Samenvatting Histologie
Epitheel 1e BA BMW
Algemene kenmerken:
Epitheel: is het weefsel dat het lichaamsoppervlak bedekt, holte en kanalen in het lichaam aflijnt en klieren
vormt.
Epitheel:
- Zorgt voor bescherming voor invloeden
van buitenaf:
→ bedekkend epitheel (bestaat uit
meerdere cellagen en/of heeft extra
beschermlaagje zoals bv. Hoornlaag)
(ondoordringbaar versterkt door sterke
intercellulaire verbindingen)
- Zijn gespecialiseerd voor uitwisseling met de omgeving te doen want rechtstreeks in contact met
buitenwereld.
- Is een nauw aansluitende laag van dicht opeengepakte cellen → laag bevat nauwe spleten
(20-50nm), gevuld met interstitieel vocht (hier door kan diffusie plaatsvinden → dient voor
voedingstofvoorziening en afvoeren van afvalstoffen). Bevat geen bloedvaten → alles gaat via
haarvaatjes (in onderliggend bindweefsel).
- Het rust op een basaalmembraan → voedingstoffen moeten dus ook hierdoor
Klierepitheel:
- kliercellen kunnen zich verenigen tot meercellige klieren
- vb. eencellige klieren: slijmbekercellen in epitheel darm
Epitheel: Een Avasculair en bijna volledig cellulair (weinig of geen intercellulaire matrix) aggregaat
van cellen die gespecialiseerd zijn in absorberende, secretorische, beschermende of sensorische
activiteiten.
- Mitotische activiteit zorgt voor vervanging van de afgestorven/ beschadigde cellen
- Onder bepaalde omstandigheden kan een epitheeltype omvormen tot een ander type
(= metalapsie).
- Carcinoom: ontstaan van een kwaadaardige tumor uit epitheelweefsel, Adenocarcinomen zijn
tumoren afkomstig van het klierepitheel.
De Epitheelcel:
Cytoskelet:
- Alle epitheelcellen in vertebraten produceren Keratine-eiwitten (50tal gekarakteriseerd)
→ epithelen zijn dus onderscheidbaar adhv het soort ker-eiw dat
er wordt geproduceerd.
- Ker-eiwn gaan intermediaire filamenten (keratinefilamenten)
vormen → bepalen de morfologie van het cytoskelet. Kunnen
ook verenigen tot tonofilamenten.
Cel-polariteit en cel-domeinspecialisaties:
- Nagenoeg alle epitheelcellen zijn gepolariseerd.
- 3 verschillende domeinen→ apicaal, lateraal en basaal/
basolateraal. Functioneel verschillend!
1
, Samenvatting Histologie
Epitheel 1e BA BMW
- Apicale domein: bevat verschillende eiwitten die zorgen voor uitwisseling van water, elektrolieten
en moleculen met de omgeving. Bevat ook oppervlaktespecialisaties: microvilli, cilia, stereocilia →
noodzakelijk voor functie van cel in orgaan.
intermezzo: apicale oppervlaktespecialisaties
- Microvilli: oppervlakte vergroting (1µm uitsteeksels) → op plaatsen waar groot celoppervlak
belangrijk is bv. Darmepitheel.
- Het bestaat uit een binnenste gedeelte van actine filamenten die rijken tot in het cytoplasma →
verankeren zich daar in netwerk van corticale actinefilamenten (terminaal web), wordt op zijn beurt
verankerd in zonula adhaerens → stabilisering en geheelvorming
De draadachtige mantel is
de glycocalyx:
koolhydraatketens van
membraaneiwitten en
lipiden
- Bijzondere variant van microvilli: stereocilia: - langer en soms vertakt. Niet de interne structuur
van cilia. (slechter ontwikkelde actine ondersteuning → niet beweeglijk)
- Cilia: (trilharen) (3-4µm) → helpen om luminale inhoud op een gecoördineerde
manier over het opp. te bewegen. Opgebouwd uit stabiele MT en bedekt door een
plasmamembraan.
- de MT zijn georganiseerd in Axonema: 9 doubletten + paar centrale MT = 9*2 +
2 MT ter hoogt van de ciliën → Nexine: verbindt de doubletten met elkaar
- Dyneïne => een eiwit dat zorgt voor koppeling en ontkoppeling met
naastliggende MT zorgt dat elk doublet ‘wandelt’ over het naastliggende
Een A-tubulus glijdt van een doublet naar de basis van het naburige B-doublet
en gaat zo dieper en dieper contact maken richting de basis.
De glijdende beweging zorgt voor doorbuiging → ATP vereist
- Flagellen: bij eukaryoten enkel bij spermacellen, verschillend voortbewegingspatroon, gelijke
axonema-structuur
- Signaaltransductie, receptoren en communicatie:
Communicatie = signaaltransductie = info omzetten van de ene in de andere vorm
Cel-Cel-communicatie → cel stuurt signalen uit (extracellulaire signaalmolecule= Ligand) → worden
door doelcel gedetecteerd, gaan specifiek kunnen reageren. →
signaaltransductie = extracellulair signaal omzetten in intracellulaire signaalmoleculen
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller felixfrison. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.76. You're not tied to anything after your purchase.