijk in tijd en ruimte
1.4.1 Kenmerken van economische goederen
Economische goederen zijn schaars: er moet voor betaald worden (door het individu of door
de overheid).
Vrije goederen = zon, zeewater
Economische goederen zijn nuttig: objectief en subjectief, geen waardeoordeel
1.4.2 Soorten goederen
Consumptie- en kapitaalgoederen: afhankelijk van de bestemming
Consumptiegoed: geen winst mee maken, voor eigen gebruik
Kapitaalgoed: nodig om iemand een dienst te bewijzen (postbode)
Finaal en intermediar goed: afhankelijk van gebruik
o Finaal goed: eindproduct, gebruik om te consumeren
o Intermediar goed: consument gaat deze niet kopen, ze worden gebruikt voor
een finaal goed
Individuele goederen
o Op basis van de individuele voorkeuren
o Aangekocht tegen de marktprijs
o Individueel toegeëigend
o Uitsluiting van alle andere consumenten
Collectieve goederen
o Op basis van de collectieve voorkeuren
o Er bestaat geen marktprijs
o Geen uitsluiting van andere consumenten
o De overheid organiseert en subsidieert
1.4.3 De productiefactoren
= dingen die we nodig hebben om dingen te produceren
Natuur
Arbeid
Uitvoerend of leidinggevend
Management en ondernemen
Human capital
Kapitaal
Kapitaalgoederen
Hefboomeffect: Wanneer de rendabiliteit van een verrichting hoger ligt dan de prijs
van het voor de financiering van de verrichting geleende kapitaal, spreekt men van
een hefboomeffect. Bijvoorbeeld afgeleide instrumenten bieden de mogelijkheid om
een in verhouding tot de inbreng veel hogere winst te halen.
Investeren maakt sparen noodzakelijk
1.5 Kaders voor de analyse van keuzegedrag
1.5.1 De homo economicus
Rationeel denker
Kosten en baten afwegen bij gemaakte keuzes
Doelstellingen maximaal proberen te bereiken
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emelievloebergh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.29. You're not tied to anything after your purchase.